Graag was een jonge Jan Sjöcrona een studie diergeneeskunde gaan doen. “Maar daar was ik met mijn wiskundedeuk helaas niet slim genoeg voor.” Het werd rechten, waarna de geboren Zweed zich vanaf eind jaren tachtig ontpopte tot vooraanstaand advocaat in financieel-economische delicten en cassatiezaken, die onder anderen Van der Valk en Ahold bijstond. De liefde voor dieren, en paarden in het bijzonder, bleef altijd sluimeren. Evenals een fascinatie voor de menselijke psyche. Toen de routine dreigde toe te slaan, trad hij uit de maatschap van zijn kantoor Sjöcrona Van Stigt om fulltime coach te worden.
Door Joris Rietbroek
“Het eerste kantoor waar ik als strafadvocaat aan het werk ging, was Barents, Gasille & Mout, tegenwoordig BarentsKrans, in de strafsectie. En dat terwijl ik niet specifiek in de strafrechtadvocatuur was opgeleid. Dus heb ik het wiel zelf uitgevonden. Gewoon doen, erin springen en zwemmen. Dat is ook altijd een les aan mijn stagiaires geweest.”
“Begin jaren negentig, tijdens de behandeling van een geruchtmakende milieuzaak, ontmoette ik Arthur van Stigt, toen nog compagnon bij NautaDutilh, die eveneens een cliënt in die zaak bijstond. Er ontstond een klik, en we raakten aan de praat over het gebrek van waardering voor strafrechtsecties binnen grote advocatenkantoren. We wilden dat het een serieus genomen en gewaardeerd vak werd. We vonden het onprettig om aangesproken te worden als de ‘Moszkowicz’ van ons kantoor als we weer eens de lunchkamer binnen wandelden. Dat ging wringen. Het leidde in 1992 tot de oprichting van Sjöcrona Van Stigt De Roos & Pen, de voorloper van Sjöcrona van Stigt, een nichekantoor dat zich richt op bedrijfsrelevant strafrecht.”
“Van Stigt durfde de stap te zetten, gaf zijn partnerschap bij NautaDutilh op en nam zijn strafsectie mee. Ik vond dat heel bijzonder. Een gespreid bedje voor mij? Nou, we hebben er hard voor moeten werken, maar het was een mooi begin. We vonden een niche in de markt: de commerciële strafrechtadvocatuur die zich richt op financieel-economische zaken. Dat bleek ik al snel interessanter te vinden dan commune strafzaken, vanwege de complexiteit ervan, en de vele inzichten in het zakenleven die ik opdeed. Dat vond ik boeiender dan een moord of een verkrachting. Is er wel sprake van fraude? Of van valsheid in geschrift? Dat soort gepuzzel heb ik altijd meer ervaren als een intellectuele uitdaging, die ik als advocaat met een zekere wetenschappelijke nieuwsgierigheid en grondigheid aan kon gaan. Bovendien zag ik zoveel meer facetten van het maatschappelijk leven: het is geweldig interessant om achter de schermen van de Beurs of in de keuken van Van der Valk te kijken.”
“Voor zulke variatie heb ik altijd geleefd. Ik hou namelijk van afwisseling. Ik moet niet op routine gaan draaien, maar dat dreigde wel te gebeuren. Ik realiseerde me dat ik een fantastische carrière had gehad met prachtige strafzaken en geweldige kantoorgenoten; het ‘been there, done that’-gevoel speelde op. Op routine draaien is heel gevaarlijk voor de kwaliteit van je rechtsbijstand. Ik heb mijn stagiaires altijd voorgehouden: je gaat tot het gaatje. Ik wist uiteindelijk dat ik dit niet tot mijn officiële pensioenleeftijd wilde doen.”
Een enorme dreun
“Ik dacht er aan om fulltime coach te worden voor mensen die problemen hebben met hun paarden, maar het liep anders. Ik maakte kennis met het werk van Tony Robbins, een Amerikaans leiderschapscoach die eerder met bijvoorbeeld Serena Williams en president Clinton werkte, en die de wereld afreist om groots opgezette seminars te geven. Hij spreekt daar mensen toe die weten dat zij iets in zichzelf willen veranderen, maar die niet goed weten wát, of die de stap niet kunnen zetten. Ik besloot dat traject ook te doorlopen, vanwege mijn innerlijke onrust. Ik wilde iets anders, maar wat?”
“In maart 2013 woonde ik in Londen een seminar van Robbins bij, waarin hij een introspectie-oefening gaf. Op de vraag ‘hoe wil je jezelf niet meer zien?’ zag ik plotseling mezelf in toga staan. Dat was een enorme dreun, ik was toch immers altijd advocaat geweest? Maar het was mijn onderbewustzijn dat tegen me sprak. In mei 2013 besloot ik te stoppen en maakte mijn besluit bekend aan de maatschap. Dat kwam stevig aan op kantoor, niemand had het nu al verwacht. Niet vreemd; ikzelf tot voor kort ook niet. Ik ben dit jaar nog als adviseur verbonden aan kantoor, daarna stopt het.”
“Ik keek tijdens dat seminar grondig naar mezelf. Hoe wilde ik de toekomst wel zien? Ik zag toen mijn vrouw tussen mijn twee paarden in. En ja, ik heb in het verleden te weinig aandacht geschonken aan mijn privéleven. Altijd maar werken, werken, werken… in de hoogtijdagen tot wel 80 uur per week. Ik combineerde de advocatuur namelijk met het publiceren en doceren. Het was boeiend en uitdagend, dus deed ik dat, maar op sociaal vlak liet ik veel liggen. Dat heeft mijn gezin mij geregeld kwalijk genomen en het duurde lang voor ik naar zulke kritiek kon luisteren. ‘Je debatteert ook thuis als een advocaat’, zei mijn vrouw. ‘Ja, maar ik bén advocaat,’ wierp ik dan tegen. Ik nam geen ruimte om meer tijd aan mijn gezin te besteden, maar gelukkig is het niet te laat.”
