In jungles wereldwijd woekert een bijzonder organisme, Ophiocordyceps Unilateralis genaamd. Het is een schimmel en loopt al een flink tijdje mee. Het blijkt een zeer succesvolle soort te zijn; er zijn zelfs fossiele sporen gevonden van de schimmel, daterend van 48 miljoen jaar geleden.
Door Juriaan Mensch
De schimmel behaalt zijn succes niet alleen, maar heeft een beetje leverage nodig, en roept daarom de hulp in van een ander organisme, een nuttig hardwerkend diertje: de houtmier. Die scharrelt wat in het gebladerte op de bodem van het regenwoud, op zoek naar voedsel en veiligheid.
Komt een mier in aanraking met de sporen van de schimmel, dan wordt deze langzaam geïnfecteerd en vanaf dat moment begint een wonderlijk proces. Eerst worden de niet-vitale, zachte weefsels van de mier opgevreten, maar uiteindelijk neemt de schimmel ook het zenuwstelsel en de hersenen van het diertje over en ontneemt het alle eigen wil. Het resterende leven staat vanaf nu volledig in dienst van de machinaties van de schimmel.
De mier is een zombiemier geworden.
De geest van de willoze zombiemier wordt nu zo geprogrammeerd dat deze het hogerop zoekt. Het insect verlaat de bodem van de jungle en klimt omhoog in een boom of struik, zoekt de onderkant van een geschikt blad, (gemiddeld zo’n 25 centimeter boven de grond) en bijt zich, voordat voorgoed de geest gegeven wordt, zich met abnormale kracht vast in de centrale bladnerf. Deze gunstige positie, hoog boven de andere mieren, is de laatste rustplaats van het dier. Het gaat hier nooit meer weg.
Enkele dagen later groeit een uitstulping uit het hoofd van de zombiemier, van waaruit nieuwe sporen gesproeid worden op de nog gezonde soortgenoten onderaan de boom. Deze worden, eenmaal geïnfecteerd met de dodelijke informatie van bovenaf, gerekruteerd voor hetzelfde doel: het systeem in stand houden.
Het businessmodel van de schimmel staat al 48 miljoen jaar als een huis. Niks meer aan doen.
Feedback loop
In iedere biotoop of organisatie komen natuurlijke feedback loops als deze voor. In de journalistiek bijvoorbeeld. Hang lang genoeg rond in een klein wereldje, teken de verhalen op, publiceer voor dezelfde lezers, interview deze vervolgens weer en je krijgt dezelfde verhalen terug, soms wat anders verpakt dan het origineel, maar toch – een feedback loop.
Wat succesvolle feedbackloops in de Nederlandse advocatuur betreft, nergens wordt zo veel over innovatie gesproken, maar lijkt werkelijke verandering zich zo traag te voltrekken. De druk om zich naar goed evolutionair gebruik aan te passen aan de buitenwereld lijkt daarvoor niet groot genoeg.
De sector is kennelijk nog redelijk resistent voor de Visionaris Susskind Unilaterialis schimmelvariant. Voor ‘Ophiocordyceps’ lijkt innoveren dan ook niet nodig. Zolang er nog genoeg houtmieren rondscharrelen op de bodem van het woud en zich laten hersenspoelen door de gedownloade informatie van bovenaf, is het business as usual.
Alleen wordt het op de bodem van het woud wel steeds drukker. Er komen opeens Amerikaanse mieren bij. Er zijn minder bevattelijke nichemieren die hun eigen gang gaan. En weer andere, genetwerkte varianten. Die laatste zijn niet echt kolonies, en ze doen het ook prima zonder koningin.
Bij evolutie geldt: wie zich niet aanpast, sterft uit. Of is op de bodem van het woud toch plek voor iedereen, en kan de Wet van de Jungle naar de prullenmand?
Reageren? Ga naar Dutch Lawyers Op LinkedIn
Advocatie is sinds twee weken met iets nieuws begonnen: een wekelijkse commentaar. Deze week is het de beurt aan Juriaan Mensch (1973). Mensch loopt al een tijdje in de wereld van het juridische rond, maar altijd als outsider. Eerst werkte hij vijf jaar als accidental netwerkbeheerder bij Zuidaskantoor Boekel De Nerée advocaten en notarissen. Eenmaal de onbedoelde carrière in de IT ontgroeid, zette hij de eerste schreden op het glibberige pad der journalistiek. Na de studie schurkte hij opnieuw tegen de ongrijpbare wereld van de advocatuur aan op de redactie van Advocatie.nl. Sinds 2010 is hij freelance journalist voor onder andere Advocatie en het Advocatenblad. Verder is hij actief als copywriter. In zijn vrije tijd werkt hij aan een boek over culture wars – botsende wereldbeelden in samenlevingen wereldwijd. Daarnaast is hij sinds 2009 Zen student. Interesse voor de innerlijke mens en hoe die zich ontwikkelt, vormt de rode draad in zijn werk.