Sdu Uitgevers reikt jaarlijks een juryprijs uit aan een advocatenkantoor dat zich op een bepaald terrein als voorloper en vernieuwer laat kennen. Vorig jaar werd de prijs uitgereikt aan het kantoor dat zich het meest innovatief betoonde in het delen van kennis met cliënten, dit jaar is gekozen voor het kantoor met het meest innovatieve prijsarrangement. De winnaar: Endtz & Co. Hier volgt het rapport van de jury.
Er wordt al lang veel over gesproken en geschreven: afrekenen met uurtje-factuurtje, zoals in de advocatuur nog altijd te doen gebruikelijk, is eigenlijk niet meer van deze tijd. Wat aan de klantzijde vooral steekt zijn de onvoorspelbaarheid van de advocaatkosten en de tijdschrijverij, waarbij bijvoorbeeld de eenvoudige beantwoording van een vraag naar de voortgang van een zaak op de rekening verschijnt. Er zijn ervaren secretaresses van cliënten die met een tikkende eierwekker telefoneren met het advocatenkantoor, om zo te voorkomen dat ze een tijdseenheid -het schrijfmoment voor de advocaat – onnodig overschrijden.
In Groot Brittannië zijn er inmiddels grote kantoren die helemaal niet meer met uurtje factuurtje werken. Een voorbeeld is het Britse advocatenkantoor Olswang (650 medewerkers, 100 partners en zes vestigingen in onder meer Londen, Parijs, Brussel en Madrid). Dat heeft een al langer lopende proef met alternatieve beloningsmodellen het afgelopen jaar uitgebreid naar alle cliënten. Die kunnen kiezen uit acht verschillende mogelijkheden, waaronder vaste prijzen voor standaardkwesties, declaraties op basis van de waarde van de zaak en een vaste jaarlijkse adviesprijs.
Olswang’s bestuursvoorzitter David Stewart zei in Legal Week dat de meeste cliënten inmiddels een keuze hebben gemaakt uit het menu, en dat vaste prijzen het meest populair zijn. Volgens hem zijn cliënten enthousiast: “We have now rolled out our alternative pricing menu across the firm following its launch last year. We have found our clients to be very receptive to the model and all options have had some take-up, with a combination of options used in some cases.”
Traditionele model
In Nederland is het nog niet zover. Veel kantoren houden vast aan het traditionele model, zij het uit onwil, zij het uit onmacht. Het overgaan naar een goede alternative fee arrangment vergt nu eenmaal een heel nieuw businessmodel voor het kantoor. Daar komt nog eens bij dat de Nederlandse klant het ook niet altijd wil. Conservatisme in dit opzicht is niet alleen voorbehouden aan de advocatuur.
Toch is er wel degelijk wat gaande. Onder druk van nieuwe en goedkopere juridische aanbieders en langzaam veranderende verhoudingen tussen de bedrijfsjurist en de advocaat, zijn kantoren wel degelijk aan het experimenteren. Dat blijkt ook uit de nominaties die de jury heeft ontvangen in het kader van de uitreiking van de Gouden Zandloper. Onder die inzendingen grote kantoren uit de Top 50, middelgrote kantoren en kleine kantoren. De kwaliteit van de inzendingen was, net als vorig jaar, erg hoog. De jury wil dan ook beginnen daarvoor op voorhand waardering uit te spreken.
Een andere opmerking vooraf is dat veel van de gepresenteerde alternatieve prijsarrangementen toch gerelateerd zijn aan uurtje factuurtje. Het uitgangspunt is dan toch vaak een uurtarief, zij het met allerlei uitzonderingen en kortingen. Van deze prijsmodellen – hoe bruikbaar ook: de jury spreekt daar geen waardeoordeel over uit – kan bovendien niet gezegd worden dat ze heel erg nieuw zijn. Bij veel kantoren zijn ze al jaren in gebruik.
Een laatste preliminaire opmerking: de jury heeft betekenis toegekend aan de kenbaarheid van de alternatieve prijsarrangementen. Het blijkt dat veel kantoren die mogelijkheden enkel communiceren als de klant erom vraagt, of in een-op-een klantencontacten. Daar is niets mis mee, maar het komt niet tegemoet aan de wensen van partijen die zich niet bevinden in het topsegment van het bedrijfsleven. Grote bedrijven weten zich verzekerd van eigen juridische ondersteuning en inkopers, en die weten van de hoed en de rand. Bij kleinere bedrijven is dat veel minder het geval, en juist daar kan de behoefte aan alternatieve prijsarrangementen groot zijn. De ergernis over onvoorspelbare advocaatdeclaraties is juist daar in ieder geval groot.
