DLA Piper is het jongste internationale advocatenkantoor dat zich gretig op de cannabismarkt stort. Het kantoor heeft een wereldwijde ‘cannabispraktijk’ op touw gezet, bestaande uit zeventig advocaten werkzaam in vijftien landen, meldt DLA Piper op de eigen website.
Het cannabisteam valt onder de internationale Life Sciences-praktijk en wordt geleid vanuit Toronto en Londen. De advocaten binnen het team zijn onder meer actief op het gebied van ondernemingsrecht, vastgoed, intellectueel eigendom en technologie en adviseren onder anderen farmaceuten, investeerders en startups. Vanuit de Amsterdamse vestiging zijn drie advocaten bij het team betrokken, onder wie partners Paul Reeskamp en Johan Renes.
Het kantoor zet deze stap nu het (medicinale) gebruik van cannabis in steeds meer jurisdicties legaal is, waaronder in Canada en een nog altijd groeiend aantal Amerikaanse staten. Bovendien begeleidde het kantoor recentelijk meerdere M&A-deals in de sector, met een gezamenlijke waarde van acht miljard dollar. Daarnaast adviseert het kantoor omtrent cannabisregelgeving, aan zowel investeerders als startups.
De wereldwijde – medicinale – cannabismarkt zal in 2024 tussen de 44 en 62 miljard dollar waard zijn, zo citeert DLA Piper uit een marktonderzoek. Reden genoeg dus om aan boord van de rijdende trein te springen, waarbij het kantoor zich vooral richt op wat ietwat eufemistisch de ‘medicinal products market’ mag heten.
“We kunnen de omvang, de groei en het bijkomende belang van de wereldwijde cannabismarkt niet langer negeren,” aldus hoofd Life Sciences Marco de Morpurgo. “De geneeskundige effecten van cannabis raken steeds breder geaccepteerd, dankzij veelvuldig wetenschappelijk onderzoek.”
Allen & Overy presenteerde zich vorig jaar als het eerste internationale kantoor met een cannabispraktijk, en stelt dat de totale wereldwijde cannabismarkt – dus niet enkel voor medicinaal gebruik – zeker 150 miljard dollar waard moet zijn.