In deze rubriek leest u wat advocaten zoal in hun vrije tijd doen. Deze keer: Margriet Koedooder over haar liefde voor ‘sieraden die je nooit afdoet’. “Tattoos zijn ruw en rauw. Dat past bij de muziekindustrie waarin ik werk. Maar dat niet alleen; ruw en rauw past ook bij mij.”
Ze zou binnenkort het zwaard van Vrouwe Justitia op haar arm laten tatoeëren, maar door de coronacrisis wordt dat wat later. “Ik heb al zo’n twaalf tattoos, vooral kleine,” zegt Margriet Koedooder. “Alle tattoos die ik heb, betekenen iets voor me. Ze doen me denken aan een leuk moment of mijn omgeving – mijn familie, dochters, werk. Mijn nieuwste tattoo wordt het eerste plaatje dat is gelinkt aan mijn werk.”
Haar werk als advocaat in de entertainment- en muziekindustrie is dan ook ‘heel bepalend’ in haar leven. “Ik zit ruim 35 jaar in de creatieve hoek en vind het nog steeds heel leuk. Ik heb vroeger in een band gespeeld, maar merkte al snel dat dat niet echt iets voor mij was. Maar juridische dienstverlening aan de muziekindustrie past heel goed bij mij. Ik volg de ontwikkelingen in de muziekindustrie dagelijks en schrijf daar ook over. Zelf houd ik van vrijwel alle muziekstijlen. De laatste jaren luister ik veel naar dance. Uit persoonlijke interesse en omdat ik veel cliënten in die scene heb, ging ik vóór de lockdown vaak naar optredens van dj’s als Armin van Buren, Tiësto en Afrojack. Géén 9-tot-5 baan, maar dat maakt niets uit. Ik heb van mijn hobby mijn werk gemaakt.”
Veel van haar cliënten in de muziekindustrie hebben ook tattoos. “Tattoos zijn ruw en rauw. Dat past bij die industrie. Maar dat niet alleen; ruw en rauw past ook bij mij.” Anders dan veel vrouwen is ze niet zo van de armbanden, kettinkjes en andere sieraden. “Ik houd niet van sieraden die ik eerst af moet doen voordat ik kan douchen. Een tattoo is eigenlijk een sieraad dat je nooit afdoet. Misschien heb ik wel tattoos uit gemakzucht.”
Zoals iemand anders een nieuwe riem of kleding koopt, neemt Koedooder tattoos. En ze is van plan om nog jaren nieuwe tattoos te laten zetten. “Weinig mensen houden het maar bij één tattoo. De drempel van geen naar één tattoo is vrij hoog. Zit die tattoo er eenmaal, dan ben je je lijf al aan het inkleuren en kunnen er makkelijker andere plaatjes bij.”
Wanneer liet u uw eerste tattoo zetten?
“In 1976, op mijn veertiende. Samen met mijn vriend van zeventien ging ik naarTattoo Peter aan de Nieuwebrugsteeg. Peter is een historisch figuur. Veel tatoeëerders hebben het vak bij hem geleerd. Mijn vriend liet op de ene arm een slang zetten en op de andere een draak. Terwijl ik op hem aan het wachten was, besloot ik ook iets kleins te nemen. Het werd een tattoo van drie driehoeken die een cirkel vormen. De tattoo herinnerde me jarenlang aan een spannende dag. De zaak zat op de Wallen, in die tijd een no-go-area. Lekker rauw! Inmiddels woon ik in Amsterdam en heb ik de drie Andreaskruisen op de zijkant van mijn rechterpols laten zetten. Op dezelfde plek, maar dan bij mijn linkerpols, staat Girlzzz.”
Girlzzz?
“In Amsterdam lopen nog zes dames met dezelfde tattoo. Ooit zat ik bij een groot chic kantoor te onderhandelen met mannelijke confrères. Na afloop van de meeting kwam toen een van hen naar me toe en vroeg me wat die tattoo betekende. Ik ontdekte toen dat sommige mannen dachten dat ik met dit plaatje wilde zeggen dat ik lesbisch was. Raar! Allereerst is dat niet zo. Ten tweede had ik daar nooit bij stilgestaan. Girlzzz is gewoon een vriendinnenclub.”
Krijg je vaker opmerkingen over je tattoos?
“Het valt wel mee. Ze vallen niet zo op. Ik heb ze alleen op mijn armen en draag vaak lange mouwen.Hoewel de meeste advocaten traditioneel zijn, kijken ze niet raar op als ze mijn tattoos zien. Ze vinden het wel bij me passen. Na mijn eerste tattoo heb ik heel lang geen tattoos laten zetten. Tattoos werden heel populair bij de massa en ik wil niet bij een trend horen. Pas sinds mijn vijftigste laat ik me regelmatig tatoeëren. Voor mijn vijftigste verjaardag kreeg ik van een vriendin een tattoo van Henk Schiffmacher cadeau. Ik wilde graag iets over mijn eerste tattoo laten zetten. In de loop der jaren was mijn huid veranderd en was de tattoo één grote stip geworden. Ter plekke besloot ik er een bloem overheen te laten zetten. Dat heeft niet goed uitgepakt. Ik vind de tattoo niet mooi. Een ouderwetse stijl, meer iets voor zeemannen. Sindsdien pak ik het heel anders aan.”
Hoe dan?
“Ik bedenk van tevoren goed wat ik wil laten tatoeëren en ga dan naar Akko van The Preacher’s Son in de Utrechtsestraat. In die Amsterdamse shop werkt ook een Peter, die het vak heeft geleerd bij Tattoo Peter. Ik houd van strakke, grafische tattoos. Mijn favoriete tattoo is een heel lange verticale streep op mijn arm. Het is in feite een anti-tattoo, een tekening ‘tegen plaatjes’. Ik heb ook een M in een cirkel op mijn arm. Deze tattoo staat voor mijn twee dochters en mij. Onze namen beginnen allemaal met een M. Mijn ene dochter heet Maija, de andere Micky. De grafische plaatjes onder de cirkel verwijzen naar hun namen: een bijtje en de oren van Mickey Mouse. Op mijn rechterarm heb ik een tattoo van het silhouet van een tijger, mijn Chinese sterrenbeeld.
Toen ik met mijn dochters op vakantie was op een Thais eiland hebben we alle drie een bamboo tattoo laten zetten. De tatoeëerder bond verschillende naalden aan een bamboestok. Vervolgens dipte hij de naalden in een potje inkt waarna hij ze in de huid tikte. Mijn tattoo – de Ha Taew – bestaat uit vijf lijnen met allemaal Thaise tekens. Ze staan voor geluk en voorspoed. Ik ben totaal niet bijgelovig, maar ik vind de vorm gewoon heel mooi. De positieve betekenis is meegenomen. Datzelfde geldt voor het Enso-teken op mijn arm. Dit mooie Japanse teken in de vorm van een cirkel beschermt je tegen alles wat kwaad is.
Tegenwoordig laten veel vrouwen van die vleugeltjes op hun arm zetten, daar begrijp ik niets van. Ik zou ook nooit de naam van mijn partner op mijn arm laten zetten, volgens mij krijg je daar altijd op enig moment spijt van. Ik houd het liever abstract.”
Margriet Koedooder is partner bij De Vos & Partners in Amsterdam. Ze staat cliënten bij die werkzaam zijn in de entertainment-, muziek-, media- en reclamebranche. Ook organisaties en fondsen binnen de culturele sector kloppen bij haar aan.