And the winner is…
Dit alles overziend, reikt de jury de Gouden Zandloper juryprijs 2012 uit aan een nieuw Amsterdams advocatenkantoor: Endtz & Co. Dit kantoor hanteert vaste prijzen voor alle zaken die het in behandeling neemt, op basis van een inschatting van het aantal uren vooraf.
Uit de nominatie: “Daarbij wordt uitgegaan van een zo efficiënt mogelijke invulling van het aantal uren door advocaten met de ervaring die nodig is om de behandeling van de zaak zo efficiënt mogelijk te laten plaatsvinden. Ook het verdienmodel van Endtz & Co is zodanig dat wij minder afhankelijk zijn van de inkomsten uit ‘losse’ zaken tegen vaste prijzen. Doordat met veel cliënten juridische managementovereenkomsten zijn gesloten die vaak een looptijd hebben van één jaar, genereert Endtz & Co een vaste inkomensstroom per maand, die een groot deel van de vaste lasten dekt en deels minder afhankelijk maakt van de inkomsten uit de ‘losse’ zaken. Daardoor zijn wij minder kwetsbaar indien in een voorkomend geval te behoudend zou zijn geoffreerd en in een bepaalde zaak verlies zou worden geleden. Daar komt bij dat de ‘winsten’ en de ‘verliezen’ in de vaste zaken zich over het algemeen uitmiddelen.”
Verder schrijft Endtz & Co, een kantoor dat veel werkzaam is in de retail: “Belangrijk om te vermelden is dat in het kader van juridisch managementovereenkomsten het accent van de interventie van de advocaten van Endtz & Co ligt op preventie van juridische problemen, daar waar het onze ervaring is dat de meeste advocatenkantoren door het hanteren van uurtarieven een belang hebben bij het tegenovergestelde, namelijk het escaleren. De vaste prijzen-systematiek van Endtz & Co wordt uitgebreid uitgemeten in de marketing- en communicatie-uitingen van het kantoor.”
Goede tijden, slechte tijden
Uit een andere nominatie wil de jury een zeer aansprekend voorbeeld van een alternatief prijsarrangement niet ongenoemd laten. Het betreft een Goede Tijden, Slechte Tijden-arrangement, waarbij het advocatenkantoor meedeelt in het risico van de cliënt.
Uit de nominatie: “Wij hebben aan een multinationaal energiebedrijf voorgesteld om de hoogte van het uurtarief te koppelen aan de onderliggende grondstofprijs, met hierbij een ‘floor’ en ‘ceiling’ (minimum en maximum). Met andere woorden, gaat de grondstofprijs omhoog, dan gaan ook onze tarieven omhoog, maar daalt de grondstofprijs dan zal ook ons uurtarief dalen. Op deze manier worden de tarieven gekoppeld aan de omzet van de cliënt en blijven ook de risico’s voor beide partijen beperkt. De cliënt was zeer enthousiast over deze op maat gemaakte prijsafspraak. Het is een voorbeeld van meedenken en inleven in de situatie van de cliënt en toont onze bereidheid als business partner om risico te nemen en benadrukt nogmaals de rol als gelijkwaardig business partner die wij met onze cliënten nastreven.”
De jury wil alle inzenders heel hartelijk danken voor deelname. Ze zijn bereid geweest de jury een kijkje in de keuken te gunnen, en daar past waardering, ook voor de genomen tijd en moeite.
En tot slot: de jury hoopt met de prijs iets te hebben bijgedragen aan de transparantie van advocaatkosten. Als er één ding duidelijk is geworden, dan is het wel dat de klant indien gewenst altijd moet vragen naar de mogelijkheden om tot een alternatief prijsarrangement te komen. Niet geschoten is altijd mis.
De jury 2012 bestond uit Christ’l Dullaert (Le Tableau), Patrick de Looff (Dijkstra Voermans, voormalig voorzitter van de Jonge Balie Nederland), Saskia Reuling (Reuling Schutte DeWaard) en Gerard Tanja (Venturis Partners). Namens Sdu werd de jury bijgestaan door Nico Mookhoek (uitgever Stand van de Advocatuur) en Lucien Wopereis (hoofdredacteur).
De geheel nieuw vormgegeven Stand van de Advocatuur 2012 – met daarin de Top 50 – is vandaag gepresenteerd in het WTC in Amsterdam. U kunt De Stand 2012 hier bestellen.