Na onrust op de werkvloer beschuldigt een notariskantoor een notarisklerk van fraude met zijn overuren: hij wordt op staande voet ontslagen. Door dit ontslag niet goed te onderbouwen, heeft het notariskantoor misbruik van recht gemaakt, aldus een recente uitspraak van de Rechtbank Oost-Brabant.
De notarisklerk is al sinds 1992 in dienst bij het notariskantoor. Eind jaren negentig komt hij tot een afspraak met de naamgever van het notariaat, een oud-notaris die inmiddels niet meer bij het kantoor werkt, over een variabele beloning. Hij krijgt 12 euro extra voor elke akte die bovenop een jaarlijks aantal van 2.000 aktes wordt gepasseerd. Een vriendelijk verzoek hierbij van de oud-notaris: of de klerk deze afspraak vooral voor zichzelf wil houden.
Intussen wordt er op het kantoor standaard veel overgewerkt; voor ieder uur overwerk krijgen medewerkers een toeslag op hun uurloon van 25%.Jarenlang worden deze en de heimelijk afgesproken extraatjes zonder morren uitbetaald aan de notarisklerk. Maar als de ‘geheime’ beloningsafspraak begin 2021 uitkomt, ontstaat er heibel op de werkvloer. De twee notarissen van het kantoor manen hem hierop thuis te blijven. Het notariskantoor stelt vervolgens in een verzoek om de arbeidsovereenkomst te ontbinden dat de klerk heeft gefraudeerd met zijn gedeclareerde overuren.
In een beschikking van 6 oktober 2021 gaat de kantonrechter hier echter niet in mee; het notariskantoor moet een transitievergoeding en een billijke vergoeding van 145.000 euro betalen aan de werknemer. Ook moet het kantoor de afgesproken overwerkvergoeding en de extra ‘bonus’ per akte doorbetalen, plus de loonkosten tot de datum dat het arbeidscontract eindigt: 1 maart 2022. Een hoger beroep in deze zaak loopt op het moment van schrijven nog.
Op staande voet ontslagen
Tot zijn verrassing krijgt de notarisklerk begin december 2021 het bericht dat hij op staande voet is ontslagen. Het notariskantoor beschuldigt hem er opnieuw van dat hij heeft gefraudeerd met de opgaves van zijn overuren. Hij zou tal van overuren dubbel hebben gedeclareerd en deze ook hebben geschreven op vrije dagen, tijdens vakanties en op feestdagen. Een van de notarissen doet zelfs aangifte bij de politie van fraude, oplichting en valsheid in geschrifte.
Het notariskantoor heeft de zware beschuldigingen echter nauwelijks onderbouwd, oordeelt de kantonrechter van de Rechtbank Oost-Brabant in een beschikking van 3 maart, nadat de notarisklerk naar de rechter was gestapt om het ontslag op staande voet te laten vernietigen. Volgens de klerk werden zijn declaraties al meer dan vijftien jaar zonder morren geaccordeerd. Bovendien stond hij naar eigen zeggen ‘onder extreme druk’ om jaar in jaar uit veel overuren te maken. Het aantal akten dat het kantoor passeerde, steeg de laatste jaren dan ook fors, van 2.800 akten in 2014 naar 4.711 aktes in 2020.
Nu kwam het notariskantoor al in de zomer van 2021 voor het eerst met de beschuldigingen van frauduleus declareren, zodat dit vier maanden later geen aanleiding kan zijn voor ontslag op staande voet, oordeelt kantonrechter. In die periode had het notariskantoor wel nader onderzoek kunnen doen naar de vermeende fraude, maar dit deden de notarissen niet.
Misbruik van recht
Het staat dan ook alles behalve vast dat de notarisklerk heeft gefraudeerd of zijn werkgever heeft bedrogen, vindt de rechter, die daarom het ontslag op staande voet vernietigt. De medewerker heeft hooguit enkele slordigheden begaan, maar dat is geen reden voor ontslag op staande voet, en al die jaren is hij nooit aangesproken op onregelmatigheden. Bovendien is het notariskantoor door zijn fouten voor hooguit 140 euro benadeeld, over een periode van drie jaar. ‘Gelet op dit alles leveren die schrijf- en optelfouten geen dringende reden op om een werknemer met 29-jarig dienstverband zonder eerdere waarschuwing op staande voet te ontslaan,’ zo staat in de beschikking.
Volgens de kantonrechter heeft ‘het er alle schijn van’ dat het notariskantoor de klerk met het ontslag onder druk heeft willen zetten. De rechter vindt dan ook dat het notariskantoor misbruik van recht heeft gemaakt met het ontslag op staande voet, ‘kort voor de datum waarop de arbeidsovereenkomst door ontbinding eindigt, op basis van feiten en omstandigheden die het notariskantoor in augustus 2021 zelf nog hadden gebracht ervan af te zien [verzoeker] ontslag op staande voet te verlenen en die evident ontoereikend zijn om te kwalificeren als dringende reden’.
Alle vorderingen van de notarisklerk worden toegewezen: het notariskantoor moet de maandsalarissen à 3.570 euro plus extra’s betalen aan de notarisklerk – tot 1 maart 2022 –, evenals zijn advocaatkosten à 22.000 euro en het totale bedrag aan extra beloningen conform die oude beloningsafspraak, à 22.824 euro bruto.