Allen & Overy beraadde zich al enkele jaren over zijn regels betreffende verplichte pensionering. Na een stemmingsronde onder de partners kan de vaste pensioenleeftijd van 60 jaar nu geschrapt worden. Het kantoor stelt beleid op dat het pensioen zal integreren in de oprichtingsakte. Britse wetswijzigingen op dit gebied bracht ook andere City firms al tot het omgooien van hun pensioenbeleid.
A&O managing partner Wim Dejonghe zegt over de stap: “De carrières van onze partners variëren behoorlijk. Sommigen willen tot ver na de pensioenleeftijd doorgaan met hun bijdrage aan het kantoor, terwijl anderen een nieuwe loopbaan zoeken, binnen het recht of elders. Een inflexibele verplichte pensioenleeftijd, die partners dwingt te vertrekken, heeft geen zin meer. Een meer flexibele benadering is ook in commercieel opzicht zinvol voor het kantoor, omdat het betekent dat we de enorme institutionele kennis en contacten behouden van zeer ervaren partners.”
A&O is niet de eerste die zijn pensioenbeleid herziet. In het kielzog van wetswijzigingen uit oktober 2011 die de automatische pensioenleeftijd van 65 voor personeel opschortten, keren steeds meer Britse advocatenkantoren zich af van verplichte pensionering voor partners. City firms SJ Berwin, Nabarro en Holman Fenwick Willan heroverwegen hun beleid eveneens. Ashurst, Hogan Lovells en Linklaters hadden de vaste pensioenleeftijden in het licht van de aangekondigde wetswijzigingen al eerder overboord gegooid.
Omdat partners niet gezien worden als personeel, zal de uitspraak van het Supreme Court in de zaak van Leslie Seldon van Clarkson Wright & Jakes meer helderheid scheppen. Voormalig partner Seldon vecht zijn pensioen aan, waar zijn voormalig werkgever hem op zijn 65ste toe dwong.