De Access to Justice Gouden Zandloper 2021 is begin november uitgereikt aan Eva González Pérez, de advocate dankzij wie de toeslagenaffaire werd blootgelegd. Maar noem haar vooral niet ‘de advocate die een kabinet ten val bracht’. De politieke gevolgen zijn voor haar bijzaak; haar cliënten helpen hun recht te halen, dat is wat telt.
Foto’s: Roel Dijkstra Fotografie
De hoeveelheid menselijk leed achter de kinderopvangtoeslagaffaire is nauwelijks te bevatten, met alleen al duizenden gedupeerden die in de schuldsanering zijn beland, uit hun huis zijn gezet of wiens kinderen uit huis zijn geplaatst. Het totale aantal gedupeerden staat inmiddels op liefst 50.000.
Misschien was dit schandaal wel in de doofpot gebleven, als één vrouw zich niet onvermoeibaar had vastgebeten in een aantal individuele toeslagzaken. Of als haar doorzettingsvermogen nét iets minder groot was geweest. Of wat als haar echtgenoot haar op een dag niet een handvol brieven had laten zien? Brieven waarin de Belastingdienst zonder motivatie aankondigde de kinderopvangtoeslag stop te zetten.
Zo zie je maar: de kleinste, soms toevallige rimpelingen kunnen de grootste golfbewegingen teweeg brengen. Zoveel is wel duidelijk geworden in de afgelopen zeven jaar dat advocaat Eva González Pérez nagenoeg dagelijks bezig is met het monster dat de toeslagenaffaire is gaan heten. Een affaire met ongekende gevolgen.
Al sinds eind 2014 staat González Pérez ruim veertig gedupeerden bij. Allemaal ouders die door toedoen van de Belastingdienst in ernstige problemen zijn geraakt. Meerdere van haar cliënten klommen in de pen om haar te nomineren voor de Access to Justice Gouden Zandloper, puur om iets terug te kunnen doen. Een kleine greep uit wat zij over hun advocate schreven: ‘Zij is een sterk persoon met doorzettingsvermogen, zij is een strijder.’ ‘Zij heeft zoveel bereikt, zonder haar was de toeslagenaffaire nooit onthuld.’ ‘Dankzij haar heb ik mijn leven terug dat de Belastingdienst kapot heeft gemaakt.’
Haar eigen cliënten hebben hun recht al gehaald en zijn – deels – gecompenseerd, maar het boek over de toeslagenaffaire is nog lang niet gesloten. “Ik denk dat het heftigste nog moet komen,” zegt González Pérez in haar kantoortje bij Advocatencollectief Trias in Helmond, als ze vertelt over de huidige stand van zaken. “Dit verhaal is zeven jaar geleden begonnen, maar nog niet ten einde. Ikzelf ben er nog dagelijks mee bezig, en intussen zijn duizenden ouders, die ik niet bij kan staan, nog steeds niet gecompenseerd.”
Een eigen kantoor in Helmond
González Pérez is inmiddels twintig jaar sociaal advocaat. Bij een commercieel kantoor waar ze een blauwe maandag werkte, werd ze niet gelukkig (‘teveel bombarie’). In 2007 richtte ze met twee andere advocaten Advocatencollectief Trias op, aan de rand van het centrum in Helmond. De drie kwamen bij stichting Rechtshulp Zuid Advocaten vandaan, waar zij tot hun ergernis zagen hoe een duurbetaalde directie vooral zichzelf in stand hield, terwijl 25 advocaten zich in het zweet werkten. Hun nieuwe avontuur kwam op het juiste moment; kort na hun vertrek ging Rechtshulp Zuid failliet.
“Het is jammer dat het mis ging bij Rechtshulp Zuid, maar het gaf ons wel de kans om een eigen kantoor te beginnen; iets wat ik altijd al wilde,” blikt González Pérez terug. In de jaren voordat de toeslagenaffaire zich aandiende, richtte ze zich vooral op arbeidsrecht, sociale voorzieningen en de begeleiding van psychiatrische patiënten bij hun GGZ-opname. De hulp van de Trias-advocaten ging geregeld verder dan enkel juridische bijstand. “We hebben mensen over de vloer gehad die zelfs geen bijstandsuitkering meer kregen. Daar deden we dan boodschappen voor. Als jou als mens onrecht wordt aangedaan, dan neem ik je desnoods in huis.”
