Google heeft de beste juridische afdeling van 2011, aldus Corporate Counsel. Het bedrijf is ‘cutting edge’, nee, zelfs ‘bleeding-edge’. “Google wint niet alle grote rechtszaken en het staat voor veel uitdagingen, maar of het nou wint of verliest, rechtszaken met Google zorgen regelmatig voor wetgeving,” stelt het blad.
De bedrijfsjuristen van Google zijn er trots op deel uit te maken van een team dat oude, maar ook nieuwe controverses test. Over veel van de juridische onderwerpen waar Google mee te maken krijgt, worden voor het eerst rechterlijke uitspraken gedaan. Het bedrijf is ‘cutting-edge’, een pionier. Een van de bedrijfsjuristen noemt het liever ‘bleeding-edge’.
Google zoekt de grenzen op van wetten die eigenlijk altijd achter nieuwe technologie aanlopen. Zowel Google’s in-house advocaten als rechtbanken worstelen regelmatig met de juridische consequenties van nieuwe ontwikkelingen. Google wint niet alle grote rechtszaken en het staat voor veel uitdagingen, maar of het nou wint of verliest, rechtszaken met Google zorgen regelmatig voor wetgeving.
Omdat het bedrijf nog maar een jaar of twaalf bestaat, zijn de bedrijfsjuristen niet gebonden aan traditie. Ze proberen dan ook een eigen aanpak te creëren, vertelt General Counsel Kent Walker. Zelfs de architectuur van het kantoor van Google speelt een rol. Sinds de renovatie is er op Google’s legal department een ‘open stijl’ in hiërarchie en architectuur. “Geen open deurbeleid, maar een geen deurbeleid.” Beslissingen worden gemaakt op basis van consensus, aangewakkerd door de uitnodigende ruimtes waar juristen elkaar kunnen treffen, inclusief een bibliotheek met een virtuele openhaard.
Te koop voor 1 miljoen
Het begon allemaal bij Stanford University, waar Larry Page en Sergey Brin probeerden een goede zoekmachine te bouwen in het kader van hun Ph.D. In 1999 probeerden ze hun concept te verkopen voor 1 miljoen dollar, maar dat bleek te veel. Een paar maanden later haalden ze 25 miljoen dollar binnen van investeerders, en konden ze flink aan de slag.
Miriam Rivera herinnert zich nog goed hoe het begon. In 2001 was ze de tweede jurist die door Google werd aangenomen. Het bedrijf groeide snel: er waren 160 werknemers toen ze werd aangenomen. Tegen de tijd dat ze het bedrijf verliet – in 2006 – werkten er 10.000 werknemers. Nu is dat 25.000 met 214 bedrijfsjuristen wereldwijd.
Elke dag weer waren er nieuwe deals, vertelt Rivera. De kleine groep juristen probeerden ze in zeven dagen rond te krijgen, maar dat was niet snel genoeg. Om nog sneller te kunnen werken, werden de compliance-regels gestandaardiseerd, en werd er flink op het gas getrapt om advertentiedeals in drie dagen te kunnen verwerken. Uiteindelijk moesten er natuurlijk meer mensen aangenomen worden.
Wederzijds proces
Google is niet meer zo flexibel als voorheen. Zat Chris Chin, die als vijfde jurist werd aangenomen, eerst nog naast het kantoor van de CEO en CFO, nu heeft de CFO zijn eigen gebouw. “Het is zelfs moeilijk om de hele legal department te leren kennen.” Wat echter niet veranderd is, is de houding van de top tegenover de juristen. Ze waarderen de bijdragen van juristen. “Het was veel meer een wederzijds proces dan bij de andere bedrijven waar ik gewerkt heb,” zegt Chin.
Googlers, zoals ze zich noemen, zijn soms nog verrast over het enorme succes van Google. De meesten zien zichzelf nog als werknemer bij een startend bedrijf. “Als er een David en Goliath-verhaal geschreven wordt over Google, is het nog steeds een verrassing dat we niet de David zijn in het verhaal,” zegt Dana Wagner, hoofd van het competition team voor antitrust zaken.
Doel van de juridische afdeling is altijd om de storm te beheersen en om beslissingen te vermijden die productdesign beperken. “We begrijpen de zorgen wel, we zorgen voor opschudding,” zegt Wagner. Maar hij bedoelt het positief. “Google zorgt voor opschudding zoals de verbrandingsmotor dat deed voor het paard en wagen.” Het resultaat was misschien nadelig voor paard en wagen, maar het bracht de maatschappij een stap verder. Critici kunnen dat een egoïstische kijk vinden, maar de Googlers blijven erbij dat ze streven naar het beste voor de gebruiker. Het legal team ontmoedigt cliënten dan ook niet om een juridische strijd aan te gaan. Zelf schuwen ze daar ook niet voor.
Copyrightkwesties
Een treffend voorbeeld is het Book Search-project. Ze dachten niet dat het makkelijk zou worden. Het inscannen van boeken zou hoe dan ook zorgen voor copyrightkwesties. De enige manier om erachter te komen hoe ver ze konden gaan, was om ermee door te gaan. Het was een ambitieus project, waarvoor uiteindelijk een schikking werd getroffen. Een schikking waar jaren aan gewerkt was, en die even later weer werd vernietigd door een rechter die vond dat een dergelijk grote controle over boeken niet thuishoorde in de rechtszaal, maar bij de wetgever.
Een andere tegenvaller die de juristen moeten erkennen is de zaak rondom Buzz, een social network tool waarmee je op de hoogte gehouden werd van alle activiteiten van je contacten. Google had de nieuwe tool onvoldoende openbaar gemaakt en geen opties geboden voor gebruikers om de instellingen te veranderen. Sindsdien moet er een begrijpelijk privacyprogramma zijn en moeten er de komende twintig jaar elke twee jaar externe audits plaatsvinden.
Om dergelijke problemen te voorkomen heeft Google ongeveer 25 juristen in dienst die bij nieuwe projecten de juridische elementen meteen in het product ‘bakken’. Het idee is om juristen en productdesigners met elkaar te laten communiceren en een goede band op te bouwen. Als de designers ontdekken dat de bedrijfsjuristen er zijn om bij te dragen aan de productontwikkeling in plaats van het te vertragen, kunnen ze de problemen samen in een vroeg stadium inschatten en voorkomen.
Het juiste doen
Dat de juristen hun verlies zo eerlijk en open toegeven, vindt Corporate Counsel bewonderenswaardig. Maar Google wint vaker dan het verliest. De grootste overwinning was die op Viacom, in juni vorig jaar. De rechter besloot dat, ondanks de claim van 1 miljard dollar voor inbreuk van YouTube (onderdeel van Google, red.) op het copyright van meer dan 100.000 filmpjes van Viacom, de video-sharingsite niet verplicht was het videomateriaal te verwijderen tot het moment dat het een ’take down notice’ krijgt. Toen ze die kregen van Viacom heeft YouTube de filmpjes direct verwijderd.
Executive director van Electronic Frontier Foundation Shari Steele, die vaak met Google gewerkt heeft, zegt over de bedrijfsjuristen van Google: “Als ze een product kunnen maken dat rekening houdt met de rechten van mensen, dan willen ze dat doen. Het probleem is alleen dat ze een businessmodel hebben dat conflicteert met het recht op privacy van gebruikers. Ze moeten informatie verzamelen over mensen om advertenties te verkopen. Maar als je kijkt naar wat Google allemaal doet en naar de mensen van de juridische afdeling, willen ze het juiste doen.”