Een Rotterdamse strafadvocaat is maandag een half jaar geschorst wegens brandstichting in een vakantiehuis in Italië. Een incident dat weliswaar in de privésfeer ligt, maar ook dan geldt voor een advocaat het tuchtrecht, aldus de Raad van Discipline. De advocaat, Derk van den E., werd deze zomer nog aangehouden op verdenking van huiselijk geweld. Hij is in het verleden meermaals veroordeeld voor mishandeling en openbare dronkenschap en werd in november 2014 al eens voorwaardelijk geschorst om zijn gedrag.
Door Joris Rietbroek
In juni 2015 is Van den E. te gast in de Toscaanse vakantiewoning van de klaagster in deze tuchtzaak. Op een nacht worden de eigenaresse en haar partner wakker van een brandlucht. De partner ziet dikke zwarte rookwolken en grote vlammen uit de keuken komen. Hij aarzelt geen moment en weet het vuur te blussen. De politie komt erbij, waarna de vrouw wijst meteen haar gast de advocaat aan als de boosdoener: die had tijdens het etentje die avond namelijk veel gedronken. Het commentaar van de advocaat volgens haar op dat moment: ‘Mag ik soms geen vuurtje maken?’
Na het blussen blijken er zeven stoelen in de open haard te zijn gegooid, waardoor de brand zou zijn ontstaan. Alle flessen met drank in het huis zijn opeens leeg, wat nog niet zo was toen het stel naar bed ging, zeggen de twee. Ook blijken er naast de stoelen meer spullen in het vuur te zijn beland, waaronder een tas met autosleutels, rijbewijs en bankkaarten, een hamer, een theepot, een lamp en een dure bikini. Met de hamer had de advocaat schijnbaar een hoek van de natuurstenen open haard kapot geslagen, evenals meerdere lichtschakelaars.
Ontslag op staande voet
Enkele weken later stuurt de eigenaresse van het huis een mail naar het toenmalige kantoor van Van den E.. ‘Ik maak u er bij deze op attent dat [verweerder], bij u werkzaam, een Ipad van kantoor in mijn huis in Italië heeft achtergelaten na door de politie van zijn bed te zijn gelicht wegens brandstichting in mijn huis, waar hij te gast was. Ik heb aangifte gedaan tegen hem bij de politie wegens moedwillige schade aan mijn huis van meer dan tienduizend euro.’
De gebeurtenis vormt voor werkgever mr. S. ‘de druppel’ en reden om de advocaat op staande voet te ontslaan. Ook informeert de werkgever de deken over ‘de problemen die hij met verweerder heeft ondervonden als gevolg van zijn grensoverschrijdend gedrag binnen en buiten kantoor en zowel privé als in zakelijke context, telkens als gevolg van het (problematische) middelengebruik (alcohol en cocaïne) van verweerder.’
Het gedrag van de advocaat mag dan in de privésfeer liggen en buiten Nederland hebben plaatsgevonden, toch blijft dan ook het advocatentuchtrecht gelden, oordeelt de Raad van Discipline ’s Gravenhage in een uitspraak van 4 september. De raad is ervan overtuigd dat de advocaat de brand – ‘al dan niet moedwillig’ – gesticht heeft en andere vernielingen heeft aangericht, gedragingen die ‘absoluut ongeoorloofd’ zijn. ‘De verweten gedragingen raken aan de integriteit van een advocaat en betreffen aldus de kernwaarden die gelden voor een advocaat,’ aldus de raad. ‘Daar komt bij dat verweerder met zijn gedragingen schade en leed toegebracht heeft aan klagers en dat hij hen in gevaar heeft gebracht.’
Mishandelingen en dronkenschap
Van den E. kreeg in november 2014 al eens een voorwaardelijke schorsing van twee maanden opgelegd, naar aanleiding van meerdere veroordelingen voor mishandeling en openbare dronkenschap. In november 2013 werd hij veroordeeld tot een werkstraf van 80 uur wegens mishandeling van een taxichauffeur. Ook had hij op dat moment cocaïne op zak. Begin augustus dit jaar ontkwam hij nipt aan een spoedschorsing, nadat hij drie weken in voorarrest had gezeten op verdenking van mishandeling van zijn ex-vriendin.
De Raad van Discipline concludeert nu na de uitgebreide schets van de gebeurtenissen in Toscane dat ‘zijn gedrag niet structureel is veranderd, en legt hem een schorsing van 26 weken op.