Pas afgestudeerde juristen vormen een van de groepen die de eerstkomende jaren slechte kansen op de arbeidsmarkt zullen hebben. Dat is een van de sombere conclusies uit de deze week verschenen Keuzegids Universiteiten 2015. Ook kersverse economen en bedrijfskundigen krijgen het voorlopig niet makkelijk in het vinden van een passende baan: het aanbod van afgestudeerden zal tot 2018 hoger zijn dan het aantal beschikbare banen.
Ook al wordt de baankans voor iemand met een bachelor rechten op zak omschreven als ‘slecht’, de gemiddelde kans om passend werk te vinden is nog altijd 54%. Studies met gunstige baankansen zijn momenteel tandheelkunde, informatica, theologie – er zijn meer pastoors nodig – en enkele technische studies. In deze vakgebieden hebben WO-afgestudeerden bovendien duidelijk betere kansen dan HBO’ers, blijkt uit de arbeidsmarktgegevens van de Keuzegids Universiteiten 2015, die verder hoofdzakelijk beschrijvingen en kwaliteitsoordelen over opleidingen en universiteiten geeft.
In het gehele WO volgt momenteel driekwart van de eerstejaars een studie met matige tot slechte perspectieven. Eerder bleek al dat de perspectieven voor HBO’ers even somber zijn.
Radboud scoort hoog
Als het gaat om de onderwijskwaliteit van de brede, ‘klassieke’ universiteiten, scoort de Radboud Universiteit in Nijmegen over de hele linie het hoogst, hoewel de voorsprong op de andere universiteiten – die van Leiden en Groningen staan op de plaatsen twee en drie – dit keer iets geringer is. De Nijmeegse bachelors rechtsgeleerdheid en notarieel recht zijn beoordeeld als beste van Nederland. De eerste plaats voor de algemene rechtenopleiding moet worden gedeeld met de kleinere Maastricht University, die tevens de beste keuze is voor fiscaal recht.
De rechtenstudies in Maastricht en Nijmegen blinken volgens het oordeel van de Keuzegids uit op inhoud, docenten en vaardighedenonderwijs. De Maastrichtse studenten noemen hun opleiding vooral stimulerend, terwijl de Nijmeegse studenten vooral de samenhang binnen het onderwijsprogramma prijzen. De docenten in Nijmegen zijn volgens de studenten erg deskundig, terwijl de Maastrichtse docenten vooral worden geprezen om hun goede begeleiding.
Ontevredenheid over UvA
De Leidse rechtenfaculteit biedt vooral ‘een degelijk programma’ aan, en krijgt daarnaast lof toegespeeld vanwege de informatievoorziening en de beschikbare studiefaciliteiten. Op dit vlak doen vooral de juridische bibliotheek en de ICT-faciliteiten het goed. De prestaties van de bachelor rechtsgeleerdheid aan de UvA zijn daarentegen zorgwekkend te noemen: de totaalscore mag dan iets gestegen zijn ten opzichte van vorig jaar, maar de studenten zijn nog steeds uiterst ontevreden over de inhoud van het studieprogramma.
Er zijn volgens de UvA-studenten geen duidelijke toetsingscriteria en de toetsing zou niet aansluiten op de stof. Ook zijn er veel klachten over de informatievoorziening vanuit de faculteit. Zo is er onder studenten veel onduidelijkheid over de geldende regels en procedures binnen de faculteit, en krijgen ze onvoldoende informatie over hun studievoortgang. Notarieel recht en fiscaal recht aan de UvA scoren op deze punten eveneens slecht onder studenten.
Een traditioneel zwakker punt bij rechtenopleidingen is nog altijd het aantal contacturen. Rechtenstudenten worden weliswaar geacht veel aan zelfstudie te doen, maar de Keuzegids meldt dat vooral studenten in Maastricht, Leiden, Rotterdam, Utrecht en aan de UvA in Amsterdam vinden dat ze meer colleges kunnen gebruiken.
Meer informatie over de Keuzegids Universiteiten 2015 en mogelijkheid tot bestellen vind je op www.keuzegids.nl.