‘Wat een brutale mens ben je! Hoe durf je!! Ik bepaal zelf wel wat ik wel en niet doe! Ja. Ik vind het onzin om naar Arnhem te gaan als ik het al op papier heb staan. Het is ook onzin allemaal en dat weet je best. Wat een kreng ben je toch en wat een rot opmerking!! Ga maar op zoek naar een andere advocaat want ik heb geen zin in een zo ondankbare mens als je!’ Aldus een advocate in een e-mail aan een cliënte.
De advocate in kwestie staat een cliënte bij in een echtscheidingsprocedure. Als een oom van de advocate overlijdt nadat kort daarvoor een broer is overleden, kookt de boel over. Ze laat de cliënt per e-mail weten dat ze niet naar een zitting in Arnhem zal komen. ‘Ik werk een paar dagen niet. Ik vind het ook niet belangrijk. Want alles staat toch op papier, wat moet ik om 9 uur in Arnhem zeggen tegen de rechters! Onzin.’
De Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden is van oordeel dat de advocate de grenzen van het betamelijke ruimschoots heeft overtreden, ook al was er sprake van ‘persoonlijke verdrietige omstandigheden’. ‘De toonzetting en de gekozen bewoordingen, in het bijzonder “Wat een brutale mens ben je”, “Ben je helemaal doorgedraaid” en “Wat een kreng ben je toch” zijn agressief en beledigend, en zijn volledig in strijd met hetgeen een behoorlijk advocaat betaamt.’
De advocate had overigens aan cliënte al uitgebreid verontschuldigingen aangeboden voor het gebeurde. In een brief liet ze weten ‘de gang van zaken ontzettend te betreuren’ en betuigde ze ‘oprecht ontzettend spijt’. De raad stelt dat de verontschuldigingen, en ook het feit dat ze zelf een andere advocaat voor cliënte had geregeld, ‘haar niet discupleren’. De maatregel: enkele waarschuwing.