Verjaringsregels zijn op bijna alle rechtsvorderingen van toepassing. Deze cursus is dan ook relevant voor nagenoeg alle civiele rechtsgebieden. De wet kent verschillende verjaringstermijnen, wanneer geldt nu welke verjaringstermijn? Wat zijn de hoofdregels en wat zijn de uitzonderingen? In deze cursus worden de belangrijkste verjaringstermijnen besproken.
Ook wordt ingegaan op de verkrijgende verjaring. Na verloop van tijd kan een derde eigenaar worden door verjaring. Dit kan zowel te goeder trouw als te kwader trouw en ook opvolgend in algemene of bijzondere titel.
Tevens worden enkele dwingendrechtelijke bepalingen omtrent verjaring behandeld. Een verjaring die loopt, kan gestuit worden. Hiervoor gelden enkele formele regels die in deze cursus aan de orde komen.
Vervaltermijnen lijken op verjaringstermijnen, maar er zijn enkele relevante verschillen. Beide typen termijnen hebben gemeen dat ze ook contractueel bedongen kunnen worden. De samenloop van wettelijke en contractuele verjarings- en vervaltermijnen wekt veelvuldig verwarring. In deze cursus wordt ingegaan op bovengenoemde materie. Tevens wordt ingegaan op de klachtplicht van art. 6:89 en 7:23. De scherpste randen zijn ervan afgehaald, maar de klachtplicht is nog immer actueel.
Bestemd voor: advocaat; bedrijfsjurist, (kandidaat-)notaris, notaris, overheidsjurist