Een advocaat-stagiaire die ‘kennelijk onredelijk’ op staande voet werd ontslagen door een advocatenkantoor, krijgt een schadevergoeding van bij elkaar opgeteld 160.000 euro. Dat heeft het gerechtshof Amsterdam op 15 december bepaald. Volgens het hof had de werkgever moeten beseffen dat het ontslag op staande voet ‘zeer diffamerend’ zou zijn voor de stagiaire. ‘Aldus betekende het ontslag op staande voet een voorzienbare en zeer ernstige hindernis voor appelante in het normale carrièreverloop na het vertrek bij [geïntimeerde sub 1].’
Door Lucien Wopereis
De advocaat-stagiaire begon haar werkzaamheden bij het kantoor op 10 juli 2010. Op 5 januari 2012 meldde zij zich ziek, en vanaf dat moment gingen de zaken razendsnel. Op 11 januari diende het kantoor een goedkeuringsverzoek voor de beëindiging van de stage in bij de Raad van Toezicht in Haarlem, een verzoek dat begin maart 2012 werd gevolgd door ontslag op staande voet. Volgens het kantoor weigert de stagiaire ‘langdurig en stelselmatig’ werkzaamheden te verrichten. Ook weigert de stagiaire volgens het kantoor om deel te nemen aan mediationgesprekken.
Het gerechtshof is van oordeel dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen wegens een ‘onwerkbare verhouding’ inderdaad beëindigd kan worden, maar is het volstrekt niet eens met het middel van ontslag op staande voet. ‘De door [geïntimeerde sub 1] gemaakte keuze moet haar extra worden aangerekend omdat het ging om een dienstverband met een advocaat-stagiaire en voor [geïntimeerde sub 1] redelijkerwijs te voorzien was dat de keuze voor ontslag op staande voet appelante hard zou treffen.’
Aan die onwerkbare verhouding hebben overigens zowel de patroon als de advocaat-stagiaire schuld, stelt het hof. ‘Meermalen is appelante voorgehouden dat zij meer empathie zou moeten laten zien en dat de communicatie zou moeten verbeteren. Een aantal incidenten is beschreven (de gang van zaken rond deelname aan het strafpiket, de gang van zaken rond de invulling van het stageverslag, het niet deelnemen aan een kerstlunch van kantoor) waaruit het beeld rijst van een bepaald starre opstelling van appelante. Appelante is er niet in geslaagd dat beeld weg te nemen,’ aldus het hof.
De advocaat-stagiaire krijgt ruim 56.000 euro bruto wegens gefixeerde schadevergoeding, en 100.000 euro wegens ‘kennelijk onredelijk ontslag’.