Eind 2004 werd de Code Tabaksblat, een gedragscode voor beursgenoteerde ondernemingen, van kracht. Niet iedereen was even gelukkig met de Code. Op de uitvoering van de Code werd met name scherpe kritiek geleverd door de grootste Nederlandse vakbond, het FNV. In 2006 noemde deze bond de code zelfs een “paard van Troje, dat de verkeerde kant op werkt”.
Vooral de openbaarmaking van inkomens en andere beloningselementen maakt het voor topmanagers – door de toegenomen transparantie – makkelijker in plaats van moeilijker (zoals de bedoeling was) om hogere beloningen te eisen: ze weten immers precies wat hun collega’s verdienen, en willen hierbij niet achterblijven. Het FNV betreurt dan ook dat geen normen zijn opgenomen die verwijzen naar maatschappelijke aanvaardbaarheid van topbeloningen.
Inmiddels bestaat er in brede kring nogal wat verzet tegen de hoge beloningen, met name in die situaties dat de onderneming matig of zelfs slecht presteert. President Obama is ten aanzien van ondernemingen die door de Amerikaanse overheid gered (moeten) worden, uiterst kritisch ten aanzien van hoge beloningen. Ook trekken de hoge beloningen in de semi-publieke sector de laatste tijd nogal de aandacht in de media. De Balkenende-norm lijkt voor die sector niet op te gaan. Het begrip trendvolger is in dit opzicht wat versleten, en zeker niet letterlijk te nemen.
Door een commissie onder voorzitterschap van prof. dr. J. Frijns is een aanscherping van de Code tot stand gebracht, die overigens nog geaccepteerd moet worden door het kabinet. De ondertitel van de Code, aanzet tot gedragsverandering, geeft duidelijk aan dat de Code een typisch Europees instrument is. In tegenstelling tot Amerikanen geloven Europeanen er in dat het mogelijk is gedragsverandering te bewerkstelligen met een Code, aldus Frijns.
Ondernemingen, beleggers en zelfs delen van de vakbeweging vinden dat de Code een nuttig instrument is van zelfregulering. Het verzoek om aanpassing van de Code kwam overigens niet van de politiek maar van de achterliggende partijen: VNO-NCW, NCD, VEUO, VEB, Eumedion, NYSEEuronext Amsterdam, FNV en CNV.
Voordelen Code
Een Code heeft een tweetal voordelen boven wetgeving: in een Code kan men aanmerkelijk verder gaan dan in wetgeving, omdat deze meer ruimte geeft er gemotiveerd van af te wijken. De Code geeft meer ruimte om best practices te definiëren, ook al is tevoren bekend dat ze niet op alle ondernemingen van toepassing zijn. Een code is flexibeler, veel sneller aan veranderingen in de samenleving te passen dan wetgeving.
Overigens is de naleving van de Code Tabaksblat heel hoog, de toepassing (pas toe of leg uit) echter wat lager, maar dat is ook begrijpelijk, omdat niet alle Nederlandse beursgenoteerde bedrijven gelijk zijn.
De Code is onderdeel van het corporate governance bouwwerk: nationale en internationale wetgeving, jurisprudentie en marktontwikkelingen. Opdracht aan de Commissie Frijns was na te gaan of de Code daarin nog paste. De Code is de resultante van het onderhandelingsproces. Het governance model wordt bepaald door de machtsverhouding van de stakeholders in het onderhandelingsproces (aandeelhouders sterk dan aandeelhoudersmodel, vakbeweging sterk dan ondernemingsraadmodel).
De uitgangspunten van de nieuwe Code zijn ongewijzigd gebleven:
Wat zegt de nieuwe Code over beloningen van bestuurders?
De Commissie Frijns heeft geloof in de Code, en meent dat de Code heeft zich bewezen als waardevol instrument van zelfregulering. Ten aanzien van Commissarissen stelt de Commissie dat die zich meer moeten opstellen als hoeder van de Code, vooral op het gebied van beloningen. Op dat punt hebben Commissarissen het de afgelopen jaren nogal laten afweten.
De komende tijd zal uitwijzen in hoeverre de beoogde aanzet tot gedragsverandering werkelijkheid zal worden. De echte test zal echter pas zijn wanneer de economie weer aantrekt.
Han Kooy, voorzitter van het Nederlands Genootschap van Bedrijfsjuristen