Vorige week woensdag diende het kort geding dat advocaat Hugo Smit aanspande tegen de Raad voor de Rechtspraak en de Staat der Nederlanden. Smit vordert dat de Raad voor de Rechtspraak en Staat de betaling van de advocaat van Westenberg stopzetten, en dat beide partijen alle documenten overleggen die betrekking hebben op de zaak. “Als de blunderende Raad dat lacuneuze dossier niet op tafel wil leggen en niet wil schikken, dan moet het maar met een getuigenverhoor.”
”Een veelkoppig monster,” noemt voorzieningenrechter Peeters de Chipshol-zaak met zijn talloze spin-offs, waarvan het nu dienende kort geding als “een tussendoortje” wordt bestempeld door Smit. Peeters wil graag deze nieuwe kop er af slaan, maar gezien de kloof die gaapt tussen de partijen, is daar weinig kans op. Mediation is geen oplossing, erkent de rechter samen met Smit en Bart Jan Houtzagers van landsadvocaat Pels Rijcken.
Smit eist het overleggen van alle correspondentie en (toekomstige) advocatendeclaraties om te kunnen beoordelen hoe, en of er zorgvuldig is gehandeld jegens zijn persoon met betrekking tot de besluitvorming om een procedure tegen hem te starten. Verklaringen van vertegenwoordigers van de Raad en de rechtbank Den Haag zijn tegenstrijdig, vindt Smit. Voormalig voorzitter van de Raad voor de Rechtspraak, Bert van Delden, bestempelde de kwestie tijdens de Chipshol getuigenverhoren in Utrecht vorige maand nog als een “nonsense-zaak.”
”Wat was dan het motief?” wil Smit weten omtrent het besluit om hem te dagvaarden. Ook rechter Peeters sluit een complot jegens Smit niet uit. “De hele wereld noemt Westenberg een liegende, vechtende of bellende rechter, tot aan de Libelle toe.” En, werd Westenbergs advocaat direct door de Raad voor de Rechtspraak betaald, of ging dat geld naar Westenberg zelf?
Lacuneus dossier
Verder inzicht in de declaraties en besluitvorming acht Smit belangrijk om zijn strijd voor schadevergoeding te kunnen voeren. “Als de blunderende Raad dat lacuneuze dossier niet op tafel wil leggen en niet wil schikken, dan moet het maar met een getuigenverhoor,” dreigt Smit. In januari is er een comparitie van antwoord in zijn zaak tegen Westenberg om schadevergoeding.
Ook vordert Smit dat de Raad voor de Rechtspraak of de Staat de advocatenrekening in die procedure niet langer oppikt voor Westenberg: “De Raad heeft een blanco cheque aan Westenberg uitgeschreven. Hij is op basis van een leugen gaan procederen en verdient geen financiële bijstand van de RvR. Stoppen met betalen dus. Ik betaal alles uit eigen zak.” Een aanbod van de Raad van anderhalve ton wees hij af als karig, Smit eist 2,7 miljoen euro. Smit vindt dat hij een ongelijke strijd voert, en er vijf jaar lang belastinggeld is weggesmeten aan de “nonsense-zaak”. Hij ziet zich in die mening gesterkt door de (anonieme) steunverklaringen van enkele rechters die hij kent.
Katvangersconstructie
Daarnaast krijgt (de afwezige) Westenberg zelf er ook nog van langs, want die zou als bijklussende rechter genoeg geld hebben om de strijd zelf te voeren. “Het is een hele dynamische rechter,” zegt Smit, die vermoed dat Westenberg vaker vals spel heeft gespeeld. Antacc bv., Westenbergs vennootschap, die NMA-directeur Kalbfleisch factureerde voor het inmiddels beruchte juridisch advies, is opgezet volgens een “klassieke katvangersconstructie,” aldus Smit. “Gevestigd in Purmerend, op naam van zijn broer en als directeur staat zijn vrouw ingeschreven. Dat is verdacht.”
Houtzagers zegt dat Smit alles al weet en heeft, en geen recht heeft op de stukken en declaraties. Hij legt het allemaal nog eens uit. Uit zijn verhaal blijkt dat het advies van Pels Rijcken om hem aan te pakken in 2004 “mondeling” werd gegeven aan Westenberg, door Houtzagers’ toenmalige collega Boukema.
Landsadvocaat Houtzagers vindt verder dat Smit’s argumentarium geen hout snijdt, en ook onjuistheden bevat. Hij betwist Smit’s blanco cheque-verhaal voorzichtig. Er is al eens door een woordvoerder van de Raad bevestigd dat er geen sprake is van een maximum aan de door Westenberg gemaakte juridische kosten. “Alleen eindbedragen van declaraties mag Smit hebben, verder niets, want dat gaat hem niets aan: het betreft vertrouwelijke informatie tussen advocaat en cliënt.” Op de Kalbfleisch-affaire wil Houtzagers niet ingaan, want dat staat volgens hem te ver af van deze zaak.
Smit heeft niks te zoeken in zaken die de persoonlijke levenssfeer van Westenberg raken. Smit voert geen ongelijke strijd en kan gewoon naar de rechter. “Het bewijs staat hier naast me,” voert Houtzagers aan, die verder stelt dat er geen sprake is van strijd met artikel 6 EVRM. Ook Peeters onderstreept dat “er niet zoiets bestaat als het recht op een arme wederpartij.” Westenberg kreeg geen cent van de Raad, de landsadvocaat werd direct door de Raad betaald, niet via Westenbergs schimmige bv.
Belangenverstrengeling
Na Houtzagers’ verweer krijgt Smit weer het woord. Hij wordt steeds feller, en stelt dat Pels Rijcken, die partij is in de schadevergoedingszaak, in een belangenverstrengeling is beland, en hier het eigen straatje probeert schoon te vegen. Smit zet zijn argumenten kracht bij door te stellen dat zelfs Jan Peter Balkenende doordrongen is van het onrecht dat hem is aangedaan. “Hugo, dit stinkt, ik hoop dat je je geld terugkrijgt,” zou deze hem hebben gezegd tijdens een diner. Smit wil niet zeggen waar of wanneer dat diner plaatsvond.
Na de zitting wordt de geëmotioneerde Smit door zijn zoon in toom gehouden als de NOS hem interviewt.
Uitspraak is morgen, waarvan verslag op Advocatie Snelnieuws, terwijl Westenberg verder verhoord wordt bij de Rechtbank in Utrecht