Toon Mandos groeide op met Verdi en Bach en stond in de plaatselijke disco met een drankje tegen de muur. Toentertijd was dansen er niet bij, maar tegenwoordig danst de advocaat salsa op het hoogste niveau en bezoekt hij salsafeesten. “Dat de salsa in mijn leven is gekomen, komt door Albert Heijn.”
“Kom binnen. Ik heb wat leuks voor je, tenminste als je van honden houdt”, zegt Toon Mandos als hij de deur van zijn Haagse kantoor opent. Terwijl ik hem volg, springen twee golden retrievers tegen me op. Een daarvan heeft onlangs zes puppies geworpen. Ze krioelen in de bench, die de helft van Mandos’ werkkamer bestrijkt. “Dit weekend heb ik puppies gekregen”, lacht Mandos. “Iets heel anders dan vorige zaterdag. Toen danste ik op een salsafeest in SnowWorld.”
Hoewel hij verzot is op zijn honden en ‘er een heel boek over zou kunnen schrijven’, focus ik me vandaag op zijn passie voor salsadansen. Dat hij daar een zwak voor heeft ontwikkeld is opmerkelijk. Mandos groeide op in het Zuiden, bij de Belgische grens. Zijn Nederlandse vader en Chinees-Indische moeder draaiden Verdi en Bach en soms ABBA of de George Baker Selection. In de wijde omgeving was maar één disco. “De jongens stonden met een drankje tegen de muur en keken naar de meisjes op de dansvloer. Zelf dansen ho maar. Dat de salsa in mijn leven is gekomen, komt door Albert Heijn.”
Hoezo?
“Voordat ik in 2008 advocaat werd, had ik al een heel leven achter de rug. Op mijn achttiende ging ik in Leiden rechten studeren. Omdat ik mijn propedeuse niet op tijd haalde, werd mijn studiefinanciering stopgezet en moest ik aan de bak. Ik begon als vakkenvuller bij Albert Heijn en was op een gegeven moment zelfs assistent-bedrijfsmanager. Ondertussen probeerde ik vakken te halen: géén ideale combinatie. Uiteindelijk koos ik voor mijn studie en deed ik de ‘grand tour’. Ik ben afgestudeerd in drie richtingen: straf-, staats- en civiel recht. In totaal heb ik zeventien jaar bij Albert Heijn gewerkt. Tijdens het vakkenvullen ontdekte ik salsamuziek. De Surinaamse jongens in mijn vulploeg namen vaak cd’s met salsamuziek mee. Concienca en Perdóname van Gilberto Santa Rossa werden grijs gedraaid. Ik vond het ritme leuk; heel anders dan de muziek die ik kende. Het maakte me vrolijk.”
Dus ging je op salsales.
“Nee, dat was pas vijf jaar later, zo’n vijftien jaar terug. Toen Manuel, een Albert Heijn-collega van mij, naar Spanje remigreerde ging ik met ons vriendengroepje vakantie bij hem vieren. Ik ben toen verliefd op Spanje geworden. De mensen, de cultuur, de sfeer – laidback, méér genieten. Terug in Nederland zag ik een advertentie van Salsaventura, een dansschool die onder meer in Den Haag zit. Ik koppelde salsa aan Spanje – niet wetende dat het een Latijns-Amerikaanse dans is – en vroeg een meisje uit het vakantiegroepje om samen op salsa te gaan. Tilly werd mijn eerste danspartner. Ik vond de lessen meteen leuk.”
Vertel.
“Als je ermee bent opgegroeid, weet je van nature wat je moet doen. Maar bij een Hollander als ik moet je toch echt met een goede uitleg komen. De leraar, Morry Krispijn, legde de salsa op een haast mathematische manier uit waardoor ik meteen wist wat ik moest doen. Door het aanraken van een hand of schouder geef je de vrouw een impuls: stap achteruit, draai, stap naar voren. Ik leerde dat salsa draait om actie en reactie én pasjes tellen. Morry’s uitleg made sense. Wel moet je oppassen dat je niet te veel nadenkt, anders ga je houterig dansen. Er moet gevoel in, maar in het begin wil je het vooral goed doen. Gaandeweg ben ik relaxter geworden. Ik dans nu vloeiender.
