De advocatuur, en dan de arbeidsrechtadvocatuur in het bijzonder, is veel te weinig zichtbaar in de huidige praktijk van de versoepeling van het arbeidsrecht. “Straks is de crisistijd voorbij, maar dan is de rechtsbescherming van werknemers sterk uitgehold. Naar mijn idee zijn advocaten niet alert genoeg op het signaleren van voor de werknemers negatieve ontwikkelingen, laat staan dat ze deze openlijk aan de kaak stellen” zegt directeur Jola Boot van het aan de FNV gelieerde Varrolaan Advocaten. Deel VI in een serie over de gevolgen van de kredietcrisis voor de advocatuur.
Over gebrek aan werk hebben ze bij Varrolaan Advocaten – met negen advocaten gevestigd in het FNV-kantoor in het Utrechtse Rijnsweerd en drie advocaten in nevenvestigingen in Weert en Groningen – op dit moment niet te klagen. Het kantoor doet vooral zaken in het (collectieve) arbeidsrecht, en daar zijn er op dit moment genoeg van. Er worden immers veel mensen ontslagen, arbeidsovereenkomsten worden collectief ontbonden en de deeltijd WW is in het leven geroepen.
Volgens Boot is het juist in deze dagen cruciaal de ontwikkelingen scherp in de gaten te houden. “Werkgevers gebruiken de crisis om van mensen af te komen. Ze beweren dat ze moeten afslanken, maar dat is lang niet altijd het geval. Het is veelal korte termijndenken, paniekvoetbal. Werkgevers nemen in deze dagen regelmatig te weinig tijd om goed na te denken.”
Soms proberen werkgevers op oneigenlijke manieren afscheid te nemen van personeel, bijvoorbeeld door het collectieve ontslagrecht te omzeilen. In die gevallen trekt de FNV aan de bel. De rol van Varrolaan Advocaten is dan tweeledig: enerzijds voert het kantoor individuele of collectieve procedures, anderzijds voorziet het kantoor de FNV-bestuurders van juridisch advies. “De FNV heeft niet alleen het recht tot haar beschikking om de belangen van leden te verdedigen, maar kan ook besluiten tot de inzet van vakbondsmacht: acties. Onze adviesrol ziet dan bijvoorbeeld op de keuze: collectieve actie voeren of een juridische procedure aanspannen.”
Een enkele keer dreigt er een conflict tussen de advocatuurlijke rol en de belangenbehartigende rol van de vakbond. “Het bestuur van de vakbond wil soms graag een principiële uitspraak in een bepaalde zaak, terwijl de cliënt – ónze cliënt – er om hem moverende redenen vanaf wil zien. In dat geval heeft de cliënt uiteraard het laatste woord: wat hij wil is voor ons als advocaat bepalend. We zijn ons heel goed bewust van onze positie.”
Onzichtbaar
Niet alleen advocaten uit de sociale praktijk zouden meer van zich moeten laten horen, ook advocaten die ondernemingen en topbestuurders als cliënt hebben, kunnen meer engagement tonen. Boot: “Misschien dat individuele advocaten best stelling nemen in een aantal gevallen, maar er komt heel weinig in de openbaarheid. Ik vind dat advocaten verder moeten kijken dan alleen het belang van de eigen cliënt. Je hebt als advocaat nog altijd aanzien, je kunt dingen voor elkaar krijgen. Je mag de wet en het optreden van de overheid toetsen. Dat is toch machtig mooi? Ik vind dat je als advocaat verplicht bent om te na te denken over de vraag hoe je met die bredere verantwoordelijkheid omgaat.”
Strafrechtadvocaten vervullen hun maatschappelijke rol wel regelmatig, stelt Boot. “Maar eigenlijk zou dat moeten gelden voor alle advocaten. Je bent als advocaat mijns inziens medeverantwoordelijk voor het instandhouden van de rechtsstaat.”
Machtsongelijkheid
Het betoog dat mensen met behulp van ICT steeds vaker en ook steeds beter voor zichzelf kunnen opkomen, ook in juridische zin, is niet aan Boot besteed. Zeker niet in haar eigen vakgebied van het arbeidsrecht. “Heel veel werknemers hebben een middelbare beroepsopleiding. En ook al ben je wel hoogopgeleid, er is nog steeds een fundamentele machtsongelijkheid tussen werknemers en werkgevers. Binnen die situatie hebben werknemers in een vroeg stadium informatie en soms ook hulp nodig. Het is best lastig om over de eigen positie te onderhandelen.” En het klinkt misschien banaal, maar de advocaat is er ook voor het luisterend oor. “Werknemers die worden ontslagen of onheus worden bejegend, willen gewoon hun verhaal kwijt.”
Boot relativeert de huidige crisis. “Die zullen wij wel weer overleven”, zegt ze aan het slot van het gesprek. “Maar wat denk je van de klimaatcrisis, de voedselcrisis en de energiecrisis? In dat licht bezien liggen er veel grotere vraagstukken op ons bord dan de kredietcrisis.”