Het uurtarief van advocaten die werken voor het bedrijfsleven ligt € 100 te hoog: waar advocaten € 500 per uur voor specialistisch advies redelijk vinden, zijn bedrijfsjuristen van mening dat (gemiddeld) € 407 volstaat. Dat blijkt uit het onderzoek Trends in commerciële juridische dienstverlening dat adviesbureau Boer & Croon heeft uitgevoerd in opdracht van advocatenkantoor Eversheds Faasen.
Boer & Croon interviewde voor het onderzoek legal counsels van 27 grote ondernemingen en 11 managing partners van grote advocatenkantoren. Volgens de bedrijfsjuristen moeten advocatenkantoren duidelijk focussen in wat ze wel of niet doen, moeten ze projecten overzichtelijker managen en kostenbewuster en -efficiënter opereren. De verwachting is dan ook dat bedrijven de relatie met advocatenkantoren in de nabije toekomst kritischer gaan evalueren. Nu gebeurt dat nog mondjesmaat.
Andere trend is dat bedrijven het aantal kantoren waaraan strategische en complexe zaken worden uitbesteed, zullen gaan terugbrengen. Door middel van pitches worden circa vier kantoren geselecteerd als preferred suppliers. Die relatie zal vervolgens periodiek worden herijkt. “Deze inkooptechniek wordt in de VS en de UK al door een kwart van de bedrijfsjuristen gehanteerd om efficiency, betere tarieven en beter werk te bereiken.”
Veel kritiek is er op het nog altijd meest gehanteerde beloningssysteem, uurtje factuurtje. Volgens de bedrijfsjuristen wordt gemiddeld 90% nog altijd op deze manier in rekening gebracht (volgens de managing partners van advocatenkantoren ruim 70%), maar dat zal de komende jaren veranderen. Er zullen vaker prijsverlagende instrumenten worden gehanteerd, zoals fixed en capped fees, prijsdifferentiatie naar gelang de complexiteit van de zaak en korting op uurtarieven van kantoren waarmee een vaste relatie bestaat. Bedrijfsjuristen zijn zich ook in toenemende mate bewust van hun onderhandelingspositie, waardoor “prijsafspraak/korting een agendapunt is dat naar vermoeden snel op tafel zal komen,” aldus de onderzoekers.
Managing partner Rob Faasen van opdrachtgever Eversheds Faasen deelt de conclusie van de onderzoekers. “Met dit rapport in de hand zijn we er nóg meer van overtuigd dat het bedrijsleven steeds bewuster keuzes gaat maken over de kantoren met wie ze wil samenwerken. Welk type werk besteed je uit, is mijn advocaat wel voldoende aangesloten bij mijn business en is het kantoor in staat de grote hoeveelheid juridische projecten wel goed binnen budget te managen? Deze vragen gaan de samenwerkingsagenda straks domineren.”
Internationalisering
Er bestaat bij de ondervraagden in het onderzoek geen duidelijkheid over de vraag of de Nederlandse advocatuur na jaren internationalisering ook een ’tweede golf’ van internationalisering zal meemaken. Minder dan de helft verwacht dat de markt niet meer wezenlijk zal veranderen, iets meer dan de helft verwacht dat de trend van internationalisering juist zal doorzetten. De meerwaarde van een internationaal netwerk van een kantoor hangt voor de ondervraagde bedrijfsjuristen overigens sterk af van het soort zaak, en wordt dus niet automatisch als een pre gezien.
Wel moeten grote, nationale kantoren een heldere keuze maken, stellen de legal counsels. Ofwel men gaat voor de internationale praktijk door “compromisloos te sturen op kwaliteit”, ofwel men kiest voor de Nederlandse markt met een daarmee samenhangende tariefstelling. Het brengt de onderzoekers tot de conclusie de bedrijfsjuristen “in toenemende mate hun invloed doen gelden op de markt, door veel actiever en beleidsmatiger te kiezen voor bepaalde soorten van dienstverleners”. Boer & Croon: “Daarmee lijken ze strategische keuzes van kantoren te gaan afdwingen.”
Strategisch meedenken
Verreweg de meeste bedrijfsjuristen verwachten van hun advocaten dat deze ook zakelijk adviseurs zijn en meedenken over de strategie. De vraag is dan of advocaten de business en problemen van bedrijfsjuristen ook daadwerkelijk begrijpen. Ook daarover zijn de meningen verdeeld. De helft van de bedrijfsjuristen vindt van wel, de andere helft meent van niet.
Nederlandse advocaten scoren daarmee wel duidelijk positiever dan Amerikaanse advocaten: in een vergelijkbaar onderzoek was 26% van de ondervraagde Amerikaanse bedrijfsjuristen het eens met de stelling. Een ander duidelijk verschil: van de ondervraagde managing partners van advocatenkantoren is 100% het eens met de stelling dat advocaten goed meedenken met strategische vragen van de bedrijfsjurist.