Ze staat bekend als een ‘veelreiziger’: Chrissy Stroobach zag af op de Mount Everest, ontspande op Fiji en wandelde in Bhutan, het land waar koning en koningin door het land rijden om te kijken of hun onderdanen wel happy zijn. . “In Bhutan vond ik de rust die ik thuis zoek, maar daar vaak niet heb.”
Door Patricia Jacob
“Geen tijd? Dat zit tussen je oren! Hoe druk je ook bent, ruimte in je agenda vind je altijd. Je moet gewoon goed plannen en beseffen dat niemand onmisbaar is.” Gelukkig maar dat Chrissy Stroobach zich dit realiseert, want anders zou ze het reizen moeten laten. En laat dat nou haar grootste hobby zijn. Niet voor niets is ze een wandelende reisencyclopedie, een soort Wikitravel – noem een land en ze vertelt je er alles over.
Als kind trok ze zomers met haar ouders per camper door de Balkan naar de rest van Europa. Tijdens haar studie studeerde ze zes maanden in Nieuw-Zeeland. Voordat ze strafpleiter werd, vertrok ze solo op wereldreis. Via Indonesië, Australië, Nieuw-Zeeland, Fiji, Hawaï en Canada kwam ze twaalf maanden later weer thuis. Stroobach gaat op zeker terug naar de andere kant van de wereld. “Ik wil meer eilanden in de Stille Oceaan zien. Fiji was prachtig, maar mijn droombestemming is Kiribati, een groep bounty-eilanden én mogelijk de laatste plek waar nog kannibalen zijn.”
Sinds ze werkt, maakt ze jaarlijks een reis van drie weken en enkele korte trips. De vrijheid om te kunnen reizen wanneer en hoelang zij dat wil, stimuleerde haar om in 2011 voor zichzelf te beginnen. “Ik plan mijn lange reizen ruim van tevoren en zorg altijd voor een goede overdracht. Het is niet zozeer dat ik veel reis. Ik reis gewoon ánders.”
Mount Everest
Daar heeft Stroobach een punt. Vorig jaar trok ze door Ethiopië en Djibouti. Ze is net terug van een lang weekend Oman. “Duiken, hobbelen in een soek, zwemmen in een ondergronds meer.” Wandelen naar het basiskamp van de Mount Everest is ook vrij apart. Stroobach deed het.
Dit basiskamp ligt in het Nepalese deel van de Himalaya, op circa 5.550 meter hoog. Vanaf hier glibberen ijsklimmers door naar de top van de Mount Everst. “Tijdens het wandelen kreeg ik last van hoogteziekte. Ik had hoofdpijn en voelde veel druk op mijn borst. De gids bekeek dagelijks of ik verder mocht. Iedere dag draaide om voldoende eten, drinken en beschutting. Ik zag bodybags met overleden ijsklimmers naar beneden komen. Opeens telde maar één ding: overleven. Ik kwam bij de kern van het zijn.”
Bruto Nationaal Geluk
In dat opzicht leek die reis op haar trip naar Bhutan, de ‘meest magische plek ever’. Dit koninkrijk in de Himalaya zit tussen India en China in. Reizigers komen er alleen binnen als ze van tevoren een georganiseerde reis hebben geboekt. Massatoerisme ontbreekt er.
In Bhutan staat geluk op een hoger plan dan materiële rijkdom; de regering drukt de welvaart van het land niet uit in het Bruto Nationaal Inkomen, maar in het Bruto Nationaal Geluk. Hoe hoog dat is, hangt onder meer af van de stand van de sociale economie, de cultuur en het milieu. Ook dat gegeven intrigeerde haar.
Twee jaar geleden ging Stroobach er met een goede vriend naartoe. Ze startte in het zuidwesten. Na Paro ging ze naar de hoofdstad Thimpu 55 kilometer verderop en reisde ze via Punakha ten oosten van Thimpu weer terug naar Paro. Acht dagen lang wandelde ze berg op, berg af. Groene valleien, enorme boeddhistische tempels en kloosters trokken voorbij. “Tijgernest is Bhutans beroemdste klooster. De zeven tempels van dit complex zijn tegen de rotsen gebouwd en hangen honderden meters boven de Parovallei. Ongelooflijk, hoe hebben ze dat gedaan?”
Tijdens haar reis zag ze tot drie keer toe de koning en koningin. “Ze rijden door het land – iets groter dan Nederland – om te kijken of hun onderdanen wel happy zijn. Ze zijn echt met hen begaan. Voorbeeldje: ze hebben een project opgezet om de oudere dames die nog analfabeet zijn, te leren lezen en schrijven.”
Sereniteit
Volgens recente cijfers van de Verenigde Naties is het BNI per hoofd van de bevolking er 2.208 US dollar, in Nederland is dat 51.038 US dollar. Naar Westerse normen is Bhutan arm, maar volgens Stroobach zijn de Bhutanen zeker niet armoedig – integendeel. “Onderwijs is er gratis, gezondheidszorg ook. Op elke plek, hoe onherbergzaam ook, is er elektriciteit. Niemand zag er slecht of onverzorgd uit. De mensen lachen veel. Ze behandelen elkaar, de cultuur en de natuur met respect.”
Bhutanen doen graag iets voor anderen. Zo kochten de gids en de chauffeur van hun eigen geld drankjes voor haar en haar reisgenoot. Ook viel het Stroobach op dat niemand neerkeek op obers of dienstmeisjes. “Dat is in sommige Aziatische landen weleens anders.’ Het respect voor hun cultuur blijkt uit de populariteit van traditionele kleding en dansen – ook onder jongeren. Afval in de natuur dumpen? Néé. Bhutanen stoppen het keurig in een van de talloze vuilnisbakken met slogans als ‘de wereld is van iedereen’.”
Bhutan is het enige land ter wereld waar je alleen kunt roken als je een rookvergunning hebt. Sigaretten kun je er niet kopen, maar je mag ze wel invoeren – mits je daar veertig US dollar per pakje voor over hebt. Tja, in Bhutan houden ze de lucht nu eenmaal graag zuiver.
“Bhutan is puur. Ik vond er de rust die ik thuis zoek, maar daar vaak niet heb. Misschien kwam die rust door dat wandelen: als ik dat doe, krijg ik rust in mijn hoofd. Het kon ook komen door de enorme sereniteit van de inwoners. Het gros van hen is boeddhist. Ze maken zich niet zo druk. Geen getoeter, geen gezucht. Ze geven zich over aan de loop van het leven. Ze kijken niet vooruit, maar leven in het nu. Bhutanen leven niet voor zichzelf, maar geloven dat ze ook op aarde zijn om het leven van anderen plezierig te maken. Ik besefte dat de manier waarop je met anderen omgaat, de relaties die je hebt, het leven zin geven. Sindsdien probeer ik wat minder met mijn werk bezig te zijn, en anderen meer ruimte te geven.”
Chrissy Stroobach is partner bij Stroobach. Ketting. Dijkers. Karakaya Strafpleiters in Amsterdam. Ze is gespecialiseerd in omvangrijke strafzaken. Daarnaast behandelt ze jeugdrechtdossiers.
Auteur Patricia Jacob begon in 1996 als advocaat bij Andersen Legal. Ze stapte in 2000 over naar Vroom & Dreesman, waar ze aan de slag ging als legal counsel. Daarna stapte ze over naar de journalistiek: eerst bij Quote, later maakte ze de juristenglossy Legal Stuff, uitgegeven door het Rotterdamse PureLegal (executive counseling en executive search). Thans werkt Jacob als zelfstandig journalist en copywriter.