Een advocaat uit het ressort Arnhem-Leeuwarden in vier tuchtzaken van het tableau geschrapt door het Hof van Discipline. Hij liet meerdere kwetsbare cliënten in WIA- of PGB-gerelateerde zaken bij diverse gelegenheden in de kou staan. Zo diende de advocaat meermaals te laat bezwaar of hoger beroep in, of hij communiceerde in het geheel niet met zijn cliënten.
Het Hof van Discipline deed reeds half november 2015 uitspraak in deze vier zaken; publicatie van de uitspraken op Tuchtrecht.nl volgde niet eerder dan dinsdag. Het hof bekrachtigde de maatregel van de Raad van Discipline uit april 2015. De advocaat was in hoger beroep gegaan omdat hij schrapping van het tableau een disproportionele maatregel vond, ook al had hij zichzelf al tijdelijk laten schrappen.
De man was van 2003 tot en met 2014 advocaat en startte in 2011 twee websites voor zaken op het gebied van Wet Werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) en het persoonsgebonden budget (PGB). Hij profileerde zich als specialist op deze gebieden. Via deze websites kreeg de advocaat vanaf 2012 zoveel bezwaar- en beroepszaken binnen, dat hij de stroom na een jaar al niet meer aankon. Mede hierdoor was hij steeds slechter bereikbaar voor cliënten en liet de ondersteuning binnen kantoor te wensen over.
In 2014 kreeg de advocaat een burn out en trok hij aan de bel bij de Raad van Toezicht, waarna met de deken werd afgesproken dat hij zich voor zes maanden zou laten schrappen van het tableau. Vanwege zijn gezondheid en de vele klachten van cliënten heeft hij echter besloten om de advocatuur voorgoed de rug toe te keren. Dat neemt volgens het Hof van Discipline echter niet weg dat ‘hij veel cliënten die zich, gelet op de aard van de problematiek, in een kwetsbare positie bevonden, schade heeft toegebracht door stappen te zetten of na te laten die voor deze cliënten grote en vaak onherroepelijke gevolgen hebben gehad’.
Zo betaalde de advocaat in een van de zaken het griffierecht te laat. Hierdoor werden ouders, van wie een persoonsgebonden budget voor hun kind was teruggevorderd, niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep tegen deze terugvordering. Dit terwijl hij deze cliënten niet op de hoogte had gehouden over het verloop van de zaak. Vervolgens wees hij hen niet op zijn beroepsaansprakelijkheidsverzekering, waar hij ook geen beroep op deed om schade te vergoeden. Het betrokken zorgkantoor legde uiteindelijk executoriaal beslag.
In een andere zaak had de advocaat ondanks zijn toezegging geen bezwaarschrift ingediend tegen een besluit van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) om de individuele begeleiding van zijn cliënt te verminderen. Bovendien hield hij zijn cliënt en diens zus in haar rol van bewindvoerder niet op de hoogte van het verloop van hun zaak. Toen zij een andere advocaat inschakelden, kreeg die ondanks meerdere verzoeken niet het volledige dossier opgestuurd.
De ‘ernst en de omvang’ van deze en de twee andere zaken kunnen zodoende geen ander gevolg hebben dan schrapping van het tableau, beslist het hof. “Het beeld dat uit al deze klachten oprijst, laat zien dat de gedragingen van verweerder geen incidenten zijn maar passen in een structureel patroon van volstrekt onvoldoende besef van verantwoordelijkheid in de wijze waarop hij zijn kantoor organiseert met betrekking tot de belangen van cliënten.”