Advocaat Reinier Oskamp vergezelt met enige regelmaat zijn vriend Reinout Prakke – eveneens advocaat – bij diens queeste: het bezoeken van zoveel mogelijk landen. “De teller van Reinout staat op iets van 190 landen, of daar in de buurt. Reizen met hem is hard werken: ’s ochtends vroeg op, en hup, naar het volgende land.”
Door Lucien Wopereis
Zo deden ze enige tijd geleden samen een deel van de Cariben. Een ideaal gebied voor de ‘paspoortstempeljager’. ’s Ochtends het vliegtuig in, de middag en avond rondstruinen en lekker eten, en de volgende dag naar het volgende land. “Ik vind er verder niet zoveel aan, die Cariben: het is erg Amerikaans, en als je niet van stranden houdt, zoals ik, dan heb je er eigenlijk niet veel te zoeken. Maar het eilandhoppen was erg leuk,” vertelt Oskamp.
Prakke (rechts op de foto) regelde ook de reis naar hun meest bijzondere bestemming: Noord-Korea. Ze verbleven er tien dagen. Het regelen van de visa duurde ruim een half jaar. Noord-Korea heeft het niet zo op pottenkijkers.
Het is veruit het mafste land dat Oskamp ooit bezocht. “Het is volstrekt totalitair: de mensen zijn angstig, en volledig in de greep van het regime. De hele dag staat in het teken van het eren van Kim, de verlosser van het volk. Mensen beginnen spontaan te huilen als ze het over hem hebben. Ze zijn totaal gebrainwashed. Het is een interessant land, maar het is tegelijk ook eng dat zoiets nog kan bestaan in deze tijd.”
Ze werden bij hun activiteiten continu bijgestaan door twee gidsen. Twee, omdat die ook elkaar in de gaten moeten houden. De gidsen mochten niet meer dan acht meter van Oskamp en Prakke verwijderd zijn. De dagtrips hadden vrijwel allemaal betrekking op Kim en diens voorgangers: bezoek aan het mausoleum, bezoek aan het ouderlijk huis, bezoek aan een standbeeld. Altijd bloemetjes mee, en altijd en overal buigen voor de big boss. “Ik ben normaal vrij recalcitrant, maar daar even niet. Je wilt in zo’n land geen problemen.”
Ook vreemd: de gidsen leverden het duo elke avond half acht af bij het hotel, waar ze dan de rest van de avond ook niet meer uit mochten. Maar de volgende ochtend wisten ze vrij precies wat Oskamp en Prakke hadden uitgespookt. Het hotel was een surrealistische ervaring op zich: een capaciteit van meer dan duizend gasten, maar in werkelijkheid bevolkt door twintig man. Ze mochten s’avonds naar CNN kijken, maar uiteraard gecensureerd. Op de staatstelevisie waren 24 uur per dag parades te zien.
Toen ze zelf zo’n parade wilden bezoeken, werd dat op allerlei manieren gedwarsboomd. “Officieel hadden we toestemming, maar onze gidsen zagen het kennelijk niet zitten. Ze bedachten telkens iets anders waardoor het niet door kon gaan. Misschien waren ze bang dat we voor het oog van de natie en de leiders gekke dingen zouden gaan doen of roepen.” De gidsen werden op den duur overigens wel wat losser in de omgang. Totdat één van de gidsen een drankje meedronk. Het kwam hem meteen op een stevige reprimande te staan van de andere gids.
Ze kregen alleen maar dingen te zien waarvan van tevoren was bedacht dat ze die mochten zien. Een trip met de metro, heel diep in de grond aangelegd omdat de gangen ook dienst doen als schuilkelder, voerde langs twee prachtig opgetuigde stations. Daar mochten ze uitstappen. De rest van de in totaal tien stations werd gepasseerd. “Maar we konden de stations vanuit de metro wel zien. Het was een ranzige bende.”
Binnenkort staan er gelukkig weer wat vrolijker bestemmingen op het programma. Nou ja, vrolijker… Eerst vier dagen naar Mali. Daar wordt weliswaar geknokt, maar dat is in het noorden. Het zuiden is relatief veilig, aldus Oskamp. Dan later in het jaar in acht dagen naar de Seychellen, de Comoren, Madagascar, dan via Nairobi naar Dubai en Koeweit. “Het is een andere manier van reizen. Als ik met mijn eigen gezin op pad ga, dan doe ik het iets rustiger aan.”