In ‘Het roer om’ praat Advocatie met juristen die een radicale carrièreswitch hebben gemaakt. Als schoolverlater belandde Riza Tisserand in de entertainmentindustrie als onder meer rapper en cabaretier. Sinds kort mag hij zichzelf ook advocaat noemen.
Foto: Riza Tisserand in toga (Roderick Westerink / fotoro.amsterdam)
Een kat heeft negen levens, zo luidt het gezegde, maar ook Riza Tisserand – bij de orde bekend onder zijn minder bekende, wettelijke naam J.C. Rijnierse – slijt meerdere levens. Tisserand was rapper, tv-host en radio-dj (NPO Radio 1, FunX) en is ook tegenwoordig actief in de creatieve industrie als cabaretier.
Daarbovenop is de inmiddels 49-jarige duizendpoot advocaat. Tisserand, die in 2020 zijn master intellectueel eigendomsrecht afrondde, is vorige week beëdigd en gestart als advocaat-stagiair-ondernemer met zijn eigen zaak: Monsieur Tisserand Advocatuur. Ook is hij als medeoprichter aangesloten bij Backstage Legal: een advocatencollectief voor de creatieve en culturele sector.
Een lange weg
De weg naar succes was voor het multitalent lang. Tisserand werd op vijftienjarige leeftijd van het lager beroepsonderwijs gestuurd (het huidige vmbo, red.) omdat hij ‘bijna het schilderlokaal in de hens had gezet met een tot vlammenwerper verbouwde spuitbus’ – aldus Het Parool in 2021. Ook kende hij een turbulente jeugd: ‘een grotere sociale, emotionele en financiële achterstand is in Nederland bijna niet denkbaar,’ zei hij daarover in dezelfde krant.
‘Het roer omgooien’ lijkt in Tisserands leven kortom eerder regel dan uitzondering. Tijd voor een tweegesprek.
Dag Riza! Voor deze rubriek spraken we tot dusver advocaten die hun vak verlieten voor bijvoorbeeld een creatief beroep. Jij doet het omgekeerde. Waarom?
“Het is altijd een droom van me geweest om advocaat te worden, en vanaf het moment dat ik van school werd gestuurd, heb ik dat doel voor ogen gehouden. Wel heb ik me lang laten ontmoedigen. Als ik vroeger zei dat ik advocaat wilde worden, lachten mensen me letterlijk uit…
Ik was een high school drop-out, waardoor mensen op een bepaalde manier naar me keken: ‘Je hebt het niet gehaald.’ Ook de financiële omstandigheden – ik had een inkomen nodig – zetten mijn dromen op pauze. Op mijn zevenentwintigste bekeerde ik me tot de islam, en besloot ik ook professioneel het roer om te gooien.
Uiteindelijk ben ik via allerlei omwegen advocaat geworden. Ik heb de afgelopen twintig jaar een mooie carrière gehad, maar in mijn achterhoofd bleef ik die ambitie koesteren. Wat dat betreft is het een beetje een doel op zich geworden. Ik vind het fantastisch werk, maar ik wil ook bewijzen aan mezelf dat ik het kan.”
Is bewijsdrang niet de verkeerde motivatie?
“Kijk, tegen mijn zoon zeg ik altijd: stel jezelf de doelen die jíj́ wilt, want als je wat wilt in het leven, moet je daarvoor gaan. Máár: stop ermee op het moment dat je het zelf niet meer wilt. Je moet het niet doen voor anderen.
Muziek vond ik bijvoorbeeld heel leuk, maar hiphop was destijds ook erg negatief. Mensen verwachtten heel boze straatrap. Dat wilde ik niet meer: ik was heel gelukkig en deed leuke dingen. Vervolgens stuitte ik op cabaret – wat ik tienduizend keer leuker vond – en ben ik dat gaan doen.
Toen ik koos voor de advocatuur, en het toelatingsexamen voor de Universiteit van Amsterdam op mijn pad kwam, wilde ik aanvankelijk ook vooral mensen het tegendeel bewijzen. De leraren uit mijn jeugd bijvoorbeeld. Maar toen ik eenmaal mijn bachelor in de pocket had, besefte ik dat ik het daar niet meer voor deed. Die mensen waren bij mij toen allang uit beeld.”
Waarom wilde je dan advocaat worden?
“Ik denk dat ik door alle leuke entertainmentdingen die ik de afgelopen twintig jaar heb mogen doen, belangrijke inzichten heb die veel andere advocaten en juristen niet hebben. Daar wilde ik wat mee. Ik heb in die scene geleefd, waardoor ik krediet heb opgebouwd. Ik weet wat de motieven zijn van artiesten en waar ze tegenaan lopen.
Bij Backstage Legal zijn we allemaal, naast zelfstandig advocaat, actief in de creatieve en culturele sector. Als collectief kunnen we daarom aan creatieve ondernemers goed uitleggen waar op juridisch vlak winst valt te behalen. Het probleem bij veel creatievelingen is dat ze moeite hebben met de zakelijke kant van hun werk. Toch is het erg handig om te weten wat je rechten en plichten zijn als artiest. Wat er bijvoorbeeld in je contract staat over royalty’s en de verdeling daarvan.
Verder wil ik, net zoals de anderen bij Backstage Legal, ook met één been in de creatieve industrie blijven staan. Dat is waar mensen ons van kennen; we zijn onderdeel van dat wereldje. Voor mij persoonlijk is het ook erg belangrijk dat ik me kunstzinnig blijf uiten, bijvoorbeeld als cabaretier. Ik denk dat ik erg ongelukkig zou worden als ik enkel advocaat zou zijn, en dat is niets ten nadele van het beroep.”
Advocaat zijn en blijven, is echter niet makkelijk. Hoe ga je dat combineren?
“Ik heb daar nooit moeite mee gehad. Verveling ken ik niet. Er is zo verschrikkelijk veel leuks om te doen, er zijn zoveel vaardigheden om te ontwikkelen. Als ik thuiskom, ga ik niet voor de televisie zitten, maar nieuwe dingen bedenken. Een voorstelling bijvoorbeeld.
Natuurlijk kan je niet alles tegelijkertijd doen. Je moet goed weten waarmee je bezig bent. Zo richt ik me nu op mijn werk als advocaat, en staat de rest on hold. Ik ben dankbaar voor de kans en heb hier lang naartoe gewerkt.
De cliënten rekenen bovendien op me, dus ik ben intrinsiek gemotiveerd om er vol voor te gaan. Dat moet ook wel de aankomende drie jaar, als stagiair, maar dat betekent niet dat ik niet iemand buiten de sector kan zijn. Er zijn ook heel veel advocaten die in hun vrije tijd nog ergens in een bestuur zitten of commissaris zijn.”