Individuele maatschapsleden kunnen ook worden aangesproken. De Hoge Raad heeft begin dit jaar een belangrijk arrest gewezen over de aansprakelijkheid van de maatschap en haar maten.
Kort samengevat luidde de casus als volgt. De eiseres meende dat de behandelend advocaat diverse beroepsfouten had gemaakt en eiste een schadevergoeding. Zij verstrekte haar opdracht destijds aan de maatschap. Volgens het Hof diende zij in dat geval de maatschap in rechte te betrekken. Tevens had eiseres de mogelijkheid de gezamenlijke maten te dagvaarden.
Het probleem voor eiseres was dat een aantal maten in de maatschap deelnam via hun praktijkvennootschap. Eiseres koos er daarom voor de individuele advocaten te dagvaarden enkel op grond van hun namen die op het briefpapier stonden vermeld. Het Hof was van mening dat alleen het feit dat de namen vermeld staan op het briefpapier, onvoldoende is om persoonlijke aansprakelijkheid te concluderen.
Maar de Hoge Raad oordeelt dat uit het feit dat een contract is aangegaan met de maatschap, niet volgt dat de maatschap in rechte dient te worden betrokken. Eiseres kon er ook voor kiezen de individuele maten te dagvaarden en ook ‘om deze aan te spreken wegens persoonlijke aansprakelijkheid uit anderen hoofde dan hun lidmaatschap van de maatschap’.
Samenwerking in maatschapsverband moet vaststaan
De vraag is uiteraard of het inderdaad duidelijk is dat er sprake is van een maatschap. De Hoge Raad heeft de zaak dan ook verwezen naar het Gerechtshof te Den Haag teneinde nader te onderzoeken of de individuele maat kon worden gedagvaard enkel en alleen op grond van de vermelding van de naam op het briefpapier. Dit arrest van de Hoge Raad, alsmede het uiteindelijke resultaat van het nadere onderzoek door het Hof, kan betekenen dat het aansprakelijkheidsrisico van de advocaat aanzienlijk wordt vergroot.
Gevolgen voor de beroepsaansprakelijkheidsverzekering
Deze ontwikkeling is ook van belang voor de beroepsaansprakelijkheidsverzekering van een advocaat. Het komt voor dat de maten in een maatschap bij diverse maatschappijen zijn verzekerd. Soms is er ook nog sprake van verschillende verzekerde bedragen, waarbij het risico bestaat dat de advocaat die de hoogste dekking heeft wellicht eerder zal worden aangesproken.
De vraag is wat er gebeurt als één van de maten wordt aangesproken in een kwestie waar hij zelf feitelijk niet bij betrokken is. De betreffende verzekeraar zal er naar mijn mening niet aan kunnen ontkomen de kwestie te behandelen en verweer te voeren. De verzekeraar zal echter wel regrès willen voeren op de advocaat die feitelijk de fout heeft gemaakt. Eén gezamenlijke maatschapspolis kan dan ook de nodige discussies voorkomen.
Het arrest van de Hoge Raad geeft maar weer eens aan dat veel factoren moeten worden meegewogen bij het verzekeren van het beroepsaansprakelijkheidsrisico van advocaten. Kortom: het blijft maatwerk.
Henny Zinkstok is cliëntadviseur schadeverzekeringen bij Niehoff Werning & Kooij, financieel adviseurs voor advocatuur en notariaat.