Een vinnig blog over de nasleep van een faillissement is een advocaat in zijn rol van curator duur komen te staan. De Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden gaf hem vorige week een waarschuwing omdat hij zich in de blog over een nog lopende zaak op een te voortvarende en onnodig kwetsende manier uitliet over de wederpartij, te weten enkele erfgenamen en hun advocaat.
Door Joris Rietbroek
Ruim tien jaar geleden stond een onderneming op het punt om failliet te gaan, toen de Directeur Grootaandeelhouder kwam te overlijden. Bij de afwikkeling van de nalatenschap keerde de vennootschap dividend uit aan de erfgenamen, waarna het bedrijf eind 2005 op hun verzoek failliet werd verklaard. De curator verklaarde het dividendbesluit echter nietig, vorderde de betaling terug en dagvaardde vervolgens de erfgenamen en hun executeur. De rechtbank Midden-Nederland veroordeelde de executeur in januari 2013 tot betaling van het boedeldeficit, een vonnis dat het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden in september 2014 echter vernietigde, met afwijzing van de vorderingen van de curator.
De advocaat van de erfgenamen diende hierop een tuchtklacht tegen de curator in, omdat deze in januari 2013 al een blog over de zaak had gepubliceerd, met als titel ‘Spreek de curator nooit tegen (tenzij je zeker weet dat je gelijk hebt)’. In deze blogpost gaf de curator zijn visie op de zaak terwijl deze nog voor de rechter lag, volgens de klager bovendien op kwetsende wijze. Zo schreef de curator: “De advocaat besloot in al zijn wijsheid optimaal dwars te liggen, allerlei procedurele problemen op te werpen, en een onverdedigbaar standpunt te blijven innemen. Hij probeerde zelfs de curator te laten ontslaan. En zijn cliënten bleven hem daarin volgen.”
De Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden verklaarde de klachten vorige week gegrond en onderstreept dat een advocaat zich volgens de gedragsregels ‘dient te onthouden van (onheuse) stemmingmakerij jegens collegae’. Voor alle direct betrokkenen moet direct duidelijk zijn geweest dat de blog betrekking op hen had. De inhoud bracht de erfgenamen bovendien aan het twijfelen over hun advocaat, omdat de curator had geschreven dat hij zijn cliënten ‘een fout advies gaf’. Tot een breuk kwam het echter niet.
Het staat voor de raad buiten kijf dat de curator de klagende advocaat in diskrediet heeft gebracht met zijn publicatie. ‘Het past een advocaat niet om dergelijke uitlatingen te doen. […] Verweerder had zich moeten realiseren dat hij met dergelijke uitlatingen, waarvan in elk geval deels niet vaststond dat deze juist waren, een wig zou kunnen drijven tussen klager en zijn cliënten. Daarbij neemt de raad in ogenschouw dat gezien de context waarbinnen de uitlatingen zijn gedaan deze kennelijk geen ander doel hebben gediend dan zich onnodig kwetsend uitlaten over de beroepsgroep in het algemeen en klager in het bijzonder.
Daarbij had de curator zich in zijn blog veel terughoudender moeten opstellen, vindt de tuchtrechter, omdat er in het geschil nog geen onherroepelijke uitspraak was gedaan. ‘Dit wordt geïllustreerd door de omstandigheid dat het gerechtshof later het impliciet aangehaalde vonnis van de rechtbank heeft vernietigd en de vorderingen van de curator alsnog heeft afgewezen, waarmee tevens de (stellig geformuleerde) bezwaren van de curator tegen de handelwijze van de advocaat van de executeur in een ander licht zijn komen te staan’.