Tot 2014 had González Pérez amper met de Belastingdienst te maken gehad. Totdat haar echtgenoot haar op een dag een paar brieven liet zien, gericht aan ouders die waren aangesloten bij zijn gastouderbureau. Hierin stond zonder enige uitleg dat de kinderopvangtoeslag was stopgezet. “In eerste instantie reageerde ik nuchter: ‘ze vragen om gegevens en originele stukken, dus lever die maar in, dan komt het wel goed’. Het bleef hierna echter stil, en ondanks diverse keren bellen kregen mensen geen informatie. Om erachter te komen waarom de toeslag was stopgezet, moesten ze formeel bezwaar indienen.”
Toen in de herfst van 2014 de eerste niet gemotiveerde afwijzingen op de bezwaren binnenkwamen – ‘u heeft niet alle informatie aangeleverd, u moet in bezwaar’ – besloot González Pérez zich vast te bijten in de zaak. “Ik was vooral heel verbaasd, maar de termijnen liepen door, dus diende ik maar nieuwe bezwaren in, zonder precies te weten waartegen. Ik ben gaan procederen bij de rechtbank, eerst namens één mevrouw. We stelden de Belastingdienst in gebreke en vroegen om een voorlopige voorziening. Deze voorziening werd niet toegekend, maar de bodemprocedure heb ik in november 2015 gewonnen.”
De advocate dacht dat hiermee de koud wel af was, maar de Belastingdienst procedeerde verder. Toen ben ik ook maar namens andere ouders gaan procederen bij meerdere rechtbanken, steeds met hetzelfde verhaal; een beroep tegen de afwijzing van het bezwaar. Toch sommeerde de Belastingdienst ouders om bewijzen in te dienen en aan te tonen dat er recht op toeslag was, zelfs als deze eerder in het jaar al door de afdeling Toeslagen zelf waren stopgezet. Dat kan natuurlijk niet.”
Al snel ontdekte ze hoe meerdere ouders ‘bleven hangen’ in de bezwaarfase; de Belastingdienst besliste niet. Op aanraden van de Ombudsman diende de advocate namens haar cliënten klachten in bij de Belastingdienst, maar ook deze bleven liggen. Toen de Ombudsman – als eerste officiële instantie – in november 2016 een nader onderzoek instelde, bleken er al 140 soortgelijke bezwaarschriften op de plank te liggen.
Belastingdienst wilde geen oplossing
In maart 2017 haalt González Pérez namens haar eerste cliënte haar gelijk bij de Raad van State. Die oordeelde dat de Belastingdienst ten onrechte de kinderopvangtoeslag had stopgezet van de ouders die klant waren bij het gastouderbureau van haar man. “Ik dacht dat het toen wel klaar zou zijn, maar nee… De top van de Belastingdienst wilde niet meewerken aan een plan voor compensatie, terwijl mij een totaaloplossing was beloofd. Ze bleven maar vragen om extra gegevens. ‘Nee’, bleef ik zeggen, het is aan de Belastingdienst om uit te leggen waarom de toeslag is stopgezet.”
De gesprekken met het management van de dienst liepen spaak. Dat was voor de advocate het moment om de onderhandelingen stop te zetten en Pieter Omtzigt te benaderen, toen nog Tweede Kamerlid voor het CDA. “Hij was op dat moment al bezig met de Belastingdienst. Ik kreeg binnen tien minuten antwoord terug; hij kende mijn zaak en wilde meer weten.” Omtzigt stelde voor het eerst Kamervragen in juli 2017; er zouden er nog vele volgen.
De Kamervragen en bijbehorende antwoorden werden uiteindelijk opgepikt door journalisten van Trouw en RTL Nieuws, die uitgebreid aandacht begonnen te besteden aan de zaak. Stukje bij beetje kregen zij meer informatie boven tafel en werd de volle omvang van de affaire duidelijk; niet enkele honderden, maar vele duizenden ouders waren door de Belastingdienst ten onrechte hard aangepakt, vaak met schulden tot tienduizenden euro’s, schuldsaneringstrajecten en zelfs de uithuisplaatsing van kinderen tot gevolg.
