In de rubriek ‘Het roer om’ praat Advocatie met juristen die een radicale carrièreswitch hebben gemaakt. Deze keer: Jaap Kuster, een ex-Zuidasadvocaat en co-founder van een Amsterdams advocatenkantoor. Met zijn modemerk QIP richt hij zich op de comfortabele stof piqué.
Waar vorige maand een nog jonge advocaat sprak over zijn keuze voor een radicaal ander carrièrepad, is Kuster juist een juridische veteraan die het roer omgooit. Meer dan veertien jaar was hij actief als advocaat; bij Zuidaskantoren als Stibbe en Linklaters, maar ook als medeoprichter van het Amsterdamse Biesheuvel Jansen advocaten. Beursgangen, corporate litigation en distressed M&A waren destijds Kuster’s domein.
Na al die advocatuurlijke jaren kiest Kuster voor een nieuw avontuur. Samen met mode-ondernemer Willem Marten – die pak ‘m beet vijftien jaar geleden eveneens een studie rechten afrondde – heeft hij eind vorig jaar QIP opgericht: een kledingmerk dat claimt het beste piquéshirt ter wereld te maken.
Ha Jaap! Waarom een piqué shirt?
“Dat is ontstaan uit mijn eigen frustratie: ik kon geen comfortabele overhemden vinden. Willem maakte destijds mijn maatpakken, dus ik heb hem op een gegeven moment een appje gestuurd: ‘Waarom zijn er geen goed passende shirts? Laten we dit anders doen’. Ook hij zag daarin kansen, en zo is het idee ontstaan.
Vervolgens zijn we gaan brainstormen over het perfecte overhemd, en kwamen we uit bij piqué stof, waarvan onze shirts nu worden gemaakt en waar onze merknaam omgekeerd naar verwijst. Piqué is een gebreide stof van katoen, die comfortabeler valt en luchtiger is.
Ook hebben we ons, naast op de materie, op de stijl van de overhemden gericht. We hebben gekozen voor een stijlloze slim fit, die de overhemden zowel een casual als smart casual look geeft, maar ook geschikt maakt voor formele gelegenheden.”
Jullie wilden een comfortabeler overhemd, maar anderen ook?
“Ja. Zoals ik al aangaf maakt mijn zakenpartner Willem maatpakken. De vragen en wensen die hij van zijn maatwerkklanten krijgt, lopen voor op de markt: marktinnovatie volgt de vraag van maatwerk. En zijn klanten vroegen steeds vaker naar comfortabele, piqué overhemden. Tot dusver is de feedback op onze overhemden ook waanzinnig positief: sommigen willen niets anders meer.
Natuurlijk is het piqué overhemd een redelijk nieuw product, dus direct de markt veroveren, is lastig. Maar hoe meer mensen het shirt ervaren, hoe vaker erover gepraat wordt, en hoe beter de marktpenetratie is. Daarom gaan we later dit jaar pop-up stores openen in verschillende steden: klanten uit heel Nederland kunnen de overhemden dan ter plekke passen. Bovendien blijkt uit een recent rapport van McKinsey dat zeventig procent van de verkoop in Europa nog altijd in fysieke winkels plaatsvindt, waardoor de pop-up winkels ook in dat opzicht commercieel interessant zijn.”
Waarom heb je de stap van advocaat naar mode-ondernemer gemaakt?
“Omdat ondernemen eigenlijk altijd mijn interesse heeft gehad. Aan het begin van mijn carrière, bij Stibbe, grapte ik al met mijn kamergenoot over een eigen kantoor omdat ik vaak een sterke mening had. Toen ik in 2014 daadwerkelijk een kantoor, Biesheuvel Jansen advocaten, mee opbouwde, begon het ondernemerschap écht te kriebelen.
Want de advocatuur is leuk, en een goede start geweest voor mijn carrière, maar ik ben er toen achter gekomen dat ik iets opzetten boeiender vind. De organisatie, de ondernemersvragen, het uitzetten van een strategie: het is voor mij interessanter dan puur juridisch werk. Na Biesheuvel Jansen advocaten – wat eigenlijk toevallig op mijn pad kwam na een kop koffie met medeoprichter Rutger Jansen – ben ik vervolgens breder gaan kijken naar ondernemen, wat leidde tot QIP.
Ik heb namelijk een bepaalde passie voor mode: ik heb oog voor wat er goed uitziet, en wat niet. De ergernis over oncomfortabele overhemden komt daaruit voort. Als ik gepassioneerd was geweest over helikopters had ik daarover waarschijnlijk frustraties gehad.
Toch was het best lastig om mijn eigen kantoor en de advocatuur te verlaten voor zo’n onbekende sector. Mode lijkt van buitenaf simpeler dan dat het daadwerkelijk is. Gelukkig heeft Willem veel ervaring met de sector. Van hem heb ik snel veel kunnen leren.”
Heb je als medeoprichter van QIP wat aan je verleden als advocaat?
“Absoluut. Als advocaat behandel je geschillen, zaken of onderwerpen voor steeds andere bedrijven. De juridische context kan je daarbij pas duiden als je de business van je cliënten begrijpt. Met andere woorden: je moet begrijpen waar zij zich mee bezighouden om een goede advocaat te kunnen zijn. Ik ben daardoor erg flexibel geworden in het begrijpen van verschillende sectoren. Daar heb ik veel aan gehad bij het opzetten van QIP.
Ook heb ik heb ik nog één cliënt waarvoor ik, onder de vlag Litore Legal & Strategy, optreed als juridisch adviseur. Geen grote klus, maar het helpt om deze startupfase te overbruggen. Zodat ik ook in deze periode mijn hypotheek kan betalen. De bedoeling is wel om daar op termijn mee te stoppen.”
