Jonge advocaten moeten zich ervan bewust zijn dat de internationalisering niet meer is weg te denken en dat het er in andere landen en werelddelen vaak heel anders aan toe gaat dan bij ons. Juridisch gezien, maar zeker ook cultureel. Dat is in grote lijnen de boodschap van het Jonge Balie Congres 2012 met het thema Onbegrensde Mogelijkheden, dat op 1 en 2 november in het Circustheater plaatsvond. “Je kan behoorlijk hulpeloos zijn als je geen enkel kader hebt.”
Door Sanne van Brunschot
Een paar enorme vleugels is hoog boven het podium nog deels zichtbaar en de tandwielen die horen bij het Wicked-decor flankeren het podium. De theaterzaal is ongeveer halfvol, maar dat wil niet zeggen dat er met ruim 1100 jonge advocaten weinig aanwezigen zijn. Wel zijn het er ’s middags wat meer dan in de ochtend, toen het meer juridische deel van dag 1 plaatsvond, met lezingen over Internationaal en Europees recht in de advocatuur.
In het middagprogramma is er – na de presentatie van de onderzoeksresultaten van de eerste SJBN Enquête 2012 en de Patroon van het Jaar-verkiezing – voornamelijk aandacht voor verschillen met andere landen. Twee boeiende heren delen hun ervaringen.
Broodje aap
Met foto’s van zijn ondergelopen kantoor in New York weet Jan Joosten meteen ieders belangstelling te wekken. Vijftien jaar geleden ging hij ‘west’ en sindsdien is hij een succesvol transactieadvocaat in de Big Apple, bij Hughes Hubbard & Reed LLP. Hij wil de jonge advocaten er vandaag van overtuigen dat het Amerikaanse recht echt niet zo erg is dat je er bij voorbaat moet wegblijven.
“Men denkt bij Amerikaans recht al snel aan poedels in magnetrons,” begint hij. Bijna iedereen kent het verhaal; het omaatje dat haar poedel na een regenbui wil drogen in de magnetron en vervolgens een berg geld krijgt als ze de fabrikant aanklaagt. Des te verbaasder is iedereen als dat een broodjeaapverhaal blijkt te zijn. De toon is gezet; deze man gaat zijn publiek op een speelse manier enthousiast maken voor het Amerikaanse recht. “Drie omaatjes, drie verhalen. Cruciaal om het Amerikaanse recht te begrijpen.”
Met het volgende omaatje leert Joosten zijn publiek over discovery; de verplichting om de andere partij jouw documenten te laten inzien. Voor een dame die hete McDonalds-koffie over zich heen kreeg, pakte dat goed uit. De temperatuur van de koffie bleek namelijk opzettelijk hoger te zijn en er bleek zelfs een memo te bestaan met een kosten-batenanalyse van de hoeveelheid claims die het bedrijf kon verwachten en de omzet van de – door de temperatuur minder smerige – koffie. Volgens Joosten is de claimcultuur over het algemeen niet zo gek als we denken. Als je het verhaal erachter maar kent.
Het laatste omaatje laat de advocaten kennismaken met de nadruk die Amerikanen leggen op schriftelijkheid. Redelijkheid en billijkheid of mondeling tegenbewijs hebben in de States geen enkel effect bij de rechter. Een huizenkoper kwam daar pijnlijk achter toen het huis dat hij kocht – en waarvan de schoonzoon van de oude bewoonster had beloofd dat het opgeknapt zou zijn bij de overdracht – nog in dezelfde staat was als tijdens het tekenen van het contract. Alles tussen de vier randen van het contract is heilig, dus het huis werd verkocht ‘as is’. Goed lezen dus, in de VS.
Nederlandse maffia
De van oorsprong Duitse Axel Hagedorn weet als geen ander welke problemen cultuurverschillen kunnen opleveren als het gaat om communicatie. Hij woonde en werkte in zowat elk werelddeel. Nu woont hij al achttien jaar in Nederland en is in zijn bijna foutloze Nederlands een prachtig Duits accent te horen. Hij is de oprichter van de internationale desk van Van Diepen Van der Kroef Advocaten.
Omdat de multiculturele samenleving een feit is, moet je volgens Hagedorn ook als advocaat voorbereid zijn op de omgang met andere culturen. Hij wil de jonge advocaten laten beseffen dat begrip van cultuur en goede communicatie het verschil kunnen maken. Zeker in een zakelijke setting kunnen misverstanden door communicatie behoorlijk frustrerend en zelfs kostbaar zijn. “Je kan behoorlijk hulpeloos zijn als je geen enkel kader hebt van de normen, waarden en gewoonten van de ander.” Neem nou borrelen. Arabieren houden minder afstand tot hun gesprekspartner dan wij in het westen. Dat levert onzekerheid op en dat belemmert de communicatie. “En zoenen? Ik weet niet hoe het moet,” zegt Hagedorn gespeeld wanhopig. Wel, niet? Links, rechts?
Hagedorn was eens enkele dagen aan het vergaderen in Zwitserland, met mensen uit verschillende landen, toen op dag drie bij binnenkomst iemand zuchtte: ‘Ah, daar heb je de Nederlandse maffia’. De aanwezige Nederlanders waren er een beetje ondersteboven van en wisten niet wat ze moesten zeggen. “Het handigst is dan om een open vraag te stellen. Wat bedoel je?,” zegt Hagedorn. “En dan blijkt dat zij vinden dat het nooit duidelijk is bij de Nederlanders wie de echte beslissers zijn, net als bij de maffia. Wie er achter de schermen aan de knoppen zit.”
Met een testje maakt de multinationale Duitser een ander punt duidelijk. Finished files are the result of years of scientific study combined with the experience of years. Hoeveel f’en zitten er in die zin? Dat die vraag zoveel verschillende antwoorden oplevert – ongeveer evenveel mensen zeggen 3, 4, 5 en 6* – geeft volgens Hagedorn aan dat als je op inhoud gefocused bent, je andere dingen niet meer goed ziet. En dat de waarheid heel anders kan zijn dan we denken. In het verlengde daarvan moeten we bedenken dat wat mensen zeggen niet altijd is wat ze bedoelen. “Dat moet je goed achter de oren knopen.”
Tijdens het interactieve toneelstuk van training- en adviesbureau Spijkman dat tot slot volgt, en waarin voorgaande lessen nog eens uitgebreid (lees: traag en kinderachtig) worden herkauwd, blijkt dat het duidelijk tijd is voor de borrel. En het diner, het cabaret en het feest.
* Het antwoord is 6. Veel mensen zien de f in het woordje ‘of’ over het hoofd.