Ook na zeven jaar kan González Pérez zich nog iedere dag verbazen over de hele gang van zaken. “Er komt ook elke dag wel weer iets bij. Wat me het meest boos heeft gemaakt: de Belastingdienst die bij mijn zittingen stukken achterhield in de dossiers. Dat is aangetoond, en het is eigenlijk een doodzonde in het bestuursrecht. Het stond nota bene in een werkinstructie van de Belastingdienst: we sturen geen complete dossiers naar de rechter. Zo werden toezichtmeldingen niet aan het dossier toegevoegd als het om rechtmatigheidsonderzoeken ging, of als het woordje ‘onderzoek’ voorkwam in de melding. Dat is toch ongelooflijk? Wie zijn zij om iets uit het dossier te halen, om te bepalen wat de rechter te zien krijgt? Als ik zie dat iemand denkt boven de wet te staan, dan ontplof ik.”
Drijfveren
Zeker, boosheid vanuit haar sterke rechtvaardigheidsgevoel is een belangrijke drijfveer. Maar wat maakt nu dat zij zich al jaren iedere dag weer met zoveel energie en toewijding in deze zaak kan storten? Hoe houdt ze zichzelf staande? Dat zijn vragen waar González Pérez over moet nadenken. “Voor een deel is het het recht zelf dat mij energie geeft; daar ligt mijn gevoel in. Mijn eigen emoties kan ik vrij eenvoudig uitschakelen. Als iemand tegenover mij in elkaar gedoken zit te huilen, dan ben ik degene die sterk moet zijn, degene die zegt: ‘het zal tijd kosten, maar volgens de wet heb je gelijk en we gaan ervoor’.”
Het helpt daarnaast enorm dat zij ‘de last’ van de toeslagenaffaire gaandeweg niet meer alleen hoefde te dragen. “De Ombudsman ging zich ermee bemoeien, de Autoriteit Persoonsgegevens ging uiteindelijk onderzoek doen – al ging dit niet vanzelf – en politici Pieter Omtzigt, Renske Leijten en Farid Azarkan bleven er aandacht voor vragen. En denk aan iemand bij de Belastingdienst die ons uiteindelijk toch de stukken heeft gegeven die werden achtergehouden in de dossiers, of aan de journalisten van RTL en Trouw die met onthullingen bleven komen… Het was een lange zoektocht om medestanders te vinden, maar uiteindelijk hebben er veel mensen meegestreden. Daar ben ik heel dankbaar voor. Die mensen geven mij de kracht om steeds weer de strijd aan te gaan. En ook de kleine successen die we hebben geboekt, vormen touwen die ik steeds vast kon pakken. Ik vlak mezelf niet uit, maar als Kamerleden, journalisten en die gewetensvolle ambtenaar bij de fiscus er niet op hadden gefocust, dan hadden er nog steeds duizenden ouders in de schuldsanering gezeten.”
Talloze onderzoeken
Zoals bekend dreunen de gevolgen van de kinderopvangtoeslagenaffaire nog steeds hard na, ook vanuit staatsrechtelijk oogpunt. Het kabinet Rutte III viel half januari 2021 na het debat over de conclusies die de Parlementaire Onderzoekscommissie Kinderopvangtoeslag (POK) eind 2020 trok: de betrokken ouders was een ongekend onrecht aangedaan, en de beginselen van de rechtsstaat waren aangetast. De Raad van State en bestuursrechters gaven hierop aan terug te zullen blikken, te willen reflecteren op de eigen rol en ‘de hele kast met uitspraken’ uit te zullen pluizen om te bekijken of er vaker te rechtlijnig is geoordeeld, zoals achteraf in tal van belastingzaken.
Er loopt nog een onderzoek van de Autoriteit Persoonsgegevens naar de zogenoemde FSV-lijsten (Fraude Signalering Voorziening, red.), oftewel de geheime ‘zwarte lijsten’ waar zogezegd frauderende ouders op werden gezet. “De fiscus selecteerde op tweede nationaliteit, die stond in formulieren naast het BSN, heel gek,” zegt González Pérez. “Ik wil vooral weten waarom mensen op deze lijsten zijn gezet en waarom ze verdacht werden gemaakt zonder dat ze er zelf van weten. Dat vraag ik nu al sinds 2016.”
Verder heeft de Tweede Kamer heeft na de bevindingen van de POK een parlementaire enquête aangekondigd. En dan is er ook nog de Europese Venetië Commissie, die de rechtsbescherming van Nederlandse burgers onder de loep neemt – met name in het bestuursrecht –, die onlangs adviezen uitbracht aan de Nederlandse Staat.
