De Brauw Blackstone Westbroek meldde eind vorige week in een persbericht dat het weer een vestiging opent in Brussel. Weer, want van 1973 tot 2002 zat het kantoor al in Brussel. Dat roept vooral de vraag op waarom het kantoor in 2002 vertrok, en waarom de omstandigheden nu zodanig zijn veranderd dat heropening in de rede ligt. Resident partner Douwe Groenevelt, hij gaat de vestiging in Brussel leiden, legt uit.
De Brauw Blackstone Westbroek zat vanaf 1973 met een aantal andere Europese kantoren, waaronder vaste samenwerkingspartner Uría Menéndez, in Brussel. Het samenwerkingsverband ging door het leven als Alliance of European Lawyers. Men deed veel samen, waaronder de branding van het kantoor.
Later kwam daar Linklaters bij. Er circuleerden ook fusieplannen tussen de verschillende kantoren, maar die plannen liepen in 2001 op de klippen. Daarmee sneuvelde uiteindelijk ook het samenwerkingsverband in Brussel.
Daar kwam iets anders bij, zegt Groenevelt. “In die jaren werd de Nederlandse Mededingingsautoriteit opgericht, en de verwachting was dat vanuit de decentraliseringgedachte de bulk van het mededingingsrechtelijke werk via die nationale instantie zou gaan lopen. De Europese Commissiepraktijk zou, zo was de verwachting, afnemen.”
Dat laatste bleek niet te kloppen. “Dat werk is juist toegenomen, vooral de laatste jaren. Cliënten worden steeds groter door onder andere consolidatie, en daarmee wordt ook de bemoeienis van de Europese Commissie groter. Ook is de Commissie zich veel actiever dan verwacht gaan bezighouden met de opsporing van internationale kartels. Het is dan goed om een vooruitgeschoven post in Brussel te hebben.”
Daarbij gaat het niet eens zozeer om het inhoudelijke werk, dat kunnen we vanuit Amsterdam ook prima, zegt Groenevelt. “Het gaat veel meer om het leggen van persoonlijke contacten in Brussel: het onderhouden van ons netwerk.”
De constructie is niet dezelfde als bij de eerder genoemde Alliance of European Lawyers, benadrukt Groenevelt. De Brauw deelt het Brusselse kantoor met Best Friends Bonelli Erede Pappalardo (Italië), Bredin Prat (Frankrijk), Hengeler Mueller (Duitsland), Slaughter and May (VK) en Uría Menéndez (Spanje en Zuid-Amerika), maar deze kantoren werken allemaal voor eigen rekening, en er zijn minder gezamenlijke marketinginspanningen. Wel zullen de kantoren “nauw samenwerken, bijvoorbeeld op het gebied van know-how.”
De Brauw gaat drie advocaten stationeren in Brussel, en er zullen ook advocaat-stagiaires, student-stagiaires en een office manager werkzaam zijn. De Brusselaars blijven gewoon deel uitmaken van de sectie Competition & Regulation van De Brauw, bestaande uit ongeveer dertig advocaten en circa tien studerende medewerkers, professional support lawyers en student-stagiaires.