Blijkens een recent gepubliceerde tuchtuitspraak declareerde een notaris als executeur van een nalatenschap maar een eind weg, en stuurde hij de klaagster hoogst merkwaardige e-mails. “Tenslotte, ik kan mij voorstellen dat u de nota duur vindt, maar duur is een relatieve term, een goede kwaliteit is duur en om in autotermen te spreken een Fiat, Renault, Volkswagen en een Porsche of Ferrari, het zijn allemaal goede auto’s die je van A naar B brengen en weer terug en allemaal het zelfde principe van vervoer, en toch verschillen ze enorm in prijs.”
Het mag duidelijk zijn dat de notaris zichzelf inschaalde als een automobiel uit het absolute topsegment. Dat ging zo, blijkens een andere in de uitspraak geciteerde e-mail: “Alles bij elkaar genomen is door een goede verstandhouding met erflaatster en pleegkind, een goede planning, uitvoering en verdediging een voordeel van ruim € 2.059.000, – behaald, een formidabel bedrag als ik dat mag zeggen. Wat hiervoor te rekenen? (…) De stelling negerend dat uiteindelijk de gehele verkrijging als voordeel gezien kan worden, ben ik uitgegaan van bovenvermeld gerealiseerd voordeel tegen een percentage van 16,5% zodat de declaratie uiteindelijk uitkomt op € 339.735,00 ex btw.”
Klachten over de onderbouwing van de declaratie vindt de notaris maar onzin. Uit weer een andere e-mail: “Ik heb het geval met een hele serie mensen doorsproken variërend van zeer vermogend, vermogend, gewoon, en niets op zak, die stuk voor stuk tot de conclusie komen dat mijn declaratie binnen de grenzen blijft. Als ik het door u gehanteerd bedrag noem, wordt ik getrakteerd op hoongelach, “wat een fooi” en “dat mens snapt het niet”, “gunt het je niet” en meer van dat soort opmerkingen.”
Direct daarop even een uitstapje naar de Europese financiële crisis: “De stemming is in Nederland inmiddels al aardig anti-Grieks [klaagster woont in Griekenland, red.], en niet alleen de heer Wilders, ook oud-minister Vermeend (…) is inmiddels om en wil de Grieken eruit gooien terug naar de drachme. Het gevoel overheerst dat we al jaren voor de landen in Zuid-Europa betalen en het enige wat ze daar doen is rustig in de zon zitten, vroeg met pensioen, geen belasting betalen, kortom we willen onze centen terug en zoek het verder maar uit.”
Is dat misschien licht bedreigend, echt bedreigend wordt het als de notaris suggereert dat hij op het randje van het toelaatbare heeft geopereerd, en dat dat er toe zou kunnen leiden dat de klaagster de Belastingdienst achter zich aan krijgt. “Is Griekenland een land ver weg? Ik vrees van niet. Op 16 mei 2011 krijg ik bezoek van een staatsaccountant van het Bureau Financieel Toezicht die het hele kantoor en de boekhouding tegen het licht houdt. Prima, dit moet en kan ook. Echter, hij is niet gediend van grapjes zoals het niet openbreken van spaarrekeningen, buiten het kantoor om afwikkelen van effectendepots en dergelijke. Hij kan mij dwingen een zogenoemde MOT melding (melding ongebruikelijke transactie) te maken bij een orgaan, genaamd FIU (Fiscale Inlichtingen Unit), te Zoetermeer. FIU Nederland wisselt gegevens uit met FIU Amerika,- Rusland,- Duitsland,- Italië enz, enz, enz.”
De Raad van Toezicht in Amsterdam kan het allemaal niet waarderen: “De kamer is van oordeel dat er bij de notaris in ernstige mate onbegrip bestaat over zijn rol als notaris en de betekenis van zijn ambt, hetgeen valt af te leiden onder meer uit de inhoud van zijn correspondentie met klaagster. De kamer is van oordeel dat een dergelijke onzorgvuldige wijze van declareren en hoogst merkwaardige schriftelijke omgang met een cliënt een goed notaris niet past.” De raad acht een schorsing van twee maanden daarom “gepast en geboden”.