In Mijn eerste pleidooi vertellen advocaten over de allereerste keer dat ze in de rechtbank het woord mochten voeren, een moment dat zij zich vaak nog levendig herinneren. Anouk Rosielle voelde bij haar eerste getuigenverhoor heel even blinde paniek, maar ze kreeg hulp uit onverwachte hoek.
Anouk Rosielle
Partner Dispute Resolution, Arbitration & Litigation bij Dentons
Beëdigingsdatum: 11 december 2007
De zaak
“Mijn eerste getuigenverhoor was meteen een uitzonderlijke aangelegenheid, al wist ik dat toen nog niet. Ik was net begonnen als advocaat, toen mijn patroon mij vroeg mee te werken aan een rogatoire commissie: het horen van getuigen in een buitenlandse procedure. In dit geval ging het om een cliënt die in de Verenigde Staten was betrokken bij een procedure waarin Nederlandse getuigen moesten worden gehoord. De Amerikaanse rechter dient dan een officieel verzoek in bij de Nederlandse rechter om het verhoor hier te faciliteren.
Onze Amerikaanse collega’s hadden onze hulp ingeschakeld bij het begeleiden van dat verzoek. Zij waren immers niet bekend met de gang van zaken in de Nederlandse rechtbank. Als eerstejaars was ik dat zelf ook niet, maar dat hoefden de Amerikanen natuurlijk niet te weten. De rogatoire commissie valt onder het Haags Bewijsverdrag, dat vrij duidelijke regels over het proces bevat. Daarmee kwam ik al een heel eind.
Mijn patroon en ik fungeerden als brug tussen de Amerikanen en de Nederlandse rechtbank. Iedere Amerikaanse vraag besprak ik met de griffie: kan er een stenograaf aanwezig zijn? En een tolk? Kan het worden opgenomen? De rechtbank stelde zich flexibel op. Vrijwel ieder verzoek kon worden ingewilligd, dus de Amerikanen waren tevreden. Mijn rol was puur praktisch van aard. Tijdens de verhoren zouden alleen onze Amerikaanse collega’s aan het woord zijn. Ik hoefde niets te zeggen. Gelukkig maar, want ik had nog nooit een getuigenverhoor meegemaakt – laat staan de Amerikaanse versie daarvan.
Toch schrok ik toen mijn patroon op de ochtend van het eerste verhoor werd weggeroepen voor een andere zaak. Er was geen tijd meer om een collega mee te vragen. “Je redt het wel alleen”, verzekerde mijn patroon me. Daar ging ik dan maar vanuit. Bovendien, we hadden alles geregeld. Wat kon er gebeuren?”
Het verhoor
“Ondanks dat ik niets hoefde te doen, droeg ik tijdens de verhoren een toga. Top, daardoor leek het net alsof ik dit vaker deed. In de rechtszaal wist ik alleen niet waar ik moest gaan zitten. Net op tijd herinnerde ik me een tip die een medewerker mij eens gaf en die ik nu ook vaak meegeef aan stagiaires. Bij binnenkomst vroeg ik: “Ik kom voor verzoeker. Waar wilt u mij hebben?” Het werkte: ik kon zo doorlopen naar de mij aangewezen plek in de zaal. Vanaf nu hoefde ik alleen nog maar te zitten en te luisteren.
Het verhoor begon en onze Amerikaanse collega’s legden de Nederlandse getuigen het vuur na aan de schenen. Ik keek mijn ogen uit. De advocaten van de wederpartij riepen voortdurend “objéction!”, waar de Nederlandse rechter dan weer op reageerde met “óverruled!”. Ik had het gevoel dat ik in een Netflix-serie was beland.”
Your honor…
“Dat ik toch niet de enige was die dit voor het eerst meemaakte, bleek toen de Amerikanen zich halverwege het verhoor tot de rechter wendden. “Your honor, respectfully… U hoeft niet iedere keer ‘overruled’ te zeggen. Het bezwaar van de wederpartij wordt genoteerd in het proces-verbaal. U hoeft niet op ieder bezwaar een beslissing te nemen.” In de zaal werd gegrinnikt, de rechter zelf kon er ook wel om lachen.
Aan het eind van een lange dag verhoren bedankten de Amerikanen de getuigen voor hun medewerking. Er werden over en weer nog wat formaliteiten besproken. Toen keek de rechter plotseling mij aan. “Meester Rosielle, wat wilt u doen met de taxe?” Meteen voelde ik blinde paniek. Taxe? Wat was taxe?! Alle ogen waren nu op mij gericht, maar ik had geen idee wat ik moest zeggen. Er zat ook niemand in de buurt aan wie ik het kon vragen. Nu zou iedereen zien dat ik niet zo door de wol geverfd was als ik had doen voorkomen.
Net toen ik schoorvoetend wilde vragen wat de rechter precies bedoelde, werd ik gered. “Wat bedoelt u met taxe?” hoorde ik de tolk vragen. “Ah”, zei de rechter. “Wat is er met de getuigen afgesproken over hun vergoeding?” Toen durfde ik weer adem te halen. Ik wist ook niet welke afspraken er waren gemaakt, maar nu kon ik tenminste antwoord geven. “Daar komen we later op terug” zei ik. “Prima” antwoordde de rechter. Daarmee was tot mijn grote opluchting de kous af. Pas toen ik buiten de rechtbank stond, zakte de adrenaline een beetje.”
De evaluatie
“Dat een rogatoire commissie niet vaak voorkomt, ontdekte ik pas later. Op het moment zelf realiseerde ik me ook niet hoe zeer het verschilt van een Nederlands getuigenverhoor. Voor mij was immers alles nieuw. Naar aanleiding van onze ervaringen besloten een collega en ik een artikel te schrijven over het horen van Nederlandse getuigen in een buitenlandse procedure. Tot onze verrassing bleek toen: in het land der blinden is eenoog koning. Amerikanen die googelden op getuigen horen in Nederland, stuitten al gauw op ons artikel. Omdat er weinig te vinden was over een rogatoire commissie, leken wij ineens experts. Daar hebben we meerdere zaken aan overgehouden.
Nog steeds schakelen buitenlandse advocaten ons soms in voor de begeleiding van een rogatoire commissie. Inmiddels ben ik dus wel degelijk door de wol geverfd. De stagiaires die meegaan naar zittingen, bereid ik zo goed mogelijk voor op de procedure. De kans bestaat natuurlijk altijd dat zij ook een onverwachte vraag krijgen. Maar wat de taxe is, dát weten ze allemaal.”