Minister Opstelten van Veiligheid en Justitie is positief over het voorstel tot het instellen van een centraal aandeelhoudersregister. Volgens de minister kan zo’n register een nuttige bijdrage leveren aan het werk in het publieke domein. Hoewel er volgens de minister wel grenzen zijn aan de mate van openbaarheid van een dergelijk register, zo is te lezen op de website van de KNB. In overleg met de bewindslieden van Financiën en van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie zal een brede impactanalyse worden uitgevoerd naar de gevolgen van het voorstel.
Uit consultatie bij verschillende overheidsinstellingen, zoals de Belastingdienst, de Financial Intelligence Unit Nederland, de FIOD en het Openbaar Ministerie blijkt dat een centraal aandeelhoudersregister een bijdrage kan leveren aan:
- het uitoefenen van toezicht en de opsporing en vervolging van strafbare feiten;
- het opsporen van criminele winsten;
- de naleving van de verplichtingen in de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;
- de heffing en inning van belastingen.
Hoewel de overheid nu al kan beschikken over de gegevens van aandeelhouders van besloten en (niet-beursgenoteerde) naamloze vennootschappen, zijn deze gegevens niet centraal en digitaal geregistreerd. Ook zijn die gegevens veelal niet actueel. Hieruit concludeert het ministerie dat de aandeelhoudersregistratie op dit moment niet efficiënt is geregeld en dat door de overheid onnodige kosten worden gemaakt.
Omdat dit Kabinet de regeldruk en de lasten voor het bedrijfsleven wil verminderen, zal een eventueel in te richten centraal aandeelhoudersregister wel aan deze doelstelling moeten worden getoetst.
Opstelten schrijft dit in een brief aan de Tweede Kamer naar aanleiding van de initiatiefnota ‘Een centraal aandeelhoudersregister voor besloten- en (niet-beursgenoteerde) naamloze vennootschappen’ van de leden Groot en Recourt. In de brief is verder te lezen dat Opstelten verdere uitwerking van het voorstel en toetsing van de gevolgen noodzakelijk vindt. Daarbij wil hij ook de bredere ontwikkelingen op het terrein van het bv-recht, de herschikking van taken binnen de Belastingdienst en de registratie van notariële akten meenemen.