Advocaten dienen op te staan voor de rechtbank. Maar liefst 83% van de 396 respondenten is die mening toegedaan, zo blijkt uit de reacties op de stelling in de Advocatie-nieuwsbrief van vorige week. 15% vindt opstaan niet nodig, en 2% heeft geen mening. Ook rechtenstudenten zijn in ruime meerderheid vóór opstaan, zo blijkt uit een gelijktijdige peiling op www.rechtenstudie.nl.
”Het is geen fatsoensnorm en heeft niets te maken met respect voor de rechter als persoon. Het is een uitdrukking van respect voor het systeem waarin wij besloten hebben dat uiteindelijk rechters beslissen,” schrijft Hans Bousie in reactie op de stelling. Hij sluit daarmee aan bij de eerder ingenomen standpunten van minister Hirsch Ballin van Justitie, de Raad voor de Rechtspraak en de Nederlandse Orde van Advocaten. Professor Bannier stelt: “Je toont eerbied voor het recht. Dit sluit aan op de eed: …eerbied voor de rechterlijke autoriteiten…”
Respondent Karel Frielink denkt dat een verplichting om op te staan voor de rechtbank zal sneuvelen bij het Europese Hof voor de Rechten van de Mens. Hij stelt verder: “Het is typisch Nederlands om respect te willen afdwingen, zelfs door het verplicht stellen van symboolgedrag. Er wordt in Nederland veel respect geëist, maar weinig gegeven.”
Er waren ook een paar respondenten die de stelling onduidelijk vonden, of er zelfs kwaad om werden. “En mij eerdere ‘ja want… moet waarschijnlijk zijn ”nee onzin’. De vraagstelling en het keuzemenu zijn verwarrend. Naderhand lezend, zijn de meeste ‘ja wants’ in feite ‘nee onzin’,” schrijft Roeland Bertrams. En mr. B: “Deze stelling is zodanig ridicuul dat geen nadere toelichting noodzakelijk is.”