De honderd grootste kantoren ter wereld hebben in 2012 gezamenlijk 85 miljard dollar omgezet. Dat is een stijging van 3,8% ten opzichte van 2011 (81,9 miljard) én een recordbedrag. Dat blijkt uit de nieuwe Global 100 van magazine The American Laywer. Het enige Nederlandse kantoor in deze lijst is nog altijd Loyens & Loeff, iets gezakt van plek 89 naar 92 met een omzet van 402 miljoen dollar.
Gezien de nog altijd taaie economische omstandigheden waarover de grote advocatuur wereldwijd sombert, mag de omzetgroei een aardige opsteker heten. Daar tegenover staat wel dat de gemiddelde omzet per advocaat nagenoeg gelijk is gebleven: 784.297 dollar in 2012, iets minder dan het gemiddelde van 784.419 dollar in 2011.
Twee giganten wisselen stuivertje aan de top van de 2013 Global 100. Voor het eerst in de zesjarige geschiedenis van de jaarlijks gepubliceerde lijst heeft DLA Piper bezit genomen van de eerste plaats, waardoor Baker & McKenzie een plaatsje zakt naar nummer twee. DLA Piper zag zijn omzet in 2012 met 8,6% stijgen tot 2,44 miljard dollar (omzet per advocaat: 605.000 dollar). De omzet van Baker & McKenzie bleef steken op 2,42 miljard dollar, een stijging van 4,6% ten opzichte van 2011 (omzet per advocaat: 590.000 dollar). Van de honderd grootste kantoren ter wereld zijn er 77 Amerikaans en 13 Brits. Vijf Australische en één kantoor uit Canada, China, Nederland, Frankrijk en Spanje completeren de lijst.
Baker & McKenzie blijft over 2012 wel het grootste kantoor qua head count, met wereldwijd 4.087 advocaten. Op plek twee staat DLA Piper, met 4.036 advocaten. In deze lijst neemt Loyens & Loeff overigens de 48e plaats in, met 899 advocaten en fiscalisten werkzaam in veertien landen. Van de honderd tellen 39 kantoren meer dan duizend advocaten. Ook in de head count top 100 domineren de Amerikanen, met 64 kantoren.
DLA Piper en Baker & McKenzie baren minder opzien in de profit per partner-lijst: ze staan op respectievelijk de 52e (1,3 miljoen dollar) en de 57e plaats (1,2 miljoen dollar). Wachtell, Lipton, Rosen & Katz uit New York staat in deze lijst op eenzame hoogte met bijna vijf miljoen dollar uitgekeerde winst per partner.
Harde klappen voor de Britten
Volgens de analyse van The American Lawyer hebben de grote Britse kantoren collectief hardere klappen opgelopen door de economische crisis dan hun Amerikaanse en Australische evenknieën, een trend die zich in de afgelopen jaren al aftekende. De Amerikaanse markt profiteerde veel meer van litigation en een voorzichtig herstel van de economie. Van de honderd kantoren met de hoogste omzetten waren er over 2012 nog 23 van Britse komaf; over de hele linie hebben zij terrein verloren aan de Amerikanen. In de top tien staan weliswaar nog vier Britse kantoren: Clifford Chance, Freshfields Bruckhaus Deringer, Linklaters en Allen & Overy.
Desondanks hebben verscheidene grote Britse kantoren flink geïnvesteerd in uitbreidingen en fusies. Zo heeft alleen al Allen & Overy sinds 2009 elf nieuwe kantoren over de hele wereld geopend: het aantal equity partners steeg van 358 naar 442. Het Londense Norton Rose fuseerde met Fulbright & Jaworski, waaruit Norton Rose Fulbright werd geboren. Met een verwachte gezamenlijke omzet van zo’n twee miljard dollar over 2013, zal dit kantoor vanaf volgend jaar vermoedelijk hoge ogen gooien in de Global 100.
Verder voorspelt de redactie achter de lijsten de komende jaren fors toenemende invloed van de Chinese kantoren, die nu nog relatief beperkt is. King & Wood Mallesons is nu het enige Chinese kantoor dat de Global 100 naar omzet heeft gehaald. In de head count lijst staan acht Chinese kantoren, met op de derde plaats DaCheng dat ruim 2.500 advocaten in dienst heeft. Ook Australië laat zich steeds meer gelden, deels te danken aan de nabijheid tot de groeiende Aziatische markt.
De verschillende uitgesplitste 2013 Global 100-lijsten zijn op de website van The American Laywer te lezen na betaalde inschrijving. Via de app van het magazine zijn ze gratis in te zien.