De voorzieningenrechter verbiedt een vrouw uit Doetinchem om zich op welke wijze dan ookuit te laten over een vermeend satanisch-pedofiel netwerk in de gemeente Bodegraven-Reeuwijk. Ook moet zij uitlatingen over de advocaat van de gemeente achterwege laten.
In 2021 wordt de begraafplaats van Bodegraven plotseling een hotspot voor mensen die geloven in een wijdverspreid satanisch-pedofiel netwerk. Tientallen mensen laten bloemen en berichten achter op graven van kinderen die vermoord zouden zijn. Bovendien worden mensen met naam en toenaam beschuldigd van gruwelijke daden. Na een aantal rechtszaken lijkt de rust weder te keren, totdat de complottheorieën weer oplaaien. Volgens de gemeente heeft de vrouw uit Doetinchem, een voormalige politieagente, daar een grote rol in.
In april 2023 stapt ook de vrouw uit Doetinchem op deze complottrein. Vanaf dat moment plaatst zij berichten op sociale media waarin zij de uitlatingen van anderen herhaalt. Haar berichten worden gretig opgepikt door gelijkgestemden, die vervolgens hun pijlen op de gemeente richten.
Het gemeentehuis wordt op intimiderende wijze bezocht door een man die eerder al is veroordeeld voor bedreiging, het klantcontactcentrum van de gemeente ontvangt intimiderende telefoontjes, de burgemeester krijgt anonieme e-mails ‘met bedenkelijke inhoud’ en er wordt opgeroepen tot geweld tegen en belaging van de advocaat van de gemeente.
Naar de rechter
De gemeente draagt haar op 8 augustus 2024 op haar uitlatingen te staken en te verwijderen, maar zij legt dit naast zich neer en doet er juist nog een schepje bovenop. De gemeente spant daarop een kort geding aan.
De vrouw ontkent niet dat zij oproept tot actie tegen onder anderen medewerkers van de gemeente en dan met name ook de advocaat van de gemeente. Ze zegt dat ze wil bereiken dat er onderzoek wordt gedaan naar de satanische netwerken die kinderen misbruiken en vermoorden.
Beoordeling
De voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland maakt korte metten met de argumenten van de gedaagde. Volgens de rechter ontbreekt het net als tijdens eerdere rechtszaken over deze kwestie aan enige onderbouwing van de verdachtmakingen en de complotten. Zij moet haar uitlatingen daarom staken.
Daarbij wordt het haar ook uitdrukkelijk verboden om in het openbaar te doen over de advocaat van de gemeente. Aanleiding daarvoor zijn de bedreigende en beschuldigende uitlatingen die zij niet alleen op sociale media, maar ook in de rechtszaal over deze advocaat heeft gedaan. Deze uitlatingen maken volgens de rechtbank inbreuk op de gevoelens van veiligheid van de advocaat én op de werking van de rechtstaat.
“Een advocaat vervult immers een wezenlijke functie in die rechtsstaat. De uitlatingen zijn niet alleen beschadigend voor haar advocaat, maar ook voor de gemeente die zich immers moet kunnen verzekeren van juridische bijstand zonder dat de daartoe in te schakelen advocaat bedreigingen als hier aan de orde te verduren krijgt. Om te voorkomen dat de vrouw haar pijlen eventueel ook zou kunnen richten op (op)volgende advocaten van de gemeente in deze zaak, zal het verbod in haar algemeenheid gelden voor de advocaat van de gemeente”, aldus de rechtbank.
Voor elke overtreding van het verbod, wordt de gedaagde een dwangsom van vijfduizend euro opgelegd, met een maximum van tweehonderdduizend euro.
Rechtbank Gelderland, 26 augustus 2024 | ECLI:NL:RBGEL:2024:5750