Voor werkgevers in de juridische sector is het van groot belang te weten wat de toekomstige werknemer – de huidige rechtenstudent – zoekt in een werkgever. Advocatenkantoren, bedrijven en overheden willen de krenten uit de pap, de high potentials, en laten geen mogelijkheid onbenut om zich van elkaar te onderscheiden. Het lijkt erop dat ze allemaal een stevige uitdaging voor de kiezen krijgen, want er is een vraagmarkt met veeleisende starters, zo blijkt uit het jaarlijkse imago-onderzoek van Blauw Research.
Uit het onderzoek Imago Blauwdruk Arbeidsmarkt Juristen 2011, waaraan dit jaar 569 studenten deelnamen, komen conclusies naar voren die veel informatie opleveren voor recruiters van de grote advocatenkantoren. Wat is het effect van de inspanningen? Hoe wordt de communicatie richting de arbeidsmarkt opgepikt? Op basis van de antwoorden op onder meer die vragen wordt sinds 2005 elk jaar de Gouden Spreekbuis uitgereikt aan het kantoor dat aantoonbaar de beste ontwikkeling heeft doorgemaakt op het gebied van imago en naamsbekendheid. Dit jaar is dat Boekel de Nerée.
Krapte
De onderzoeksresultaten van de afzonderlijke kantoren worden niet openbaar gemaakt, maar een algemene trend wordt wel gesignaleerd door Blauw Research. Vorig jaar werd het aan de crisis geweten dat studenten de advocatuur minder aantrekkelijk vonden, en de overheid meer. ‘In de advocatuur kom je moeilijk aan de bak’, was de opvatting, en de overheid voldoet aan allerlei keuzemotieven. Echter, met het herstel van de economie is de advocatuur nog niet gered.
Door de vergrijzing ontstaat binnen afzienbare tijd krapte op de arbeidsmarkt. In eerste instantie zal de overheid daar last van hebben, maar ook in de advocatuur zal het voelbaar zijn. “Voor de advocatuur zal op termijn de vijver om uit te vissen kleiner worden, en de arbeidsmarkt meer en meer een vraagmarkt worden. Belangrijk dus om te (blijven) kijken naar wat de advocaten van morgen zoeken in een baan en wat jij hen als werkgever kan bieden.”
Eisen
Wat de advocaat van morgen zoekt is echter ook wat anders dan wat de babyboomers zochten. De arbeidsmarkt zal steeds meer gaan bestaan uit jonge werknemers met een andere kijk op hun loopbaan. De nieuwe generatie heeft een sterk geloof in zichzelf en werkt minder om het geld dan om de zelfontplooiing. Ze willen dan ook meer dan alleen goede arbeidsvoorwaarden. De werkgever moet carrière- en opleidingsperspectieven bieden, een goede balans tussen werk en privé, afwisselend en gevarieerd werk en een goede sfeer op kantoor. Flexibiliteit wordt bovendien belangrijk. Het Nieuwe Werken wordt de standaard en “niet iedereen is ervan overtuigd deze flexibiliteit te vinden binnen de advocatuur”. Gezien de toekomstige krapte op de arbeidsmarkt is de kans groot dat al deze wensen ‘eisen’ worden.
Om mee te gaan in deze ontwikkelingen zullen kantoren meer en meer aan die eisen moeten voldoen, aldus Blauw. Zeker als ze de high potentials willen aantrekken. In de wervingcampagnes gaat de nadruk meer liggen op persoonlijke groei. Topkantoren zien als typische kenmerken van een high potential een goed gevuld cv, veel ambitie en niet vies van hard werken. Met de nieuwe wensen van de komende generatie advocaten wordt het aantal studenten dat aan dat plaatje voldoet steeds kleiner. Dus: in de kleinere vijver zwemmen ook nog eens minder geschikte vissen.
Bedrijfsleven
Een op de vijf studenten kan momenteel worden omschreven als echte carrièretijger. Bereid meer dan vijftig uur te werken, te verhuizen en met de ambitie de top van de advocatuur te bereiken. Binnen deze groep is de helft van de studenten te scharen onder de high potentials, met hoge cijfers, het juiste cv en de gezochte persoonlijke ontwikkeling.
Het goede nieuws voor advocatenkantoren is wel dat juist die studenten een grotere focus hebben op werken bij topkantoren. Keerzijde is dat zij ook het andere bedrijfsleven hoog op hun lijstje van aantrekkelijke werkgevers hebben staan. High potentials willen een uitdagende starterfunctie met goede doorgroeimogelijkheden en eventueel een internationale carrière. En laat nou juist het bedrijfsleven dat bieden.