Beginners, intermediate, advanced, master. Ik heb op alle niveaus gedanst. Er was een tijd dat ik vier dagen per week twee tot drie uur achtereen danste. Tijdens corona daalde die frequentie. Nu dans ik wekelijks één à twee uur. Liefst op salsa romantica, ‘oubollige’ muziek uit de jaren tachtig. Naast mijn danslessen ga ik elke maand minstens één keer naar een salsafeest, van mijn eigen dansschool of bijvoorbeeld van dansschool La Bodeguita. De dj draait tot diep in de nacht. Het grappige is dat er weinig wordt gepraat: je bent aan de lopende band aan het dansen. Om mijn skills te verbeteren bekijk ik salsafilmpjes op youtube. Geregeld zie ik dingen waarvan ik denk: ik ga een workshop doen.”
Een voorbeeld?
“De video met lifts, dips en tricks van instructeur Todd Elkin. Geweldig hoe hij zijn danspartner optilt en om zijn heupen slingert. Dat kunst- en vliegwerk wil ik graag leren. Ik heb dan natuurlijk wel een partner nodig die dat kan.”
Wat ik zie, doet me denken aan de slotscène uit Dirty Dancing.
“Wat je in die film ziet is in principe salsa. Behalve dan wanneer Patrick Swayze zijn partner boven zijn hoofd tilt. Dat is cheerleading.”
Salsa kent diverse stijlen. Wat is jouw stijl?
“Op mijn school dansen we vooral in de stijl van Los Angeles en New York. Die soorten verschillen van elkaar. Salsa draait om timing. De muziek is opgedeeld in blokjes van acht tellen. Je danst niet op elke tel: er zijn ook momenten waarop je stilstaat. Daarnaast heb je ook een break-step. Dat is het moment waarop je lichaamsbeweging van richting van verandert. Bij Los Angeles-salsa doe je dat op de eerste tel van de acht: on 1. Bij New York-salsa is de break-step on 2: op de tweede van de acht.
Verder is de Los Angeles-manier van dansen vrij theatraal en uitbundig, daarentegen is New York-salsa is wat relaxter en ingetogener. Ik ben meer van dat laatste. Toch zou ik wel wat losser en zwieriger willen worden. Vandaar dat ik Cubaanse salsa wil leren. Al heb ik weinig met het machoverhaal erachter. Zo van: alle vrouwen dragen een rok, mannen grijpen graag naar die rok.”
Wat maakt salsa een unieke dans?
“Bachata is momenteel heel populair. Maar het is niet mijn ding: te langzaam. De Angolese dans kizomba bevat elementen van onder meer salsa. Ik heb het wel eens gedaan, maar het pakte me niet echt. Onlangs volgde ik een introductie in Argentijnse tango. Ik had de basispas snel onder de knie, maar hoe moest ik verder? Het ontbrak me aan sturing. Bij sommige dansen, zoals de Weense wals, doe je voor mijn gevoel steeds hetzelfde. Salsa is spannender: je kunt meer variëren én je partner foppen. Salsa is speels.”
Wat levert salsa jou op?
“Een grotere vriendenkring. Maar dat niet alleen. Als advocaat met een drukke praktijk sta je altijd aan. Ik ben altijd klaar om in de auto te stappen voor een piketmelding of om mijn cliënten te adviseren. Sla ik een krant open of kijk ik tv, dan selecteer ik automatisch iets met een juridisch tintje. Het is alsof alles in mijn wereld een juridisch draadje heeft waar iemand zomaar aan kan trekken. Salsa helpt mij de knop om te draaien en mijn hoofd leeg te maken.”
Toon Mandos partner bij Advocatenkantoor A.F. Mandos in Den Haag. Het kantoor werkt in de sociale advocatuur en richt zich voornamelijk op strafrecht en personen- en familierecht. Daarbinnen staat Mandos zowel jeugdigen als volwassenen bij.