Intussen mag González Pérez haar cliënten de komende tijd nog door tal van commissies heen loodsen, zoals de Commissie Werkelijke Schade, de Bezwaarschriftenadviescommissie en de Commissie Toeslagen Herstel. De bedragen die haar cliënten onterecht moesten terugbetalen, hebben ze al wel teruggekregen, plus 25% extra en 500 euro per half jaar dat ze hebben moeten wachten. Intussen wordt ze nog steeds ‘tien tot twintig keer per dag’ gebeld met smeekbedes om hulp. “Ik moet nu echt nee zeggen, ik kan niet iedereen helpen,” zegt González Pérez. Haar blik verraadt dat ze dat nee zeggen maar lastig vindt. “De Raad voor Rechtsbijstand heeft een poule van 220 advocaten samengesteld die klaarstaan om andere gedupeerden te helpen.”
Nog veel vragen
Ondanks de zeven jaren die de affaire nu al duurt, is de advocaat deze zaak van haar leven nog lang niet zat. “Integendeel; het klinkt misschien gek, maar ondanks de ernst vind ik het als jurist alleen maar leuker worden. Hoe verder je komt, hoe dieper je in het dossier zit en hoe meer je te weten komt, des te interessanter het wordt. Er zijn zoveel instanties bij betrokken geraakt, en er zijn nog zoveel onduidelijkheden die mij interesseren en vragen waar ik al jaren geen antwoord op krijg. Bij de Belastingdienst vinden ze het maar vervelend dat ik veel vragen stel, maar ik blijf doorvragen: Waarom is dit gebeurd? Waarom zijn er mensen op zwarte lijsten gezet? In mijn optiek is er duidelijk gediscrimineerd; dat heeft het rapport van de Autoriteit Persoonsgegevens in juli 2020 duidelijk vastgesteld.”
Uiteindelijk zijn de genoemde (politieke) gevolgen voor haar slechts bijzaak, zegt ze. “Een gevallen kabinet of kritiek op de Raad van State, dat was nooit de insteek. Ik en mijn cliënten hebben nog steeds te maken met bepaalde mensen op hoge posities bij de Belastingdienst. Die hebben dit leed mede veroorzaakt en zitten nog steeds op hun plek, of zijn zelfs gepromoveerd. Ik werk nu vooral met de uitvoerders daar, en veruit de meesten hebben het hart op de juiste plaats. Een kleine groep mensen verpest het, maar die zitten wel op belangrijke posities. Die horen daar niet te zitten.”
Toegang tot het recht
Zeker, González Pérez is blij met de waardering die uit de Access to Justice Gouden Zandloper spreekt. Toch heeft ze zo haar bedenkingen als het gaat over de toegang tot het recht in het algemeen. “Mijn cliënten hadden die toegang tot het recht eigenlijk niet. Die toegang hadden ze ook zonder mij moeten hebben. En als je ziet hoe de Raad voor Rechtsbijstand en minister voor Rechtsbescherming zich hebben opgesteld; in hun bezwaarfase konden de ouders niet eens bijstand van een advocaat krijgen. Minister Dekker zegt dat procederen tegen de overheid eigenlijk niet hoeft, omdat je er onderling uit zou moeten komen. Die theorie klopt niet in de praktijk.”
Ze is dan ook niet positief gestemd over de toegang tot het recht voor minderbedeelden in Nederland. “Een minister voor Rechtsbescherming moet die toegang waarborgen, maar dat is momenteel ver te zoeken. Als je ook ziet hoe hard sociaal advocaten moeten werken voor weinig geld, het is soms bijna onmenselijk. Niet voor niets stoppen er steeds meer. De visie is blijkbaar dat sociaal advocaten ‘goedkoop’ moeten zijn. Ze krijgen te weinig credits voor hun menselijke insteek ten aanzien van minder draagkrachtigen. Dat zit mij dwars en zou veel meer besproken moeten worden.”
Stoppen als advocaat, dat is iets waar González Pérez gelukkig totaal niet aan denkt. Politieke ambities als gevolg van de affaire heeft ze al helemaal niet. “Ik ben advocaat in hart en nieren.” En mocht zich ooit nog eens zo’n zaak aandienen, waarvan ze zou kunnen vermoeden dat die wel eens ‘heel groot kan worden’? Het antwoord laat zich raden. “Ik zou het zo weer doen. Zoals ik deze zaak doe, doe ik alles.”
Dit interview vond plaats in september 2021, voordat in oktober tal van nieuwe onderzoeksrapporten verschenen. Het artikel verscheen eerder in het nieuwste nummer van Advocatie Magazine. Het hele magazine is digitaal te lezen via een klik op de cover.