De directie van navigatietechnologiebedrijf Hitt heeft gereageerd op een brief die de Vereniging van Effectenbezitters (VEB) had gestuurd naar aanleiding van de voorgenomen verkoop van het bedrijf aan het Zweedse Saab. De VEB stuurde de brief omdat de Chinese partij, waarvan de naam nog steeds onbekend is, volgens geen eerlijke kans gekregen bij de biedingsstrijd, ondanks dat die partij meer geld bood.
Uit de reactie van Hitt Holding blijkt dat het bod van de Chinezen volgens hen nooit echt concreet was en dat er vraagtekens waren bij onder meer de financiering en de benodigde interne en externe goedkeuringen van Chinese overheidsinstanties. Om onrust te voorkomen heeft de directie besloten om de aandeelhouders niet te informeren over het bod, omdat zij dit toen nog als ’te prematuur’ beschouwde. In de brief wordt verwezen naar een regeling in de Wet op het financieel toezicht (WFT) die erin voorziet. Omdat het bod van Saab wel concreet was, is besloten om met die partij in zee te gaan. De directie geeft aan dus wel degelijk zorgvuldig te hebben gehandeld.