De Utrechtse advocaat Bernard Tomlow (72) is in hoger beroep een half jaar geschorst wegens niet-integer handelen in een faillissementszaak. De zaak is opmerkelijk omdat Tomlow lang tuchtrechter is geweest. Nu heeft hij zelf het vertrouwen in de advocatuur ‘onherstelbaar beschadigd’, vindt het hof.
Tomlow beheerde vanaf 2012 enige tijd een bedrag van 50.000 euro van een vaste cliënt op zijn derdengeldenrekening. De advocaat wist op dat moment dat meerdere bedrijven van zijn cliënt failliet waren gegaan en dat de cliënt vanwege een persoonlijke faillissement niet zelf een bankrekening kon openen. De 50.000 euro was niet voor advocaatwerkzaamheden, maar bleek afkomstig van een Luxemburgs bedrijf dat Tomlow ‘ook wel kende’, maar deze onderneming was geen cliënt van hem.
De omstandigheden van deze cliënt, inclusief diens echtscheiding, hadden voor Tomlow ‘een redelijke aanwijzing moeten zijn voor de mogelijke afscherming van onwettige activiteiten, zoals de onttrekking van gelden aan het zicht van de curatoren en de fiscus,’ oordeelt het hof. De advocaat deed echter geen nader onderzoek naar de herkomst van het bedrag van zijn failliete cliënt, terwijl er aanwijzingen waren dat er een luchtje zat aan het geld. ‘Verweerder had rekening moeten houden met de mogelijkheid van witwassen in die zin dat de gelden mogelijk bewust buiten het zicht van de fiscus werden gehouden,’ aldus het hof.
Daar komt nog bij dat de advocaat werkzaamheden voor zijn cliënt in privé declareerde bij een ander bedrijf, zonder dat hij de relatie tussen cliënt en onderneming kende of hiernaar verder onderzoek deed. Tomlow voerde aan dat het bedrijf een zakenrelatie van zijn cliënt was, maar deze uitleg is volgens het hof te summier. Bovendien kwam de naam van de cliënt in het geheel niet voor op de declaraties.
Moreel kompas
Tomlow zei zelf op zitting bij het hof over de hele situatie dat hij ‘het gevoel de cliënt te willen helpen liet prevaleren boven zijn morele kompas in de rol van advocaat’.
Het hof bekrachtigt uiteindelijk grotendeels de uitspraak van de Haagse Raad van Discipline uit november vorig jaar. Anders dan de raad spreekt het hof de advocaat wel vrij van het afleggen van tegenstrijdige verklaringen aan de deken. Maar een onvoorwaardelijke schorsing van 26 weken blijft op zijn plaats.
‘Verweerder heeft in strijd gehandeld met de Wwft, Vafi en gedragsregels,’ zo staat in de uitspraak van vrijdag 28 augustus. ‘Daarbij heeft verweerder de kernwaarden onafhankelijkheid en (financiële) integriteit structureel en bij diverse handelingen met voeten getreden […], door klakkeloos de opdracht tot het beheer van geld aan te nemen terwijl de financiële situatie van de cliënt alarmbellen bij verweerder had moeten doen afgaan.’
Een en ander wringt voor het hof des te meer aangezien Tomlow op dat moment zelf tuchtrechter was. ‘Van hem mocht dan ook een scherp oog voor de kernwaarden van de advocatuur worden verwacht. Daarbij rekent het hof verweerder zeer aan dat hij gedurende meer dan vijf jaar zo heeft gehandeld.’ Hierdoor is het vertrouwen in de advocatuur volgens het hof ‘onherstelbaar geschaad’.
Tomlow vergaarde in de afgelopen jaren enige publieke bekendheid als advocaat van bekende Nederlanders. Zo stond hij Patricia Paay bij in haar ‘plasseksaffaire’ en vertegenwoordigde hij Rachel en Roxeanne Hazes in een zaak tegen de Telegraaf. Overigens zegt hij in deze zelfde krant dat zijn schorsing in hoger beroep voor hem aanleiding is om te stoppen als advocaat.
Klik hier voor de uitspraak van het Hof van Discipline
Foto: Erik van ’t Woud / Hollandse Hoogte