In Europa hebben we de Akzo Nobel-zaak, in de Verenigde Staten speelt Gucci en in het verre Australië is er de zaak Dye. In alle gevallen gaat het om de omvang van het beroepsgeheim van bedrijfsjuristen. In het Australische geval is onlangs een beslissing genomen door het Federal Court: het feit dat een bedrijfsjurist ook taken vervult op het gebied van human recources en beloningsbeleid, kan afbreuk doen aan zijn onafhankelijkheid. De rechter onderzocht daarom mede in welke hoedanigheid de bedrijfsjurist de documenten had gebruikt of verstuurd.
Het ging in deze zaak om gevallen van seksuele intimidatie. Een public relations manager, Vivienne Dye, diende een klacht tegen de bank Commonwealth Securities, en wilde inzage in bepaaalde documenten die de bedrijfsjurist onder zich had.
Dye stelde zich op het standpunt dat de documenten niet geprivilegieerd zijn, omdat de bedrijfsjurist in kwestie zowel juridisch als niet juridisch advies gaf. Vooral in die laatste hoedanigheid zou hij onvoldoende onafhankelijk zijn van zijn werkgever.
De rechter is het met dit uitgangspunt eens, omdat de bedrijfsjurist inderdaad ook taken vervulde op het gebied van human recources en beloningsbeleid. “Fredericks (de bedrijfsjurist, red.) had multiple responsibilities, some of which could have affected his independence, including a human recources function and managing workers’ compensation. This meant that it was necessary to analyse precisely the capacity in which Fredericks had sent or received the relevant communication and the purpose of those communications,” vat auteur Anne Freeman van het Australische advocatenkantoor Piper Alderman samen in het blad International Law Office.
De rechter onderzocht de documenten, waaronder ook een reeks e-mails. De conclusie: veel van de communicatie had betrekking op meerdere onderwerpen, juridisch en niet juridisch. Een aantal e-mails was niet geschreven door de bedrijfsjurist. “Because Fredericks did not, and in any event could not, properly give evidence as to the dominant purpose of such a communication when he was not the creator of the communication, the court could not be satisfied that the privileged purpose was the dominant one, and therefore could not uphold the privilege claim.”
Auteur Freeman maant bedrijfsjuristen op te passen met communicatie die meerdere doelen dient, en ook meerdere ontvangers kent. “Privilege will far easier to maintain in circumstances where the only recipient is the in-house counsel.”
Update over de Akzo-Nobelzaak: de Algemene Raad van de Nederlandse Orde van Advocaten gaat deze week in beraad over de Akzo-Nobelzaak. Over eventuele uitkomsten daarvan is nog niets te zeggen, meldt algemeen secretaris Jan Suyver. Er heeft inmiddels overleg plaatsgevonden tussen de Sectie Advocaat in Dienstbetrekking van het Nederlands Genootschap Bedrijfsjuristen en de Nederlandse Orde van Advocaten. Ook over dat beraad worden (nog) geen mededelingen gedaan. Wordt vervolgd.