De Haagse deken Lineke Bruins heeft, zo blijkt thans, reeds eind oktober 2009 het onderzoek afgerond naar de handelswijze van landsadvocaat Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn in de Catshuisbrand-affaire, waarbij een schilder om het leven kwam. De deken concludeert dat de landsadvocaat “geen gedragsregels of verordeningen heeft overtreden met zijn advies een gevoelig rapport van TNO achter te houden.” Het was nog niet eerder voorgekomen dat de handelswijze van de landsadvocaat werd onderzocht door de Orde.
Door Micha Kat
In het rapport stond dat de overheid zelf schuld droeg aan de fatale brand in 2004, omdat de wandbekleding in de zogeheten Herenkamer in het Catshuis extreem brandgevaarlijk was. Landsadvocaat B. J. Houtzagers zou het rapport uit 2005 willens en wetens hebben achtergehouden om in diverse procedures aansprakelijkheid van de overheid tegen te gaan. De overheid had zich steeds op het standpunt gesteld dat de brand louter was veroorzaakt door het gebruik van een verboden en gevaarlijk oplosmiddel door de schilders.
De zaak werd politiek gevoelig toen premier Balkenende onder vuur kwam te liggen omdat hij het TNO-rapport destijds omschreef als “onvoldragen”. TNO reageerde toen door te stellen dat het de landsadvocaat was die het verbood het rapport een definitieve status te geven. In een fel Kamerdebat eiste de SP dat “de landsadvocaat zou worden vervangen”.
Opmerkelijk is dat het voor Pels Rijcken positieve onderzoek vrijwel geheel buiten de aandacht van de media is gebleven. Veel media maakten in augustus 2009 melding van het onderzoek, de uitslag is vrijwel aan ieders aandacht ontsnapt. Van de kranten besteedde alleen Het Parool er aandacht aan. Ook Pels Rijcken zelf heeft de uitkomst niet gemeld op de eigen website. “Dat is niet aan ons”, reageert een woordvoerder van het kantoor. “De Orde heeft een persbericht uitgestuurd.”