Mensen tot zelfinzicht brengen
“Ik ben sinds enige tijd bezig met mijn coachingstrajecten en krijg hiervoor geregeld cliënten op bezoek. Ik heb een vragenlijst ontwikkeld, geïnspireerd door wat ik bij Robbins heb geleerd. Ik bestudeer de ingevulde antwoorden, denk na over de uitdagingen van deze persoon en waarmee ik kan helpen. Het komt geregeld voor dat mensen zijn aangedaan door iets uit het verleden of zorgen hebben over de toekomst, en zo vergeten in het nu te leven. Het verleden is geweest, daar moet je geen negatieve energie meer in steken. Dat vind ik een belangrijke levenswijsheid. Ik breng mensen tot zelfinzicht. Let wel, dat inzicht hebben zij onbewust al in zich, alleen kunnen ze er soms niet bij. Ik vertel niemand tot welk inzicht men zou moeten komen. Dat ligt niet in mijn eigen aard, ik faciliteer enkel.”
“Ik had bijvoorbeeld laatst een vrouw op bezoek, die zich altijd ‘patronizing’ behandeld voelde. Ze voelde dat ze niet voor vol werd aangezien, en dat vond ze vervelend. Dat gingen we exploreren: waar komt dat gevoel vandaan, want misschien zijn er wel verkeerde conclusies getrokken uit gebeurtenissen in het verleden. Al snel kwam boven dat er tijdens haar basisschooltijd mensen waren die haar taken uit handen namen. Daardoor dacht ze dat ze niets voorstelde; ze was destijds ook erg klein en fragiel. Ik opperde dat die mensen misschien wel vertrouwen hadden in haar kwaliteiten, maar dat zij haar allicht in bescherming wilden nemen. Dat zette haar wereld op zijn kop, want zo had zij er nooit naar gekeken. Reframing heet dat, een andere betekenis geven aan iets uit het verleden.”
“Dat is het mooiste aan dit nieuwe werk: zo’n inzicht bij mensen oproepen is geweldig. Je creëert rust in iemands brein. Dat is mijn nieuwe weg, en ik kan het doen zonder te worden opgejaagd door termijnen die door anderen zijn gesteld. Het is ook deels verweven met mijn coaching over omgang met paarden, waarin die innerlijke rust ook zo belangrijk is.”
Paardengedrag imiteren
“Mijn kennis van communicatie tussen mens en paard kan ik bovendien als metafoor in mijn coaching van mensen gebruiken. Als in: kijk eens met andere ogen naar jezelf en naar anderen. In 1999 kwam ik een paard tegen waar ik op slag verliefd op werd. Ik moest haar hebben. ‘Dit gaat je leven veranderen’, zei mijn vrouw. En ze had gelijk. Nu speelde rond die tijd ook een zaak waarbij ik op bezoek moest bij een Nederlandse cliënt in Engeland. Bij hem thuis zag ik een video met een cowboy op een ongezadeld paard, en zonder hoofdstel. Dat vond ik fenomenaal: hoe kon dat? Het bleek te gaan om ‘natural horsemanship’ volgens de methode van Parelli. Op de aftiteling stond een faxnummer in Colorado, dus nam ik contact op en kreeg ik de gegevens van een instructeur in Europa. Mijn eerste poging om op een ongezadeld paard te zitten, liep verkeerd af. Ik werd gelanceerd en brak een arm. Drie schroeven in die arm herinneren me daar nog aan. Ik was te pusherig, zoals ik in het verleden wel vaker was. Dat leerde me om minder veeleisend te zijn.”
“Soms geef ik als voormalig Parelli-instructeur presentaties om mensen te leren over paardengedrag. Ik vertel hoe je omgaat met paarden op een manier zoals de dieren onderling in een kudde met elkaar om zouden gaan. Als het ware imiteer je hun kuddegedrag. Paarden zijn van nature volgers: een dominant dier neemt de leiding, waarna de rest volgt. Daarbij communiceren paarden op een fysieke manier. Stel je je heel dominant op richting een paard, loop je er met veel energie op af en het dier zal onrustig worden. Wees zelf kalm en kom op de juiste manier op het paard af, beheerst in een boogje, en hij blijft rustig. Roofdieren, die lopen in rechte lijnen om snel een prooi te pakken; een paard weet genetisch dat iets dat recht op hem afkomt gevaarlijk kan zijn.”
“Laatst hielp ik een vrouw die me zei: ‘mijn paard is zo dominant en loopt over me heen’. We gingen aan de slag, en het bleek mee te vallen. Het paard was vooral onzeker en had geen leider in deze mevrouw. Ik leerde haar duidelijke doelen te zoeken om heen te lopen, die boom of die struik, met het hoofd omhoog en de schouders naar achter. Al snel bleef het paard keurig achter haar lopen. Of ik een paardenfluisteraar ben? Dat is een te wazige term. Ik communiceer kristalhelder met paarden. Op hun manier, met lichaamstaal. En met totale kalmte, onder alle omstandigheden.”
Advocatie zal de komende tijd nog een paar interviews publiceren met advocaten die het vak hebben verlaten en hebben gekozen voor een andere roeping.