De Hoge Raad heeft gisteren de rechtbank Utrecht aangwezen als gerecht waar de eventuele vervolging en berechting van rechter Westenberg zal plaatshebben. De Hoge Raad heeft dat gedaan op verzoek van de hoofdofficier van Justitie in Den Haag. Jan Poot van ontwikkelingsmaatschappij Chipsol deed aangifte gedaan tegen de rechter wegens meineed.
Het verzoek berust op het Wetboek van Strafvordering (Sv). “Uit de bij het verzoekschrift overgelegde stukken blijkt: a. dat tegen de betrokkene aangifte is gedaan dat deze zich heeft schuldig gemaakt aan strafbare feiten; b. dat de betrokkene ten tijde van de in de aangifte bedoelde feiten rechterlijk ambtenaar was in de zin van art. 510, eerste lid, Sv,” aldus het persbericht van de Hoge Raad.
Procureur-generaal mr. J.W. Fokkens heeft in zijn conclusie de Hoge Raad geadviseerd het verzoek toe te wijzen.
Zie voor meer achtergrondinformatie het openingsartikel van Advocatie.nl van deze week: Zaak-Westenberg: oprotpremies voor rechters aan banden