Gesprekken over ethische dilemma’s zijn altijd erg leuk met bedrijfsjuristen. Laatst sprak ik voor een groep van bedrijfsjuristen uit de technische branche en, zoals wel vaker gebeurt, viel me ook daar op dat de meningen aardig verdeeld zijn als het over de dilemma’s gaat waar een bedrijfsjurist voor kan komen te staan. De meeste zijn het er wel over eens dat de taak van de bedrijfsjurist verder gaat dan te zorgen dat zijn bedrijf zich aan de wet houdt.
De vraag is wel waar de bedrijfsjurist de grens moet trekken. Het zal logisch zijn dat als bijvoorbeeld een verkoper cadeautjes uit blijft delen om orders binnen te halen, tegen de instructie van de directie in, de bedrijfsjurist weinig ethische dilemma’s zal ondervinden. Maar wat als de directie hiermee door blijft gaan? Een directeur die een relatie uitnodigt in de skybox van het bedrijf? Moet kunnen. Nog even een drankje in de stad daarna? Moet ook kunnen. Maar waar ligt de grens dan wel? Snoepreisjes?
Illegaal is het niet, maar er zijn grenzen. Grote multinationals hebben duidelijke codes over ethische kwesties, en als er een regel is dan is er geen moreel dilemma meer. Bij Shell hoef je als leverancier echt geen cadeautjes te sturen, want die krijg je per kerende post teruggestuurd. Niet alle bedrijven hebben dat, en bovendien kun je nu eenmaal niet alles regelen. Integriteit laat zich slecht in regels vangen, het is meer een cultuur. Een cultuur die ook de bedrijfsjurist moet bewaken.
Casus
We hebben tijdens een seminar wel eens de volgende (toegegeven) simpele casus besproken: Stel je bent bedrijfsjurist en directiesecretaris bij een middelgrote handelsonderneming die zaken doet over de hele wereld. Je rapporteert aan de CEO, een Amerikaanse ex football speler met een sterke persoonlijkheid die erg goed zaken kan doen, maar minder goed is in luisteren. Het bedrijf en de Raad van Commissarissen zijn blij met hem, want de zaken gaan goed. Op een dag krijgt de bedrijfsjurist van medewerkers te horen dat de arbeidsomstandigheden in de fabriek in India naar Nederlandse maatstaven bedroevend zijn, maar volgens de lokale wetten niet illegaal. Wat doe je?
De groep waarmee we deze casus bespraken reageerde sterk verschillend. Sommigen zeiden dat als het naar lokaal recht niet illegaal was, er ook geen probleem was omdat plaatselijk recht van toepassing is. Geen ethisch dilemma. Anderen meenden dat je naar de CEO moest gaan om hem te informeren. Als hij er dan niets mee doet, dan is dat de keuze van de directie en is het ook einde dilemma. Weer anderen zeiden dat ze eerst zelf zouden uitzoeken hoe erg die omstandigheden zijn, en als die moreel niet door de beugel kunnen, en de CEO wil niet luisteren, dat ze dan zonder problemen naar de Raad van Commissarissen zouden lopen om het te melden. Deze laatste groep was zelfs bereid op te stappen als er niets mee gedaan zou worden.
Rekbaar
Het verschilt blijkbaar nogal. Ethiek en integriteit zijn rekbare begrippen en cultureel bepaald. Het blijft lastig. En als bedrijfsjuristen hiermee zitten, waar kunnen ze dan met hun probleem terecht? In grote bedrijven zijn klokkenluiderregelingen, maar ik ken weinig bedrijfsjuristen die daar gebruik van zouden maken, ook al hebben ze vaak meegewerkt aan het tot stand komen van de regeling.
De bedrijfsjurist en zeker een directiesecretaris moet het hebben van het vertrouwen dat de directie in hem of haar stelt. Dat zet je niet zo maar op het spel. Misschien zou een bedrijfsjurist met zijn dilemma met een vertrouwenspersoon buiten zijn bedrijf moeten kunnen praten. Wellicht iets voor het NGB?
Ruud Harinck, Managing Partner Voxius, harinck@voxius.nl