In de Financial Times stond een aantal maanden geleden een zeer uitgebreid en prachtig portret van Josep Guardiola. De voormalig trainer van FC Barcelona leidde het team tussen 2008 en 2012 naar veertien prijzen, van de negentien waar het onder zijn hoede aan meedeed. Daarnaast bracht hij de voetbalwereld in vervoering door het geweldige voetbal dat ze speelden. Voetbal zoals voetbal bedoeld is, volgens de kenners.
Door Max Wohlgemuth Kitslaar
Tussen het bedrijfsleven en topsport zijn prachtige parallellen te trekken. En voetbal is daar bij uitstek geschikt voor. Waarschijnlijk onder andere omdat iedereen weet hoe het spelletje werkt, maar zeker ook omdat de media – met name de Krant van Wakker Nederland – in geuren en kleuren te allen tijde de laatste platte nieuwtjes de wereld in slingeren. Of deze nieuwtjes nou waar zijn of niet, ze zorgen er in ieder geval voor dat buitenstaanders gemakkelijk analyses kunnen maken.
Guardiola dus. De artiest Guardiola. De artiest die zich naast het voetbal begeeft onder filmregisseurs en kunstenaars. Eerder besprak ik op deze plek Daniel Pink’s Right-brainers will rule the future. Guardiola moet dat boek ook gelezen hebben. Hij laat zich in ieder geval dagelijks inspireren door creatieve vrienden en prikkels uit andere werelden dan het voetbal. Prikkels die hij vervolgens vertaalt naar het voetbal en gebruikt om zijn team beter te maken. Het heeft hem bepaald geen windeieren gelegd.
Na vier jaar aan de Spaanse kust gaat hij vanaf september aan de slag bij Bayern München. Ondanks dat hij daar ongetwijfeld vorstelijk gaat verdienen, heeft hij niet per se gekozen voor het grote geld van clubs zoals Chelsea, Manchester City of Paris Saint Germain, die worden geregeerd door olie- en gasdollars uit het Midden-Oosten en Rusland, en gebukt gaan onder enorme schulden.
Bayern München heeft als een van de weinige clubs in de wereld de financiële huishouding volledig op orde en is schuldenvrij. Een van de belangrijkste redenen hiervoor is het laten doorstromen van eigen jeugd naar het eerste elftal in plaats van het doen van miljoenenaankopen. Daar is het al decennialang buitengewoon succesvol mee. Rekordmeister van de Bundesliga. Eigen jeugd opleiden is een concept waar Guardiola bekend mee is: in “zijn” Barcelona stonden geregeld acht spelers uit de eigen jeugd in de basis. En die eigen kweek heeft de bij elkaar gekochte sterren van Real Madrid vier jaar lang alle hoeken van het veld laten zien.
Guardiola kreeg een prachtig afscheid na zijn laatste wedstrijd in Barcelona. Niet alleen een volgepropt Camp Nou klapte vol bewondering zijn handen stuk, de hele voetbalwereld sprak en spreekt nog steeds vol respect over de prestaties van Josep Guardiola en zijn FCB. Dat moet toch de droom zijn van iedere trainer. (En partner van iedere maatschap.)
De parallellen tussen het voetbal van Guardiola en de advocatuur liggen voor de hand:
– Hard werken: om mooie zaken (wedstrijden) te winnen;
– Samen werken: samenspelen met het team. Met alleen een keeper zonder aanvallers lukt het echt niet om alle stukken op te leveren;
– Creativiteit: een team dat buiten de hokjes denkt is altijd slimmer dan de tegenstander. En daar gaat het om in court;
– Vertrouwen: als Messi ze niet maakt, dan is er altijd een ander die een heldenrol opeist om de zaak te winnen;
– Met de boekhouding op orde. Punt.
Eigenlijk is advocatuur net voetbal. Guardiola snapt hoe het werkt. Misschien schuilt er ook wel een briljante advocaat in hem.