Volgens de rechtbank Noord-Nederland heeft de Groningse advocaat Leonard Noordhof in een zaak over de vermogensrechtelijke afhandeling van een relatiebreuk ‘niet de zorg in acht genomen die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend advocaat kan worden gevergd’. De rechtbank stelt daarom dat het de advocaat zou sieren als hij de proceskosten van zijn cliënt voor zijn rekening zou nemen. Volgens Noordhof is het oordeel van de voorzieningenrechter ‘misplaatst’.
Door Lucien Wopereis
De rechtbank stelt dat er meerdere fouten zijn gemaakt in de zaak. In de eerste plaats is ten onrechte een kort geding gestart omdat ‘uit niets blijkt dat sprake is van een spoedeisende zaak in die zin dat een onmiddelijke voorziening bij voorraad gerechtvaardigd is’.
In de tweede plaats weet de voorzieningenrechter tijdens de zitting overeenstemming te bereiken tussen partijen over de vermogensrechtelijke afhandeling, maar stelt advocaat Noordhof zonder toelichting dat hij zijn cliënt niet kan adviseren die overeenkomst te ondertekenen. ‘Daarmee is de totstandkoming van een redelijke regeling – afgezet tegen wat de vrouw zelf heeft gevorderd – gefrustreerd,’ aldus de rechtbank.
Volgens de rechtbank heeft Noordhof zich daarmee niet als een bekwaam en redelijk handelend advocaat gedragen. ‘Het zou hem daarom sieren om de proceskosten waarin zijn cliënt wordt veroordeeld voor zijn rekening zou nemen,’ schrijft de voorzieningenrechter. Die bedragen in totaal ruim 1500 euro.
Noordhof laat in een schriftelijke reactie weten: ‘In het vonnis valt te lezen dat partijen tot overeenstemming zijn gekomen omtrent een regeling, maar dat ik cliënte zou hebben geadviseerd de regeling niet te tekenen. Er bestond echter geen algehele overeenstemming omtrent de genoemde punten. Door en namens cliënte is getracht de bezwaren naar voren te brengen. Helaas was er geen ruimte de regeling aan te passen; voor cliënte was de keuze accepteren of niet. (…) Mijn taak als advocaat is om het standpunt van mijn cliënte naar voren te brengen, hetgeen in deze zaak is gedaan. Dat daardoor geen schikking wordt bereikt is teleurstellend, maar dat maakt niet dat ik als advocaat niet de zorg in acht heb genomen die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend advocaat kan worden gevergd. Deze opmerking van de rechter is dan ook misplaatst.’
Noordhof zal namens de cliënt hoger beroep instellen tegen de proceskostenveroordeling.
Het komt niet vaak voor dat rechters de advocaat vragen de proceskosten te betalen. In 2015 was er een geval bij het gerechtshof Den Haag: dat oordeelde toen dat een procedure met betrekking tot een echtscheiding ‘volstrekt nodeloos’ was gevoerd. Het hof stelde destijds ‘dat het de advocaat van de man ten zeerste zou sieren als hij deze door de man te betalen proceskosten uit eigen middelen voor zijn rekening zou nemen’.