Technologie verbroedert. Helemaal als er een gezamenlijke vijand gevonden wordt die het aandurft zand in de machinerie van het vooruitgangsdenken te strooien. Die vijand was vorige week Luddite Georg van Daal. De Twittersekte binnen de vaderlandsche advocatuur schoot vanuit de heup toen hij zich hier kritisch uitliet over digitalisering en de bebaarde hipsters die het techno-evangelie verkondigen.
Door Juriaan Mensch
De horde bewees in elk geval de juistheid van Van Daal’s opmerking over kuddegedrag: ‘Laten we #DigiDaal trending maken,’ aldus een tweetende gruppenführer. De spottende hashtag leverde inderdaad even een trending topic op.
Van Daal kreeg echter weinig dankbaarheid voor het feit dat hij de sekteleden de mogelijkheid gaf om zich als vooruitstrevend te kunnen onderscheiden van hun digibete confrères, en wat van dat schaarse goed – aandacht – te kunnen ontginnen uit de levens van hun volgertjes.
Ik tweet, dus ik ben?
Van Daal zit niet op Twitter en een discussie bleef dus uit, maar niemand ondernam ook maar een poging tot inhoudelijke kritiek op zijn stuk. Iemand pende nog wel wat clickbait. De sekteleden bewezen zo weer een punt dat Van Daal maakte: gebrek aan diepgang. Jammer, want hij haalt denkers als Morozov en Keen aan die echt wat te vertellen hebben. Zelf wil ik nog Douglas Rushkoff, Jaron Lanier en Nicholas Carr aan dat rijtje toevoegen, mochten de meelopers (you know who you are) de vraag willen onderzoeken of het gebruik van technologie meer dan alleen positieve gevolgen heeft.
Een zo’n gevolg lijkt, getuige de overspannen reactie, dat door gebruik en de identificatie met de technologie, het sluipenderwijs onderdeel wordt van het zelfbeeld. Wat visionairs voorspellen – we versmelten fysiek met technologie – lijkt psychologisch al een feit. Kritiek op technologie staat blijkbaar gelijk aan een argumentum ad hominem. De twitterhorde voelde zich dieper in hun zieltjes geraakt door de kalende man met ganzenveer dan ze waarschijnlijk durven toegeven.
Ik vind dat Van Daal doorschiet, maar snap dat een column niet altijd de plek voor nuance is. Zelf ben ik op vele vlakken een techno-optimist. Ik vind het mooi om te zien, als wat oud en al kapot is sneller de wereld uit geholpen wordt door innovatieve denkers als die echt met iets beters komen.
Maar deze richtingenstrijd, die al jaren woedt in de advocatuur, zal nog wel even doorgaan vermoed ik. Naast de cloud en social media is er nieuwe technologie in opkomst die het vak van advocaat aardig kan gaan opschudden. Voor het Advocatenblad heb ik net een artikel geschreven over blockchain, cryptocurrency, smart contracts en distributed autonomous organizations. Ik ben hier ontzettend enthousiast over. Er ontstaan geweldige mogelijkheden voor juridische professionals, en het zal denk ik grote impact gaan hebben op de maatschappij en de rechtspraktijk. Maar ook dit brengt weer vele potentiele gevaren met zich mee, en zeker ongemak voor wie zich moet aanpassen.
Het is aan ons zelf om een gezonde relatie te vinden met technologie. Ik ben voor een kritische houding bij het uitvinden en gebruik ervan. We weten dat de interactie met onze apps en apparaten onze hersenen, bewustzijn en cultuur vormt. We zijn op een punt beland waar we onze evolutie als mensheid grotendeels in eigen handen hebben. Blind geloof in vooruitgang door technologie en de boel op zijn beloop laten, is niet verstandig denk ik. Terugverlangen naar hoe het ooit was is ook geen optie.
Van Daal raakte in elk geval een gevoelige snaar, en ik zou graag meer willen weten over wat erachter zit. Ik zie dat de @bebaardehipster op van zijn kantoor Legal Tech Meetups organiseert. Misschien een idee om de Luddites en de sekteleden daar eens uit te nodigen voor een discussie over de spanning die steeds ontstaat als technologie en de veranderingsschuwe advocatuur elkaar ontmoeten.
Hier alvast een voorstel voor een stelling: ‘Technologie maakt Advocaten Dommer.’ Ik stem voor, en voel me in mijn mening gesteund door de Twittermeute.
Reageren? Ga naar Dutch Lawyers op LinkedIn