Voor Els Doornhein is dippen ‘ultiem ontspannen’. Hoe kouder het water is, hoe meer ze voelt dat ze leeft. Ze ging ooit het water in toen in Nederland Code Rode gold en weet nu nog beter waar ze van houdt: “Ik heb een voorkeur voor een wak en sneeuw.”
“Als mijn advocatenpraktijk veel van me vraagt, helpt het om te dippen. Stap ik in het koude water, dan knap ik direct op.” Met ‘koud’ bedoelt Els Doornhein écht koud. Want: “Hoe kouder, hoe beter. Ik dip het liefst in de herfst en winter en heb een voorkeur voor een wak en sneeuw.”
Het dipseizoen, dat ongeveer van eind september tot eind april loopt, is eigenlijk voorbij. Maar dit jaar treft ze het. “Meestal is het water in mei al best warm, maar omdat het lang heeft gevroren is het nog behoorlijk koud. Ik kan dus nog dippen.”
Als het kwik stijgt, gooit ze het over een andere boeg. Doornhein blijft dan langer in het water en stapt dan van dippen over op zwemmen. “Ik houd niet van zwembaden: te druk, chloor. Ik zwem liever in natuurwater. Alleen mijn hoofd boven water, dobberende eendjes om me heen, stilte. Heel mindful.”
Maar hoe leuk ze zwemmen ook vindt, geen enkele zwempartij haalt het bij dip die ze deed toen in Nederland Code Rode gold. “Overal stuifsneeuw, een gierend koude wind. Hoewel het gekkenwerk was, stapte ik met een vriendin in het ijskoude water en bleven we er enkele minuten liggen. Daarna waren we helemaal topfit. Je voelt dan echt dat je leeft. Na afloop renden we naar huis voor een warme douche. Ik houd van het contrast koud-warm. Het geeft mij kracht en focus.”
Hoe lang dip je al?
“Drie jaar. In coronatijd wandelde ik op een dag langs een kanaal. Ik zag een paar dames het water ingaan en appte mijn hardloopvrienden: ‘Laten we dit oppakken.’ Mijn eerste dip was in april. Ik voelde me heel wat, terwijl toen de echte kou nog moest komen. Tijdens corona dipte ik wekelijks drie keer. Ik deed dit om de saaiheid van het leven in coronatijd te lijf te gaan én mezelf uit te dagen.”
Hoe bereidde je de eerste dip voor?
“Ik wist dat ik niet alleen moest dippen en het moest opbouwen. Dat was de start van onze dipgroep, die nu Plons heet. Ken je Sportrusten? Deze organisatie heeft onder meer een dipkaart met namen van mensen die al dippen en waar je contact mee kunt opnemen. Op die manier is onze dipgroep nog meer gegroeid.
Mannen zijn geneigd om er stoer, in één keer, in te springen. Daarmee riskeren ze een hartaanval. Ik haal eerst een paar keer diep adem en ga er dan langzaam tot mijn nek in. Ik voel de kou en, in plaats van me ertegen te verzetten, omarm ik die en blijf ik rustig ademhalen. Ja, het water is koud. Maar als je er eenmaal inzit, word je vanbinnen warm. Er ontstaat een inner glow. Heel tof.”
‘Rustig ademhalen’, best lastig
“Ik heb ooit een ijsbadtraining bij Wim Hof gedaan. Om te leren omgaan met kou lig je dan in een bad met ijsklontjes. Hof heeft een speciale ademhalingstechniek ontwikkeld. Volgens hem kun je meer aan als je heel vaak in- en uitademt. Ik kan me voorstellen dat je dan de kou minder voelt, maar ik ben er niet zo van. Ik geloof meer in het omarmen van de kou en rustig door blijven ademen. Ik ga met kou om zoals ik dat met stress doe. Ook stress omarm ik. Ik maak pas op de plaats, haal diep adem en kijk waar ik mee bezig ben. Die pauzes zijn belangrijk. Als advocaat met een drukke praktijk sta je, voor je het weet, constant ‘aan’.”
Hoe vaak dip je?
“In het seizoen dip ik het liefst twee keer per week, maar in ieder geval elke vrijdagochtend. Rond 7.30 uur spreek ik dan af met mijn dipgroep. Het water in, niet te snel eruit, elkaar een knuffel geven en dan naar huis rennen. Ik combineer dippen met hardlopen, een zogenoemde run-dip-run. Eerst flink wat kilometers hardlopen, dippen, en dan weer naar huis rennen.”
Wat doet dippen met je?
“In het koude water ben ik aan het overleven en kan ik nergens aan denken. Na een dip ben ik ontdaan van stress, superenergiek, enorm gefocust en heel happy; door blootstelling aan kou komen gelukshormonen vrij. Vrijdag is mijn meest productieve werkdag.Ook uit artikelen in de NRC en de Volkskrant blijkt dat dippen heel gezond is. Zo schijn je tijdens het dippen je bloedvaten te trainen, waardoor ze sterker worden. Ik ben nooit ziek – even afkloppen – en voel me altijd fit. Verder heb ik het niet snel meer koud.
Nog zoiets: je gaat de confrontatie met jezelf aan. Iets in je zegt dat je niet in het koude water wil, maar je doet het toch. Door jezelf te overwinnen, voel je je sterker. Ik word het blijst als er sneeuw of ijs is. Zó leuk om met een hamer een wak in het ijs te slaan en er dan in te gaan. Het is goed om dingen te doen die buiten je comfort zone liggen. Met uitdagingen vergroot je je mentale kracht. Ik heb dat diverse keren ervaren, zoals laatst op Ameland.”
Ameland?
“Vorig jaar heb ik daar in december een halve marathon gerend. Daarna ben ik in het donker nog met twee vriendinnen gaan dippen in zee. Omdat het eb was, moesten we lang lopen om bij de zee te komen. Dat was heftig, vanwege de kou, maar we hebben het wél geflikt. Een goed gevoel. Als advocaat verlaat ik ook geregeld mijn comfort zone. Ik treed bijvoorbeeld regelmatig op als juridisch deskundige in live televisieprogramma’s als Kassa en de Vakantieman.’
Dippen is …
“… onderdeel van mijn leven. Mijn dipgroep bestaat uit zeven vrouwen. De een is risk manager, de ander filmregisseur. Een gemêleerde groep. Mede omdat we elkaar zo vaak zien, hebben we een intense vriendschap. We praten niet om het praten, maar gaan de diepte in. Het water is zó echt dat we het vooral over echte dingen hebben.
Dippen is voor mij ultiem ontspannen. Ik kan het elke advocaat aanraden. Met mijn collega-partners Frederique Mackay-Beins en Margriet Koedooder vormde ik afgelopen jaren het dagelijks bestuur van kantoor. Ik heb ze nog niet aan het dippen gekregen, maar we gaan binnenkort bij het bedrijf Freezelab in badkleding samen een vriescabine in. Ik kijk ernaar uit!”
Els Doornhein is partner bij De Vos & Partners Advocaten in Amsterdam. Al 28 jaar richt ze zich op het intellectuele eigendomsrecht, privacy en het goed regelen van commerciële samenwerkingen. Haar cliënten werken op het gebied van mode, design, kunst, reclame en innovatie. Ze staat bekend als echte uitvindersadvocaat. Ook treedt Els geregeld als curator in faillissementen op.