Staatssecretaris Fred Teeven schort de bezuinigingen op de gefinancierde rechtsbijstand voorlopig grotendeels op. Dit in afwachting van een onderzoek dat hij laat instellen naar ‘de problematiek van oplopende kosten in de gesubsidieerde rechtsbijstand in relatie tot de toegang tot het recht,’ schrijft hij aan de Eerste en Tweede Kamer. Een eerste bezuinigingsronde op de vergoeding voor rechtsbijstandverleners gaat wel door, per 1 februari 2015.
De staatssecretaris laat voor het onderzoek een commissie oprichten en wacht het rapport van deze commissie af, schrijft hij. Als de onderzoeksresultaten bekend zijn – in principe voor vaststelling van de begroting 2016 –, zal Teeven zich ‘opnieuw beraden op maatregelen op het terrein van de gesubsidieerde rechtsbijstand.’ Een eerste bezuinigingsstap per 1 februari 2015 is volgens Teeven echter niet meer terug te draaien, te weten de verlaging van de vergoedingen voor advocaten. Uitstel hiervan zou leiden tot een gat op de begroting 2015 van 13,3 miljoen euro, en de motie van Franken bood geen alternatieve financiering. Op dit punt gaat de staatssecretaris in tegen de wil van de Eerste Kamer.
De basisvergoeding per punt voor advocaten in rechtsbijstandszaken blijft volgens het ministerie rond de 105 euro, na een korting van 35 cent en een tijdelijke stopzetting van de indexatie. De vergoeding voor advocaten per punt in bewerkelijke strafzaken blijft boven de 100 euro, wat volgens Teeven de ondergrens is. De rechtzoekende wordt in ieder geval niet direct geraakt door deze wijzigingen, stelt de staatssecretaris.
Deze bezuiniging op de vergoedingen maakt deel uit van een algemene maatregel van bestuur die per 1 februari in werking treedt. De commissie zal zich in haar onderzoek echter ook over deze specifieke besparing buigen: mochten de uitkomsten ‘daartoe aanleiding geven, dan kunnen er nog wijzigingen plaatsvinden in deze algemene maatregel van bestuur.’
De vrijdag aan de Eerste en Tweede Kamer verstuurde brief is Teevens reactie op de moties die de Eerste Kamer vorige week aannam bij de behandeling van de begroting van het ministerie van Veiligheid en Justitie 2015. Eerste Kamerlid Scholten (D66) had gevraagd om het betreffende nadere onderzoek; CDA-lid Franken had het kabinet in zijn motie gesommeerd af te zien van de bezuinigingen – oplopend tot 85 miljoen euro in 2018). Beide moties werden aangenomen, waarmee de Eerste Kamer die bezuinigingen verwierp.