Het College van B&W van Den Haag hoeft geen specificaties van gemaakte advocaatkosten in een ontslagzaak te verstrekken aan een oud-werkneemster. Openbaarmaking van deze kosten zou de belangen van het betrokken advocatenkantoor CAPRA onevenredig schaden, aldus een beslissing van de Raad van State van woensdag 18 juli.
De vrouw in kwestie wilde precies weten welke advocaatkosten het stadsbestuur bij CAPRA Advocaten had gemaakt in haar ontslagzaak, en diende daarom een Wob-verzoek in. Het college kwam de vrouw deels tegemoet door facturen met (onbekende) totaalbedragen te verstrekken, maar niet de specificaties. Die staan volgens het college namelijk vol met informatie over de specifieke werkzaamheden en uurtarieven van het kantoor. Bovendien kan openbaarmaking van de informatie – naast de gemeente – ook het advocatenkantoor in een nadelige positie brengen, stelt het college. Concurrerende advocatenkantoren zouden dan immers inzicht kunnen krijgen in de methodieken en strategieën van CAPRA.
Niet tevreden met deze beslissing – en de afwijzing van een bezwaar hiertegen – stapte de vrouw naar de rechtbank. De rechter oordeelt dat de gevraagde informatie zich niet leent voor openbaarmaking, omdat het college haar verzoek niet op grond van de Wob had mogen aanmerken. Dat is volgens de Raad van State een verkeerde redenering. In haar verzoek heeft de vrouw namelijk nadrukkelijk naar de Wob verwezen. ‘De enkele omstandigheid dat [appellante] de verzochte informatie wenst te gebruiken in een ontslagprocedure staat niet aan toepassing van de Wob in de weg.’ De belangen van de gemeente zouden in dit geval ook niet in het geding komen.
Dat ligt anders voor het belang van het advocatenkantoor, dat volgens de Raad van State zwaarder weegt. oordeelt de Raad van State uiteindelijk. Openbaarmaking van de specificaties zou leiden tot ‘onevenredige benadeling van CAPRA Advocaten, omdat concurrerende advocatenkantoren en andere juridische dienstverleners inzicht krijgen in de door CAPRA Advocaten gehanteerde methodieken en bedrijfsstrategieën. […] Het college mocht derhalve de door CAPRA Advocaten verstrekte specificaties weigeren.
Recentelijk oordeelde de Raad van State ook dat de tarieven van advocaten die politieagenten bijstonden in de zaak Mitch Henriquez terecht niet openbaar zijn gemaakt. Ook in dit geval luidde de redenering dat het advocatenkantoor onevenredig kan worden benadeeld door openbaarmaking van de tarieven, wat ‘gevolgen kan hebben voor de relatie tussen de politie en dit kantoor’.