Advocatenkantoren verwachten niet dat meer advocaatstagiaires de opleiding zullen verlaten door het afschaffen van de RAIO. De ervaringseis van twee jaar van de nieuwe rechterlijke opleiding zal volgens hen weinig verschil met de huidige situatie opleveren. Advocatenkantoren stellen dat zij het wel gewend zijn te concureren met het bedrijfsleven en de rechterlijke macht.
Begin 2014 zal de Raad voor de rechtspraak een nieuw opleidingsstelsel introduceren voor aspirant-rechters. Dit zal de huidige opleidingstrajecten voor recent afgestudeerden (raio) en juristen met ruime werkervaring (rio/raadsheer) vervangen. De nieuwe opleiding heeft een voorervaringseis van ten minste twee jaar juridische werkervaring vanaf het moment van afstuderen.
Afgestudeerden die een gooi willen doen naar de rechterlijke macht, dienen zicht dus eerst te specialiseren in een andere juridische tak van sport. Een niet ondenkbaar gevolg is dat aspirant-rechters zullen solliciteren als advocaatstagiaire, om na twee jaar opleiding alsnog een over te stappen naar de rechtbank. Dit zou kunnen leiden tot een grotere uitstroom van advocaatstagiares. Kantoren kunnen hier weinig tegen doen. Een contractuele boete voor advocaatstagiaires op het vroegtijdig verbreken van de opleiding is verboden door de NOVA.
Na een rondvraag bij de grote kantoren blijkt deze conclusie te voorbarig. De HR-afdelingen van de kantoren reageren zonder uitzondering laconiek op de ervaringseis. Dit is ingegeven door de idee dat van oudsher advocaten doorstromen naar de opleiding tot rechter, en dit dus niets nieuws onder de zon zal brengen. De advocatuur concureert altijd al met het bedrijfsleven en andere juridische functies. Ook geven kantoren aan dat zij reeds een strenge selectie aan de poort hebben, en getraind zijn in het onderzoeken van de (onderliggende) motivatie van de sollicitant.