Mirte Miltenburg heeft afgelopen week de FRP Scriptieprijs 2020 gewonnen. Haar scriptie over de bescherming van beleggers in groene obligaties gooide de hoogste ogen bij de driekoppige vakjury. “Het complexe en dynamische financieel recht blijkt goed bij me te passen.”
Beeld: namens Sdu reikt Anthon Verweij virtueel de FRP Scriptieprijs uit aan Mirte Miltenburg
Afgelopen najaar studeerde Miltenburg (23) cum laude af. Ze werd beloond met een 9 voor haar scriptie ‘Te groen om waar te zijn? Een analyse van civielrechtelijke gronden voor aansprakelijkstelling van uitgevende instellingen bij groene obligatie-uitgiftes in Nederland en implicaties daarvan voor het financieel toezichtrecht’.
Via LinkedIn kreeg ze de tip haar werk in te sturen voor de scriptieprijs van Sdu’s tijdschrift Financieel Recht in de Praktijk (FRP). En dat loonde. De jury bestaande uit drie vooraanstaande hoogleraren financieel recht was het meest onder de indruk van de scriptie van Miltenburg. Dit vanwege het originele, actuele onderwerp – ‘zeer relevant voor de lezer van FRP’ –, de academische uitwerking en de manier waarop een praktisch probleem op het snijvlak van het civiele en financiële recht is aangestipt. Naast de prijs ter waarde van 500 euro mag Miltenburg een artikel over haar scriptieonderwerp publiceren in FRP.
Miltenburg studeerde de rechten aan de UvA en ook enkele maanden aan de Sorbonne in Parijs. Het afgelopen jaar was hectisch voor haar: naast het schrijven van haar masterscriptie in lockdown-tijd ging ze gedurende een half jaar twee dagen per week aan de slag als werkstudent bij Allen & Overy, het advocatenkantoor waar ze eerder als bachelor-student stage had gelopen.
“Pas tijdens die stage kwam ik in aanraking met het financieel recht,” vertelt Miltenburg de dag nadat ze de FRP Scriptieprijs via Zoom in ontvangst heeft genomen. “Dat bleek zo’n goede match dat ik daarna koos voor de master Commerciële rechtspraktijk, waarvan financieel recht een belangrijk onderdeel is.”
Wat trok je zo aan het financieel recht?
“Dat het op een bepaalde manier heel technisch is. Ik houd er erg van om uit te pluizen hoe complexe constructies in elkaar zitten. Verder zijn er raakvlakken met bijvoorbeeld het goederenrecht, insolventierecht en contractenrecht. Het rechtsgebied is ook voortdurend in ontwikkeling. Alleen al in de afgelopen jaren zijn er tientallen wetswijzigingen doorgevoerd. Het is heel uitdagend om dit goed bij te houden. Verder vind ik de financiële wereld zelf heel interessant; de dynamiek, de snelheid en de grote belangen die op het spel staan.”
Hoe uitdagend was het om een scriptie te schrijven in tijden van corona?
“Dat viel mee. Toen ik de onderzoeksopzet af had, was er nog niets aan de hand. Pas toen ik echt ging schrijven werd de intelligente lockdown afgekondigd. Nu had ik mezelf in een ‘normale wereld’ ook opgesloten om mijn scriptie te schrijven, maar ik miste soms wel het sparren met medestudenten op de universiteit zelf, om te checken of ik op het juiste spoor zat. Gelukkig was de begeleiding heel goed. Daarbij werkte ik twee dagen per week bij Allen & Overy; ook daar kon ik mensen met verstand van zaken om raad vragen.”
Waar gaat je scriptie – in een paar zinnen – over?
“Ik heb me gericht op groene obligaties, waarvan de opbrengst moet worden gebruikt voor ecologisch duurzame doeleinden. In de scriptie stel ik de vraag of het Nederlandse civiele recht wel voldoende bescherming biedt aan beleggers die in groene obligaties willen investeren, bijvoorbeeld voor in het geval dat een project achteraf niet zo ‘groen’ blijkt te zijn als was voorgesteld – het zogenoemde greenwashing. Als je als belegger op deze manier bent misleid, heb je dan mogelijkheden om de betrokken partij aansprakelijk te stellen? Zijn beleggers voldoende beschermd door het civiele recht, en zo niet, zou dit via het financieel toezichtrecht kunnen?”
En welke conclusies kwam je uit?
“Kort gezegd biedt het Nederlandse civiele recht hier weinig realistische beschermingsmogelijkheden voor. Het kan zo zijn dat je groen hebt belegd, netjes de afgesproken rente hebt ontvangen, maar toch vindt dat je schade hebt geleden omdat je groene ambities in rook zijn opgegaan. Dat is echter geen voor vergoeding in aanmerking komende schade. Ik heb uiteengezet waarom het openbreken van het civiele recht op dit punt geen goede optie is. Het financieel toezichtrecht kan op dit moment wellicht betere bescherming bieden, bijvoorbeeld door middel van een goede transparante informatieverplichting voor partijen die obligaties uitgeven, op straffe van bestuurlijke boetes, of de publicatie van sancties – naming and shaming zeg maar –. Dat zijn middelen om greenwashing tegen te gaan en het imago van groen beleggen positief te houden.”
Wat zijn je toekomstplannen na je cum laude afstuderen en deze scriptieprijs?
“Per 1 maart treed ik in dienst als advocaat-stagiaire bij Allen & Overy, het kantoor dat ik dus inmiddels al ken. Toen ik begon met rechten, wist ik nog niet of ik de advocatuur in wilde. Maar tijdens de stage bleek ik het zo ontzettend leuk te vinden dat ik nu zeker weet dat ik dit wil doen. Het werken met mensen die zo zijn gefascineerd door het recht, dat vond ik heel aanstekelijk. Ik denk dat het goed bij me past. En ik wil meer publiceren. Een onderwerp helemaal uitpluizen en me eigen maken, dat wil ik graag blijven doen.”
De FRP Scriptieprijs van Sdu plaatst kwalitatief hoogwaardige masterscripties van talentvolle studenten in de schijnwerpers, zodat deze scripties in de belangstelling komen te staan van zowel een breder publiek als van advocaten financieel recht en juristen bij financiële instellingen.
De jury van de FRP Scriptieprijs bestaat uit, prof. mr. V.P.G. (Victor) de Serière, prof. mr. R.P. (Rogier) Raas en prof. mr. H.M. (Hélène) Vletter-van Dort.
Ook in 2021 kunnen studenten hun masterscriptie indienen en daarmee meedingen voor de FRP-scriptieprijs. Klik hier voor meer informatie.