Online juridische dienstverlening maakt een flinke opmars, maar pakt nog niet altijd goed uit, blijkt uit een recente uitspraak van het Gerechtshof in Den Haag. Een advocaat en een aan Easy-Echtscheiding.nl verbonden mediator krijgen in dit vonnis een veeg uit de pan omdat zij hun cliënt onvoldoende informatie hebben verstrekt.
Een vrouw ontdekte na de afronding van haar echtscheidingsprocedure in 2011 dat zij recht had op meer alimentatie dan de rechtbank haar had toegewezen en ging eind vorig jaar in hoger beroep. Voor haar vordering in eerste aanleg had het echtpaar zich eerst gewend tot een mediator van Easy-Echtscheiding.nl – motto: Moeilijker Makkelijker Maken – en later tot een advocaat. De vrouw vond dat zij onvoldoende was ingelicht.
Met de mediator vond één inhoudelijke bespreking plaats, die de vrouw meedeelde dat zij recht had op partneralimentatie. Het hof kon echter niet vaststellen ‘of de mediator de wettelijke grondslagen voor partneralimentatie met partijen heeft besproken en partijen heeft voorgehouden welk bedrag de man op basis van deze grondslagen aan de vrouw voor partneralimentatie zou kunnen voldoen.’ Dit terwijl een mediator in wezen wel verplicht is zulke informatie te verschaffen en bespreken.
Van de advocaat die de partijen vertegenwoordigde staat vast dat hij in gebreke is gebleven wat betreft zijn informatieplicht, vindt het Gerechtshof. De cliënten hebben de advocaat nooit ontmoet en enkel via een videoverbinding opdracht aan hem gegeven om hen te vertegenwoordigen bij de rechtbank.
Het hof heeft althans niet kunnen vaststellen dat de advocaat zijn cliënten ‘heeft voorgelicht omtrent hun wederzijdse rechten en verplichtingen met betrekking tot de onderhoudsverplichting. Hij had zich ervan moeten vergewissen of partijen zich bewust waren van hun rechten en verplichtingen zodat zij niet zonder kennis van zaken afstand zouden doen van mogelijke rechten.’
Dit had de advocaat nagelaten, zodat het voor het Gerechtshof duidelijk is dat ‘het tussen partijen geldende convenant tot stand is gekomen met grove miskenning van de wettelijke maatstaven’. Om de hoogte van haar alimentatie te bepalen werd in eerste aanleg zodoende enkel van haar netto-inkomen uitgegaan. Het gevolg van de uitspraak van het hof: de hoogte van de alimentatie van de vrouw wordt in stappen naar boven bijgesteld.